Obligatiebeleggers kunnen dit jaar nog steeds extra rendement halen. Maar dan moeten ze anticyclisch opereren en dus juist risico’s nemen wanneer de rest van de markt daar geen trek in heeft, zegt Eve Tournier van Pimco, hoofd van het Europese credit portfolio management.
‘Het aangepaste beleid van de Fed en de ECB is nu namelijk wel ingeprijsd in de markten. De kredietcyclus is in feite met zes maanden verlengd, en de credit spreads hebben zich daaraan aangepast’, zegt Tournier, die bij ’s werelds grootste obligatiebeleggers onder meer de leiding heeft over het 7,2 miljard dollar grote Pimco Diversified Income Fund (niet te verwarren met het nog veel grotere Pimco Income Fund), een flexibel wereldwijd obligatiefonds.
‘Voor de rest van het jaar verwachten we dat de duratie en de yieldcurves zowel in de VS als Europa niet veel zullen veranderen’, meent Tournier. ‘Beleggers hoeven vanaf nu daarom niet veel meer te verwachten dan rendement uit de carry en roll-down. Dat zou moeten neerkomen op een return van zo’n 1,5 procent voor Europese investment grade-bedrijfsobligaties. Dat is niet veel, maar altijd nog meer dan je op Europese staatsobligaties kunt verwachten.’
Obligatiebeleggers hebben bovendien al een mooi eerste kwartaal achter de rug. Het Pimco Diversified Income Fund staat dit jaar zelfs al zo’n 6 procent in de plus en het Pimco Euro Credit Fund, dat ook door Tournier wordt beheerd, staat op een winst van rond de 3 procent. Beide fondsen doen het daarmee ongeveer even goed als hun benchmarks.
Krappere bankbalansen
Dat mooie kwartaal volgde op een periode van turbulentie in november en december: door tegenvallende macrocijfers en een gebrek aan liquiditeit schoot de risico-opslag op met name bankobligaties omhoog.
‘Banken hebben nu veel minder ruimte op hun balansen voor het op voorraad houden van bedrijfsobligaties dan vroeger. En daar komt nog eens bij dat het december was. Aan het eind van het jaar willen banken zo min mogelijk obligaties op hun balans hebben staan omdat dat bepaalt hoeveel extra kapitaal ze het jaar erop van de toezichthouder moeten aanhouden’, zo verklaart Tournier de plotselinge koersdalingen.
Dat de handel in december dun is, maakte het nog een slagje erger. ‘De spreads bleven maar oplopen, totdat institutionele beleggers zoals wij het aantrekkelijk genoeg vonden om in te stappen.’
Het opdrogen van liquiditeit komt steeds vaker voor door de lagere bereidheid van banken om als liquiditeitsverschaffer op te treden, en wordt nog versterkt doordat we laat in de kredietcyclus zitten. Tournier: ‘Beleggers zijn nerveus en op hun hoede voor een recessie. Daardoor willen ze allemaal tegelijk uitstappen. In combinatie met een gebrek aan liquiditeit zorgt dat voor plotselinge volatiliteit.’
Beleggers moeten daarop voorbereid zijn en dus altijd voldoende liquiditeit hebben: niet alleen om hun portefeuilles te beschermen, maar vooral om snel in te kunnen stappen als spreads plotseling uitlopen. ‘Als je liquiditeit kunt inzetten in periodes van volatiliteit, word je daar tegenwoordig rijkelijk voor beloond’, weet Tournier.
Grote institutionele beleggers kunnen in periodes van marktvolatiliteit zelfs de rol van market-makers overnemen van banken als ze voldoende liquiditeit meebrengen, wat lucratieve rendement kan opleveren.
Liquide buffers
Het is nu even rustig op de markten, maar de volatiliteit kan zo weer de kop opsteken, waarschuwt de Française. ‘Het monetair beleid is op dit moment geen risicofactor. Volatiliteitsrisico’s zijn vooral van politieke aard: dan moet je denken aan Brexit, handelsspanningen of problemen in Italië.’
De fondsen van Tournier zijn daarom al voorzichtig begonnen met het afbouwen van kredietrisico en het opbouwen van liquide buffers. Niet uit voorzorg, maar ‘om risico te kunnen toevoegen wanneer de angst bij andere beleggers de kop op steekt.’
Want die geopolitieke risico’s zullen niet snel tot een recessie leiden, ook niet in Europa, verwacht Tournier. ‘De dienstensector draait nog prima in Europa en het consumentenvertrouwen is hoog. Het probleem in Europa zit hem vooral in de exportsector.’
En daar gloort hoop: ‘Het stimuleringsbeleid in China kan de Europese export weer een zetje geven. Daarom verwachten we dat de groei in Europa na een dip in de eerste helft van dit jaar weer terugveert naar het langetermijngemiddelde. Voor 2019 verwachten we een economische groei van rond de 1 procent.’