De aankondiging van de Duitse bondskanselier Scholz dat hij 100 miljard euro vrijmaakt op de federale begroting voor versterking van de nationale en Europese defensie, heeft zijn effect niet gemist. Het Duitse aandeel Rheinmetall bereikte maandag bij opening 160 euro, tegen het 52-weeks gemiddelde van 76,28 euro. Ook ETF’s, gericht op defensie en ruimtevaart, hebben sinds de oorlog in Oekraïne de wind in de zeilen.
Defensie-aandelen zijn al jarenlang onder (Europese) beleggers een toch wel ongewenst kind. Zoals eerder tabaksproducenten in het porfolio werden uitgefaseerd, overkwam beursgenoteerde bedrijven op het terrein van defensie bij veel partijen een overeenkomstig lot - dat wordt mede ingegeven door de focus van beleggers op ESG-criteria.
Maar op zondag maakte kanselier Olaf Scholz namens de Duitse regering een ongekende ommezwaai in zijn buitenland- en defensiebeleid: zijn regering gaat wapens leveren aan Oekraïne in zijn strijd met Rusland, het is akkoord met het gedeeltelijk loskoppelen van Rusland van het internationale betalingssysteem Swift en het maakt 100 miljard euro vrij om ‘de vrijheid, de democratie en de welvaart’ in Europa te verdedigen.
Grootste defensie ETF’s
Met de oorlog om Oekraïne komen veiligheid en defensie weer terug in de belangstelling van beleggers. Niet alleen Rheinmetall, dat betrokken is bij de bouw van de Leopard-tank, heeft nu een wit voetje bij beleggers, ook op defensie en ruimtevaart gerichte ETF’s krijgen de laatste weken aanzienlijke instroom.
De grootste ETF op dit terrein is de iShares US Aerospace & Defense ETF (ticker: ITA). Het heeft in totaal bijna 2,5 miljard dollar onder beheer. Afgelopen jaar behaalde deze ETF ruim 5,8 procent na kosten. Maar year to date staat de ETF al op een winst van 4,72 procent, tegen het marktgemiddelde van 2 procent. Desondanks was er de afgelopen twaalf maanden nog sprake van een uitstroom van 417,15 miljoen euro. Maar die trend lijkt te zijn gekeerd. Sinds pakweg 9 februari is 22 miljoen dollar aan nieuw geld ingestroomd.
De ETF heeft 13 bedrijven in portefeuille. De grootste positie is voor Raytheon Technologies Corporation (een weging van 22,6 procent), gevolgd door Boeing (17,7 procent), Lockheed (5,92 procent) en partijen als General Dynamics Corporation en Northrop Gunman. Andere grote ETF’s op dit terrein zijn Invesco Aerospace & Defense ETF met 630 miljoen euro aan beheerd vermogen en SPDR S&P Aerospace & Defense ETF met 1 miljard beheerd vermogen.
Nieuwe wapenwedloop
Defensiebedrijven presteerden in 2020 zwak op de beurs. Aanleiding was de verwachting dat de nieuwe president Biden substantieel minder in defensie zou investeren - maar het tegendeel is het geval. De Democratische regering deelt met de Republikeinse voorganger Donald Trump de opvatting dat de Verenigde Staten met China strijdt om de hegemonie in de wereld. De Amerikaanse defensiebegroting voor 2022 heeft een omvang van 777,7 miljard dollar - een ongeëvenaard record. Voor de komende jaren worden meer investeringen verwacht in een verdere modernisering van het Amerikaanse defensieapparaat en in hoogwaardige technologie.
Lange tijd had de Verenigde Staten kritiek op de Europese lidstaten van de Navo voor het feit dat het niet (meer) 2 procent van het bruto nationaal inkomen aan defensie uitgeeft. Maar dat tijdperk lijkt voorbij met de Russische aanval op de soevereiniteit van Oekraïne - Duitsland heeft bij monde van bondskanselier Scholz aangekondigd meer voor defensie te gaan uittrekken dan die ondergrens van 2 procent. Zelf rode lantaarndrager Nederland lijkt nu om te zijn.
Defensiebedrijven zijn letterlijk defensieve aandelen. Doorgaans is er geen sprake van een forse toename van de waardering. De aandelen van deze bedrijven zijn daarentegen wel interessant voor inkomsten-georiënteerde beleggers, die een voorkeur hebben voor stabiele groei en dividendrendement.
Focus op 3 parameters
Daarbij moeten beleggers, zo waarschuwen analisten, wel drie parameters goed in het oog houden: is er sprake van een vrije kasstroom? Dat is bij defensiebedrijven essentieel, omdat niet altijd duidelijk is of met de opdrachtgever gesloten contracten ook daadwerkelijk tot het einde toe lopen. Voor beleggers is dat een essentiële vraag, omdat vaak in de beginfase van een project door de onderneming grote uitgaven worden gedaan.
Daarnaast is er het risico van zogenoemde “Corporate backlogs”. Daarbij gaat het om toekomstige contracten die toegekend zijn, maar nog niet uitgevoerd. Essentieel is daarbij de vraag hoeveel van de backlog is gefinancierd en hoeveel er nog door de overheid cq het Amerikaanse Congres moet worden goedgekeurd.
Tot slot is er nog de parameter van “Book-to-bill ratio”. Daarbij gaat om de parameter waarin de waarde van de ontvangen orders in een bepaald kwartaal vergeleken wordt met de gefactureerde (en betaalde) rekeningen. Dit maakt duidelijk hoe groot het groeipotentieel (toekomstige kasstroom) van de onderneming is. Een groeibedrijf moet een “Book-to-bill ratio” hebben van ten minste 1.0, wat inhoudt dat er orders zijn geboekt voor toekomstige productie die overeenkomstig zijn met wat er tot dusver geleverd is.