De schade die ABN Amro heeft geleden door de effectenfraude door de megafraudeur Bernard Madoff hoeft door verzekeraars niet vergoed te worden.
Dat stelt het Gerechtshof in Amsterdam in een dinsdag gepubliceerd vonnis. De inzet was een uitkering van 175 miljoen euro.
ABN Amro had in een zaak geëist dat verzekeraars dekking zouden bieden voor de schade die zij door de beleggingsfraude had geleden.
Volgens de bank had men daar recht op op basis van de zogenoemde Bankers Blanket Bond, Computer Crime and Professional Indemnity Insurance. Deze fraudeverzekering werd in 2008 afgesloten en het maximaal uit te keren bedrag onder de polis was 175 miljoen euro.
Fortis Prime Fund Solutions
De verzekeraars weigerden echter de gevraagde uitkering te doen. Zij stelden zich op het standpunt dat de polis zo moet worden gelezen dat er alleen dekking is indien de beslissingen van Fortis Prime Fund Soutions Bank (FPFS Bank) zijn geschied ‘on the faith of or otherwise acted upon’ het van Madoff afkomstige gefingeerde materiaal.
Het verzekeringsarrangement gold ondermeer voor Fortis Prime Fund Solutions Bank, dat in 2006 een kredietovereenkomst was aangegaan voor 500 miljoen dollar met een op de Kaaiman eilanden gevestigd beleggingsfonds (Santa Clara).
Geen zekerheden
Dit beleggingsfonds stelde het geld ter beschikking aan een ander beleggingsfonds (Harley) dat al haar vermogen liet beleggen door Madoff. De aandelen in Harley werden door Santa Clara aan FPFS Bank verpand.
Toen Madoff in de crisis van 2008 werd ontmaskerd als een grote oplichter, werd duidelijk dat er helemaal geen effectenportefeuille was opgebouwd; de zekerheden van ABN Amro bleken waardeloos te zijn.
De zaak van ABN Amro speelde tegen een groep van verzekeraars, onder leiding van AIG, Zurich en XL Insurance.
Het Hof is van mening dat de geleden schade door de verzekeraars slechts hoeft te worden vergoed als de beslissingen van FPFS Bank in voldoende nauw verband staan met vervalst materiaal.
Uitleg Hof
In het vonnis schrijft het Hof: ‘De polis verzekert niet de gevolgen van fraude daaruit bestaande dat door middel van een document (of meerdere documenten) foute of valse informatie is verstrekt en op grond daarvan is gehandeld, maar de polis vereist dat is gehandeld op grond van een specifiek document, dat een reproductie is van een origineel document en dat is nagemaakt om voor het origineel door te gaan.’
In 2012 kreeg ABN Amro van de rechtbank ongelijk en nu dus ook in het hoger beroep. De bank zegt cassatie bij de Hoge Raad te overwegen.