Er gaapt een enorm gat tussen banken en hun kapitaalverschaffers. Terwijl banken druk bezig zijn en veelal fors investeren in ‘digitaal’ om hun bedrijf toekomstbestendig te maken, wekt het gebrek aan vooruitgang hiermee vooral wantrouwen bij hun beleggers.
Dit staat in het jaarlijkse rapport over de financiële sector van strategisch adviesbureau Oliver Wyman. Uit een enquête onder vijftig internationale beleggers blijkt dat slechts een kwart gelooft dat de digitale transformatiestrategieën van Europese banken effectief zullen zijn. Minder dan 1 procent noemt de plannen zowel duidelijk als geloofwaardig.
5 procent omzet naar transformatie
Volgens het rapport, When Vision and Value Collide, besteden banken gemiddeld 5 procent van hun jaarlijkse omzet aan transformatieprogramma’s. Die moeten de nu al vele jaren onder druk staande winstmarges weer zien op te krikken.
‘De instellingen hebben chief digital officers aangenomen, nieuwe manieren van werken ingepast en zijn grootschalige technologieprogramma’s begonnen’, stelt hoofdauteur Chris Allchin. ‘Incubators, versnellers en innovatieteams zijn opgezet en die vereisen veel aandacht van het management. Maar hoewel er hier en daar wat doorbraken zijn geweest, is het positieve effect onder aan de streep beperkt.’
Op hun beurt onderschrijven beleggers het belang van digitale transformatieprogramma’s, maar ze geven ook aan niet te begrijpen waar de banken precies in investeren, met welke reden en hoe het eindresultaat eruit moet zien. Ook zeggen de beleggers dat ze geen duidelijke meetgegevens ontvangen over de vooruitgang.
Afwaardering
Geen wonder dat de marktwaarde van Europese banken nog maar 70 procent van de boekwaarde van de instellingen bedraagt. Een bank met een gezond toekomstperspectief hoort toch minimaal op 100 procent te zitten. Van de Nederlandse banken scoren alleen ING en ABN Amro met hun ‘price-to-book’ boven het Europese gemiddelde. Maar ook deze instellingen worden beide op slechts 75 procent gewaardeerd.
Het wantrouwen in de banken is ook te zien in vergelijking met de uitdagers, stelt Oliver Wyman. Sinds 2010 is de koers-winstverhouding van Europese banken gedaald van 14 naar 11, terwijl die voor de big techs juist van 17 naar 22 is gestegen. Die laatste worden nu dus twee keer zo hoog gewaardeerd als de banken. De waardering voor fintechs is zelfs van 39 naar 49 gestegen.
Maak vaart
De tijd begint volgens Oliver Wyman te dringen. Het bureau schat dat de winstdalingen, die de banken momenteel rapporteren, voor maar liefst 75 procent door de lage rentes, achterblijvende kredietverlening en regelgeving zijn veroorzaakt. Slechts 25 procent is het gevolg van concurrentie door nieuwkomers en fintech. ‘Als deze daling zich voortzet, kan dit de investeringsbudgetten ernstig onder druk zetten’, aldus Allchin.
Banken hebben een combinatie van visie voor de lange termijn en waarde voor de korte nodig om succesvol te zijn, zo staat in het rapport te lezen. Veel instellingen hebben niet de juiste balans. Oliver Wyman adviseert de banken om niet te investeren in ‘copycat’-technologieën, die slechts voor enkele bedrijven werken. In plaats daarvan moeten ze zich richten op een klein aantal groei-initiatieven. Ook dienen de banken efficiënter worden door te investeren in technologie, waarbij ze betrouwbare meetgegevens moeten ontwikkelen om de vooruitgang bij te houden. Tenslotte is een betere externe communicatie nodig zodat beleggers begrijpen waar de bank mee bezig is.
Copyright: Het Financieele Dagblad, 21 januari 2020