Het nieuwe beheerteam van Echiquier Major SRI Growth Europe is in staat geweest de prestaties van het fonds in 2018 te verbeteren, ondanks de moeilijke omstandigheden op de Europese markten. Men wist de outperformance te handhaven in het eerste kwartaal van 2019.
Matthieu Détroyat (foto) kwam aan het hoofd te staan van Echiquier Major SRI Growth Europem naast Adrien Bommelaer en Sonia Fasolom. Hij kwam aan het einde van 2017, na teleurstellende prestaties ten opzichte van de benchmark. ‘We zijn teruggegaan naar het DNA van het fonds en hebben geïnvesteerd in leiders die in staat zijn om hun prijzen vast te houden. We hebben bovendien de portefeuille opnieuw gericht op basis van veerkrachtige modellen met een vermogen om te innoveren, en klaar zijn voor de toekomst en hun marktaandeel kunnen verdedigen.’
“We hebben de neerwaartse druk in 2018 goed doorstaan, met een daling van slechts 6 procent tegen 12 procent voor de Europese markten. We zijn sinds het begin van het jaar ook sneller gestegen dan de index dankzij de goede resultaten van enkele van de belangrijkste posities in onze portefeuille’, zegt Détroyat on een gesprek met Investment Officer.
‘Het was belangrijk om een goed resultaat te bereiken na de verandering van het beheerteam, vooral ook om onze institutionele beleggers gerust te stellen.’ En om te benadrukken dat we eind 2018 sterk hebben geprofiteerd van de opwinding van de aandelenmarkten om een aantal prachtig geprijsde groeiaandelen in de portefeuille op te nemen, zegt Straumann, de Zwitserse specialist in het team.
Selectief sorteren
Major SRI Growth Europe investeert in large-caps (met een omzet van meer dan 5 miljard euro), een omzetgroei van meer dan 5 procent over de hele cyclus. Daarbij is de portefeuille geconcentreerd rond 30 tot 40 posities en is de omloopsnelheid laag. Het team selecteert posities op basis van ESG-criteria, waarbij 60 procent van de portefeuille wordt toegekend aan de governance-criteria.
‘Goed bestuur zorgt in het algemeen voor goede sociale- en milieupraktijken binnen het bedrijf. Als het hoofd goed is, volgt de rest’, zegt Détroyat. ‘Bovendien zijn we in onze strategie gericht op de beste Europese aandelenfondsen op het gebied van koolstofemissies.’ Hij voegt eraan toe dat bedrijven met een goede ESG-score een hoger gewicht krijgen in vergelijking met hun normale weging in de benchmark.
‘Gezien onze selectiecriteria in termen van groei en winstgevendheid op geïnvesteerd kapitaal, is ons universum vrij beperkt’, zegt Détroyat. “We zijn niet blootgesteld aan sectoren zoals telecom, banken of elektriciteitsbedrijven. De strategie is daarentegen gericht op een overweging naar gezondheidszorg, IT-diensten, kapitaalgoederen en technologie.’
Diversificatie
De portefeuille heeft een blootstelling naar drie hoofdtypen van bedrijven. Ten eerste naar bedrijven die sterke groeicijfers laten zien, zoals bij voorbeeld Compass, SAP en Astrazeneca; zij vormen het zwaarste gewicht in de portefeuille, met ongeveer 75 procent van het beheerde vermogen. Daarnaast is het fonds blootgesteld naar meer cyclische spelers, zoals Michelin en Legrand. In dat geval is het gewicht afhankelijk van de positionering in de cyclus. ‘Tot slot, bestaat de derde groep van bedrijven uit bedrijven die een zeer sterke groei kennen van 8 tot 10 procent per jaar, zoals Tenemos of Dassault Systèmes. Dat zijn hele zeldzame bedrijven op het Europese continent.’
Binnen de beleggingsstrategie is bepaald dat deze exposure naar zeer sterk groeiende bedrijven het beheerteam de mogelijkheid geeft om ook exposure te zoeken naar vergelijkbare ondernemingen buiten Europa, vooral in de Verenigde Staten, om daarmee te kunnen zoeken naar bedrijven die geen equivalent in Europa hebben, zegt Détroyat. Hij noemt in dat kader expliciet Visa en Accenture.
Indien de aandelenselectie leidt tot een portefeuille met een sterke Franse voorkeur, ‘dan zijn wij goed verdeeld over de drie belangrijkste regio’s (Europa, Noord-Amerika, Azië) met betrekking tot de omzet van de bedrijven in de portefeuille.’