Vrijwel alle belangenorganisaties van de financiële sector hebben bij staatssecretaris Menno Snel van Financiën bezwaar aangetekend tegen zijn voornemen om een aanpassing te doen in de heffing over inkomen uit sparen en beleggen (box 3).
De kritiek van belangenverenigingen als Dufas, de Federatie van Financieel Planners (FFP) en de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) komt er in grote lijnen op neer dat men vreest dat beleggen onaantrekkelijk wordt gemaakt en dat consumenten bovendien tot de keuze voor een beleggingsprofiel worden aangezet die niet bij hen past.
In de voorgestelde belastingregels rond sparen en beleggen is bepaald dat spaarders - tot een bepaald bedrag - worden ontzien en dat de heffing op inkomen uit beleggen (zowel in aandelen als obligaties) wordt verzwaard.
Volgens de eerste voorlopige berekeningen van staatssecretaris Snel van Financiën wordt in het nieuwe fiscale model de eerste 440.000 euro van mensen die alleen spaargeld hebben belastingvrij. Er gaat gerekend worden met een rendement op sparen van 0,09 procent en er geldt een belastingvrije drempel van 400 euro. Voor kleine beleggers blijven de eerste 30.000 euro net als nu vrij van belasting.
Daarboven gaan ze 33 procent belasting betalen over het rendement. De staatssecretaris is van plan te rekenen met een fictief rendement van 5,33 procent, wat volgens beleggingsexperts met de huidige negatieve rente vrijwel onbereikbaar is met obligaties, maar ook met aandelen.
‘Heroverweeg plannen’
FFP vraagt de staatssecretaris het voorstel te heroverwegen. Volgens de financieel planners, die volgende week in een jaarcongres bijeenkomen, is de verhouding tussen de spaar- en beleggingscategorieën onevenwichtig. ‘Met name het punt dat defensieve beleggingen in het voorstel relatief zwaar worden belast. Hierdoor wordt het fiscale stelsel een te dominante factor bij het bepalen van de beleggingsmix’, schrijft de belangenvereniging aan Snel.
De financieel planners denken dat consumenten door de voorstellen gestimuleerd worden om een groter deel van hun inleg te sparen of een groter deel offensief te beleggen. Dat zou niet kunnen passen bij het beleggingsprofiel. Hierdoor worden financiële doelen mogelijk niet gehaald of niet op tijd. ‘Dit kan grote consequenties hebben met name voor de pensioenaanvulling’, aldus FFP.
De vereniging wil dat in ‘in elke categorie het werkelijke rendement wordt belast. Hierdoor ontstaat een level playing field tussen de verschillende assetklassen’.
Financiële zelfredzaamheid
Dufas schrijft in haar brief aan de staatssecretaris dat met het voorstel de financiële zelfredzaamheid van veel Nederlanders wordt ondermijnd. De belangenvereniging van asset managers wijst erop dat ‘ons bezwaar tegen uw voorstel is dat het hun vermogensopbouw in de weg staat’ en dat bovendien met ‘de huidige lage rente, die naar het zich laat aanzien nog geruime tijd laag zal blijven, beleggen noodzakelijk is. Zeker als het gaat om het opbouwen van vermogen voor de lange termijn’, aldus directeur Iris van de Looij (foto) in haar brief.
Zij stelt dat fondsen die nodig zijn voor pensioenopbouw, zoals mixfondsen en lifecyclefondsen met een defensief of een neutraal profiel, onevenredig worden getroffen.
‘Uw voorstel moedigt daarentegen risicovolle beleggingen door de consument aan, om het belastbare fictieve rendement van 5,33 procent op beleggingen te halen’, schrijft de Dufas-directeur in lijn met de kritiek van FFP.
Uw aanmoediging tot sparen heeft eveneens tot gevolg dat het gevaar van negatieve rente toeneemt, vervolgt Dufas. ‘Hiermee zet de overheid naar onze mening een verkeerde stroom in beweging en blijven burgers straks achter met een groter tekort in het opgebouwde vermogen.’ Ook Dufas vindt dat de mogelijkheden moeten worden onderzocht van een vermogensaanwasbelasting gebaseerd op het werkelijk rendement van beleggingen.
Meer achtergronden op Fondsnieuws:
- Kabinet ontziet spaarder, maar pakt belegger hard aan
- Opinie: kabinet ondermijn behalen beleggingsdoelen