De Europese toezichthouder Esma heeft bij een collegiale toetsing van nationale toezichthouders in zes EU-landen, waaronder Nederland en Luxemburg, vastgesteld dat ‘hun aanpak van de vergunningverlening, het lopende toezicht en de handhaving met betrekking tot grensoverschrijdende activiteiten van beleggingsondernemingen aanzienlijk moeten verbeteren’.
Bij deze toetsing werd beoordeeld hoe nationale autoriteiten toezicht houden op beleggingsdiensten die door financiële instellingen - banken en beleggingsondernemingen - worden verleend aan retailklanten die over de grenzen actief zijn met behulp van een paspoort op grond van het Mifid II-kader dat in 2018 in werking is getreden.
Naast de Luxemburgse CSSF en de Nederlandse AFM richtte het onderzoek zich op de Duitse BaFin, de CZB in Tsjechië, Cysec op Cyprus en de MFSA op Malta. Het zijn allemaal lidstaten die een relatief grote betekenis hebben bij grensoverschrijdende activiteiten voor ondernemingen in deze landen.
‘Enige ruimte voor verbetering’
De Luxemburgse financiële toezichthouder CSSF heeft vorige week erkend dat er ‘enige’ ruimte is voor verbetering van zijn internationale samenwerking met andere toezichthouders, nadat een collegiale toetsing door de EU-autoriteit voor effectenmarkten een aantal tekortkomingen aan het licht had gebracht in het toezicht op financiële instellingen die grensoverschrijdende diensten verlenen aan retailklanten in het kader van het Europese paspoortstelsel.
De AFM heeft eerder deze maand op de uitkomsten van het onderzoek gereageerd. ‘Esma is positief over de manier waarop de AFM samenwerkt met andere Europese toezichthouders. Voor de AFM is effectieve samenwerking tussen home (lidstaat waar de financiële onderneming is gevestigd) en host (lidstaat waar de financiële dienstverlening wordt aangeboden) een cruciaal onderdeel in de verbetering van grensoverschrijdend toezicht.’
‘Dit vraagt wel om aanpassing van de huidige wet- en regelgeving. De AFM heeft hier onlangs in een gezamenlijk position paper met de Franse toezichthouder AMF concrete suggesties voor gedaan. Noodzakelijke verbeterpunten zijn betere uitwisseling van informatie en versterking van de rol van de host toezichthouder’, aldus de AFM.
Esma concludeerde dat het nodig is om ‘hun toezichtwerk af te stemmen op de aard, omvang en complexiteit van de grensoverschrijdende activiteiten van deze ondernemingen en de risico’s die deze met zich meebrengen’. De nationale toezichthouders werden beoordeeld op zes activiteiten met betrekking tot zijn ‘thuiscapaciteit’ voor Mifid 2-toezicht en voldeden slechts gedeeltelijk aan de verwachtingen op het gebied van vergunningsactiviteiten, regelingen voor doorlopend toezicht, dagelijks toezicht en onderzoeken en inspecties.
In tegenstelling tot AFM, Bafin en CZB konden de collegiale toetsers de ‘ontvangstcapaciteit’ van de CSSF voor de verwerking van paspoortkennisgevingen en handhaving en sanctionering niet beoordelen ‘vanwege het gebrek aan relevante voorbeelden’, aldus de Esma in zijn evaluatie.
‘Enigszins pijnlijk voor Luxemburg’
De CSSF erkende dat er enige ruimte voor verbetering is als het gaat om internationale samenwerking. ‘Geen van de aanbevelingen was individueel gericht aan de CSSF, maar we aanvaarden de conclusies van Esma volledig’, lichtte een woordvoerder van de CSSF aan InvestmentOfficer.lu toe.
‘Esma heeft vastgesteld dat de CSSF adequate processen lijkt te hebben ingesteld met betrekking tot de paspoortkennisgevingen en - met enkele gebieden voor verbetering - in de context van samenwerking. De CSSF werd voor deze onderwerpen als volledig conform beoordeeld’, zo vertelde de woordvoerder.
De uitkomst van de collegiale toetsing lijkt enigszins pijnlijk voor met name Luxemburg, dat er prat op gaat een belangrijke internationale financiële hub te zijn geworden en een toonaangevend Europees centrum voor beleggingsondernemingen die cliënten in meerdere EU-lidstaten willen bedienen. Bedrijven die in Luxemburg zijn gevestigd, beheren gezamenlijk ongeveer 5800 miljard euro aan activa.
Bescherming van kleine beleggers
Bij de presentatie van de collegiale toetsing verklaarde Verena Ross, voorzitter van Esma, dat, nu Europa een doeltreffende kapitaalmarkt tracht te ontwikkelen op een moment dat kleine beleggers steeds meer toegang krijgen tot beleggingsmogelijkheden in de hele EU, het voor toezichthouders en regelgevers een kerntaak is te zorgen voor de bescherming van beleggers en de goede werking van de interne markt.
‘Effectief toezicht op grensoverschrijdende activiteiten door [nationale autoriteiten] is van cruciaal belang om ervoor te zorgen dat retailklanten hetzelfde niveau van bescherming genieten, ongeacht waar de onderneming die deze activiteiten verricht, is gevestigd’, aldus Ross.
Esma zei dat haar aanbevelingen ‘erop gericht zijn het grensoverschrijdende toezichtkader aanzienlijk te versterken. Voor het eerst heeft de Europese toezichthouder gebruik gemaakt van een rechtsinstrument om een nationale autoriteit te gelasten haar praktijken te wijzigen, door zogeheten artikel 16-aanbevelingen te richten tot de Cypriotische effecten- en beurscommissie, ofwel Cysec.
Meer gerelateerde artikelen op Investment Officer: