Aquila Capital heeft een kantoor geopend in Amsterdam. Reden voor de stap is de ontwikkeling dat infrastructuurbeleggingen steeds vaker onderdeel zijn van de standaardportfolio’s van institutionele beleggers en family offices in de Benelux-markt.
Dat zegt hoofd client advisory Oldrik Verloop in een gesprek met Fondsnieuws. Hij zal samen met directeur Nederland Emke Bus leiding gaan geven aan het kantoor dat voorlopig uit drie man bestaat, maar wil uitbreiden naar vijf.
Verloop ervaart een stijgende lijn in de vraag naar beleggingen in zon, wind en water. En daarbij: een toename in de hoeveelheid mensen die zich binnen bijvoorbeeld een pensioenfonds specifiek met het thema bezighoudt.
Voor Nederland geldt volgens de adviseur daarnaast dat het tot een nieuw momentum begint te komen door de in gang gezette energietransitie en de roep om extra duurzaamheid. ‘Toezichthouders en besturen vragen steeds vaker aan beleggingscommissies wat ze doen aan duurzaamheid. Dat begint door te sijpelen in de allocatie-strategie van beleggers.’
Duitse speler
Aquila Capital is van huis uit een Duitse speler, die een handvol fondsen in duurzame infrastructuur aanbiedt en zo’n 4,3 miljard euro aan vermogen in real assets beheert. Het gaat daarbij voornamelijk om zon, wind en waterkracht, maar ook bijvoorbeeld om landbouwgronden.
Instappen in de fondsen kan vanaf 10 miljoen euro, een mandaat is interessant vanaf 50 miljoen euro. Het fondshuis neemt in dat laatste geval namens de klant een flink aandeel in één project, of stapt in een mix van projecten. Dat kan bijvoorbeeld een combinatie zijn van een windpark in Zweden en een zonnepark in Portugal.
De hoogte van de bijbehorende rendementen is volgens Verloop niet het enige waar het om draait bij deze alternatieve beleggingen. ‘Beleggers kiezen voor infrastructuur vanwege het langetermijnkarakter en de stabiele kasstroom. Daar kun je een lange tijd op bouwen.’
Los daarvan lopen de rendementen uiteen, legt hij uit. ‘Een operationele waterkrachtcentrale in Scandinavië levert een ander rendement op dan een Zuid-Europees greenfieldproject waarvoor de vergunningen nog aangevraagd moeten worden.’
Mix
Maar steeds vaker ervaart hij dat beleggers juist een mix willen opbouwen. Waarmee duidelijk wordt dat infrastructuur niet meer sec een onderdeel van een portefeuille vormt, maar verworden is tot een portefeuille an sich: ook bínnen het infragedeelte van een portefeuille vindt een onderverdeling plaats met een allocatie naar meer en minder risicovolle sectoren en projecten.
Bovendien komen institutionele partijen met steeds specifiekere wensen, onder meer door de kennistoename. Zo was er een paar jaar terug de vraag vanuit pensioenbelegger APG, die in 2014 een samenwerking aanging met de Duitse partij om haar waterkrachtportfolio uit te bouwen in Europa. Verloop: ‘Mede dankzij zulke investeerders hebben wij een honderdtal waterkrachtcentrales in Scandinavië kunnen - doen - ontwikkelen. De komende vijf jaar willen we dat nog gaan verdubbelen en zo bijdragen aan de verduurzaaming van de Europese energiemix.’