Nu de Europese Unie een verbod op de betaling van inducements (voordelen) overweegt, blijkt uit een nieuwe enquête van het CFA Institute, de wereldwijde vereniging van beleggingsprofessionals, dat een meerderheid van de beleggingsprofessionals denkt dat een verbod waarschijnlijk niet zal voorkomen dat de verkeerde beleggingsproducten verkocht worden.
De enquête, CFA Institute Global Survey on Inducements, die reacties opleverde van meer dan 1.000 beleggingsprofessionals wereldwijd, had tot doel de meningen te onderzoeken over mogelijke regelgeving om de praktijk van inducement payments bij de verkoop van bepaalde beleggingsproducten te beperken.
Slechts een derde (34 procent) van de ondervraagde beleggingsprofessionals in de EU vindt dat inducementbetalingen moeten worden verboden, waarbij de respondenten aanvoeren dat dit negatieve gevolgen kan hebben voor de verscheidenheid aan producten die aan cliënten worden aangeboden. Dit staat tegenover bijna de helft (48 procent) van de respondenten in het Verenigd Koninkrijk, waar inducements al verboden zijn.
In tegenstelling tot een algeheel verbod waren beleggingsprofessionals in de EU voorstander van meer inspanningen op het gebied van financiële kennis en beleggerseducatie (59 procent) en het verplicht stellen van duidelijke openbaarmaking van alle door distributeurs ontvangen provisies voordat investeringen worden gedaan (55 procent) als effectievere methoden om misleidende verkoop te voorkomen.
Josina Kamerling, Head of Regulatory Outreach for CFA Institute in EMEA (foto), licht de studie toe in een gesprek met Investment Officer. ‘We stellen deze vragen over inducements aan individuele leden van de CFA Society. Zo krijgen we geen dilutie van de antwoorden. Bij ons zie je puur de reactie van de professionelen in de verschillende landen. Dat maakt het interessant voor een ESMA, die kijkt naar de supervisory convergence, wat is het sentiment in de verschillende landen, en hoe zullen de zaken in de toekomst evolueren?’
De eerste studie gebeurde tien jaar geleden bij de CFA Institute. ‘De resultaten toen waren min of meer vergelijkbaar. Het verschil is dat je in het Verenigd Koninkrijk vandaag merkt dat er wel voordelen zijn van een ban op commissies, omdat de commissies naar beneden zijn gegaan, en dat men het gevoel heeft dat er meer producten zijn.’
In de tien jaren is er een reductie van zowat 9 procent gekomen, zo blijkt uit een studie van de ESMA met betrekking tot de Europese Unie. ‘In bepaalde markten zijn de verschillend kleiner, maar over het algemeen zien we een neerwaartse trend.’
Bovendien zie je in de survey dat er veel belang gehecht wordt aan een brede waaier van advies, dat er transparantie blijft over de commissies en dat het duidelijk is voor de klant dat er commissiestructuren duidelijk zijn, stelt Kamerling. ‘Je moet ook inzetten op financiële geletterdheid en educatie.’
Kamerling stelt dat er drie aspecten zijn aan beleggingsproducten, die je kan vormgeven in een driehoek. ‘Je hebt de product governance, het fiduciaire gedrag en financiële geletterdheid. Over die fiduciaire verantwoordelijkheid wordt mijns inziens echter weinig gesproken. Ik heb nog voor het Europees Parlement gewerkt tijdens de financiële crisis en herinner me nog dat ze de financiële industrie beschouwden als de medische sector: verantwoordelijkheid opnemen voor je klanten is belangrijk. Ik heb ook als bankier gewerkt, en mijn salesteam verkocht derivaten aan individuele klanten. Er was te veel focus op volume. Je kan echter niet alles realiseren met financiële geletterdheid alleen, vandaar is die driehoek zo belangrijk.’
Drie verschillende klanten
Kamerling vermeldt ook dat er tegenwoordig drie verschillende soorten klanten zijn die financiële producten afnemen: ‘vroeger waren het enkel relatief vermogende goede huisvaders, maar vandaag komt daar generatie Z bij en de babyboomers, en alles wat daar tussen zit. De jongere generatie kijkt heel sterk naar nieuwe producten, zoals sociale platforms, gamification en finfluencers, en de babyboomers die meer traditioneel financieel advies inwinnen bij hun bank.’
Dat is heel moeilijk voor een regelgever, want er bestaat niet zoiets als een eenduidige retailklant. De CFA Institute wil daar wat differentiatie in brengen. We moeten eerst kijken naar de verschillende commissie- en marktstructuren in elk Europees land.’
Kamerling stelt dat een algehele ban op inducements zonder onderscheid de werking van de financiële markten ernstig in het gedrang kan brengen.
‘Sommige landen zullen helemaal kapot gaan, want in Duitsland zit de hele verzekeringssector hieraan gebonden. Je moet eerst kijken hoe je de markten laat convergeren. Dan pas kan je kijken of je tot een totale ban op inducements kan komen. Er is ook een emotioneel aspect aan verbonden, maar daar moeten we vanaf. Wat is de middenpositie, en wat zegt de financiële industrie, en waar kunnen we elkaar in het midden terugvinden?’