‘Bij verzoeken van banken om informatie zitten tegenwoordig standaard vragen over maatschappelijk verantwoord beleggen,’ zegt Johan Langerak, directeur voor de Benelux bij Standard Life Investments (SLI).
‘Er zijn zelfs banken die vragen stellen over de vermogensbeheerder zelf. Die willen weten wat we zelf als bedrijf doen om duurzaamheid te bevorderen.’ Zo valt op de SLI-site te lezen dat het bedrijf in 2020 30 procent minder CO2-uitstoot wil veroorzaken als gevolg van vliegreizen.
Ook Edith Siermann (foto), hoofd obligaties bij Robeco en verantwoordelijk voor de afdeling governance en actief aandeelhouderschap, merkt dat banken scherper letten op de wijze waarop vermogensbeheerders ESG-criteria hanteren in hun beleggingsproces. ESG staat voor environment, social en governance.
Duurzaam beleggen is op de markt voor particuliere beleggers een relatief kleine niche gebleven. Vermogensbeheerders hebben wel duurzame fondsen, maar die hebben doorgaans een bescheiden omvang. Zo zit er 50 miljoen euro in het Robeco Duurzaam Aandelen- fonds. Ter vergelijking: Robeco NV (het wereldwijd beleggend aandelenfonds van Robeco) beheert ruim 3,5 miljard euro.
‘Lang niet iedereen legt een verband tussen beleggen en duurzaamheid,’ zegt Siermann ter verklaring. ‘Aandacht voor het milieu associëren mensen eerder met hun dagelijkse boodschappen. Een kleine groep heeft interesse in maatschappelijk verantwoord beleggen.’
ESG-criteria
Die kleine groep bewuste beleggers zoekt zijn heil meestal bij ASN Bank en Triodos. Die gespecialiseerde banken hebben de grootste duurzame fondsen. Het ASN Duurzaam Aandelenfonds, dat ruim een half miljard in kas heeft, is het grootste duurzame fonds op de rtailmarkt. Het groeit nog steeds: de eerste helft van dit jaar stortten beleggers 50 miljoen euro in dit fonds. Triodos heeft een aandelenfonds dat ruim 340 miljoen euro heeft opgehaald.
Zodra het over duurzaam beleggen gaat, duikt de vraag op of maatschappelijk verantwoord beleggen een betere risico-rendementverhouding heeft dan gewoon beleggen. Een definitief antwoord is nog niet gegeven. Die stapel met rapporten over het verschil in rendement is vorige maand weer een stukje hoger geworden. Twee Duitse onderzoekers van Veritas Investments hebben hun tanden stukgebeten op dit weerbarstige onderwerp. Hun conclusie: toepassen van alle ESG-criteria levert niet meer of minder op dan domweg in de index beleggen.
Eerder dit jaar concludeerde RobecoSAM juist dat selecteren op ESG-criteria tot een hoger rendement leidt. Volgens dit Zwitserse onderdeel van Robeco dat is gespecialiseerd in duurzaamheid verslaan bedrijven die milieu en sociaal beleid serieus nemen op de lange termijn ondernemingen die minder aandacht besteden aan die zaken.
De achterliggende gedacht is dat de lei- ding van duurzame bedrijven risico’s eerder in het vizier heeft en daarom sneller reageert. ‘We zien aandacht van het management voor mens en milieu als de kanarie in de mijn,’ zegt Amanda Young, hoofd Responsible Investments bij SLI. ‘Bestuurders die werk maken van duurzaamheid zijn bewuster bezig met de risico’s van hun onderneming.’
Wie een blik werpt op de resultaten van duurzame fondsen ziet niet direct dat ze veel beter presteren dan gewone aandelenfondsen. Het Robeco Duurzaam Aandelenfonds boekte volgens Morningstar de afgelopen tien jaar een rendement van 5 procent per jaar; het grote Robecofonds 6,4 procent. Het ASN Duurzame Aandelenfonds deed het met 6,9 procent per jaar iets beter, maar bleef iets achter bij de benchmark die Morningstar hanteert.
Walmart
Los van de rendementsdiscussie kunnen vermogensbeheerders niet heen om maatschappelijk verantwoord beleggen. Pensioenfondsen moeten bijvoorbeeld volgens de Code Pensioenfondsen van begin dit jaar vertellen hoe ze in hun beleggingsbeleid rekening houden met klimaat, milieu en sociale verhoudingen. Ook hebben goede doelen vaak specifieke beleggingswensen. Zo wil KWF niet beleggen in de tabaksindustrie. Sommige vermogensbeheerder bieden speciale SRI-producten aan, maar er zijn steeds meer fondsenhuizen die SRI-beginselen integreren in hun beleggingsproces.
Robeco en SLI en Newton, een dochter van BNY Mellon, zijn voorbeelden van vermogensbeheerders die ESG een onderdeel hebben gemaakt van hun beleggingsproces.
‘Wij waren in 2011 een van de eersten die de ESG-screening op alle beleggingen toepasten,’ zegt Siermann. Het Britse Newton, dat 63 miljard euro onder beheer heeft, claimt al sinds de oprichting eind jaren zeventig te kijken naar niet-financiële criteria. ‘Beleggen gaat over het inschatten van risico’s. Ook risico’s op het gebied van milieu, veiligheid en goed ondernemingsbestuur,’ zegt Sandra Carlisle van Newton.
Deze vermogensbeheerders vinden het toepassen van ESG-criteria in combinatie met engagement bij uitstek passen bij beleggen op de lange termijn. Bij engagement gaan beleggers in gesprek met ondernemingen over ESG-zaken die voor verbetering vatbaar zijn. Uitsluiten van bedrijven doen deze beleggers alleen in het uiterste geval.
Uitsluiten is een bot instrument, vinden veel vermogensbeheerders. Een voorbeeld is Walmart. Deze Amerikaanse supermarktketen staat op de zwarte lijst bij enkele Nederlandse pensioenfondsen omdat het concern vakbondsactiviteiten dwarsboomt. ‘Aan de andere kant heeft Walmart veel bereikt op het gebied van duurzame visserij. De impact is enorm: Walmart is de grootste visverkoper in de VS,’ zegt Young.
Robeco heeft Walmart evenmin op de lijst met uitsluitingen staan. ‘We staan niet achter het beleid van Walmart, maar het bedrijf houdt zich wel aan de Amerikaanse wet. Uitsluiten is in dit geval een te zwaar middel. Je besluit dan voor al je klanten dat ze niet meer in Walmart kunnen beleggen. Dat gaat ver. Wij zijn niet de eigenaar Robeco en SLI en Newton, een dochter van BNY Mellon, zijn voorbeelden van vermogensbeheerders die ESG een onderdeel hebben gemaakt van hun beleggingsproces.
‘Wij waren in 2011 een van de eersten die de ESG-screening op alle beleggingen toepasten,’ zegt Siermann. Het Britse Newton, dat 63 miljard euro onder beheer heeft, claimt al sinds de oprichting eind jaren zeventig te kijken naar van het geld. We beheren het slechts voor onze klanten.’
Dialoog
Engagement kent vele vormen: van stemmen op de aandeelhoudersvergadering tot gesprekken met het management. ‘Wij vinden de aandeelhoudersvergadering een goed moment om de balans op te maken,’ zegt Carlisle. ‘Voordeel is dat er een jaarlijkse cyclus is waar je rekening mee kunt houden. Je kunt jaarlijks volgen of bepaalde verbeteringen zijn doorgevoerd.’
Volgens Siermann staat engagement niet gelijk aan eindeloos praten zonder al te veel tastbare resultaten. ‘In acht van de tien gevallen voeren bedrijven de gewenste veranderingen geheel of deels door.’
Volgens de SRI-beleggers vinden de meeste bedrijven het geen bezwaar dat kapitaalverschaffers willen praten over hun ESG-beleid. Soms worden ze zelfs met open armen ontvangen. ‘Sommige ondernemingen tasten in het duister over de wensen van beleggers. Ze vinden het prettig als wij vertellen op welke punten we letten,’ aldus Siermann. ‘Andere bedrijven gebruiken de beleggers van buiten om intern aan te tonen dat veranderingen noodzakelijk zijn.
Young heeft eveneens de ervaring dat het management naar haar luistert. ‘Van belang is dat je ook vertelt wat een onderneming goed doet. Als je alleen aandacht hebt voor zaken die beter kunnen, komt je boodschap minder goed over. Je moet ook begrip tonen voor de dilemma’s van bedrijven.’
‘We praten niet alleen met de top van het bedrijf, maar ook met de mensen die het beleid moeten uitvoeren,’ zegt Young. ‘Bij BP zag je bijvoorbeeld dat goede milieuvoorschriften in de praktijk onvoldoende werden nageleefd.’ Volgens Young is het soms aan kleine details te zien of bedrijven alleen maar mooie praatjes verkopen of echt maatschappelijk verantwoord onder- nemen. ‘Als op de corporate website staat dat het personeel de “biggest asset” is, dan is het opvallend als die uitspraak niet te vinden is in de taal van landen waar het bedrijf veel werknemers heeft.’
Dit artikel staat in het Fondsnieuws-magazine dat 17 september is verschenen als bijlage bij het FD.