Het verbod op het zogeheten short selling blijft overeind staan. Dat heeft het Europees Hof van Justitie woensdag bepaald in een zaak die was aangespannen door Groot-Brittannië.
Er is volgens het Europese Hof geen reden om het besluit van de Europese autoriteit voor effecten en markten (ESMA) nietig te verklaren.
Bij short selling wordt met geleende stukken gespeculeerd op koersdalingen van bijvoorbeeld staatsobligaties of aandelen. Veelal gebeurt dat door hedgefondsen, die de aandelen tegen een lagere koers weer terugkopen als de markt gedaald is.
Groot-Brittannië was van mening dat de Europese Unie niet bevoegd is om dit soort regels in te voeren. De ESMA kan een verbod op short selling op leggen als aandelenprijzen bij voorbeeld sterk dalen en de stabiliteit van de markten in het geding is. Volgens het Europese Hof is deze bevoegdheid niet in strijd met het Europese recht.
In september was een adviseur van het Hof het nog eens met de Britse regering dat het verbod op short selling in strijd was met het Europese recht, maar het Hof volgt hem hierin niet.
De Britse regering verzet zich niet alleen tegen de bevoegdheid van ESMA om short selling in bepaalde omstandigheden te verbieden, maar ook tegen het plafond dat de Europese Commissie wil opleggen voor banken aan mensen in de financiële sector.
Meer achtergronden op Fondsnieuws:
Europees verbod op naked short selling