De aandelenbeurzen van het Chinese vasteland gaan twee spannende weken tegemoet. Dinsdag leefde plotseling de hoop op dat de invloedrijke indexbouwer MSCI op 15 juni zal besluiten aandelen uit Sjanghai en Shenzhen in zijn veelgebruikte indices op te nemen.
Die hoop leidde dinsdag direct tot koersstijgingen. De Sjanghai Composite-index sloot 3,3 procent hoger, terwijl de kleinere Shenzhen Composite de dag ruim 4 procent hoger eindigde. Dat is een opsteker voor beide markten, die dit jaar tot dusver ‘s werelds slechts presterende zijn.
Het optimisme werd aangewakkerd door een rapport van de aandelenanalisten van Goldman Sachs. Zij schreven dat Chinese hervormingen de lokale financiële markten een stuk volwassener hebben gemaakt, onder meer door het verkleinen van de mogelijkheden van bedrijven om de handel in hun aandeel op te schorten.
Goldman schat de kans nu op 70 procent dat MSCI over twee weken besluit de Chinese aandelen van het vasteland (‘A-shares’ in jargon) aan de MSCI Opkomende Markten-index toe te voegen.
Beleggers hebben in totaal 1500 miljard dollar aan belegd vermogen in beleggingsfondsen die de bewegingen van de opkomende-marktenindex van MSCI volgen. Opname in de index betekent dus dat de A-aandelen een grote groep nieuwe beleggers kunnen verwelkomen.
Toch zal het effect niet direct groot zijn: Chinese A-aandelen krijgen bij een ‘ja’ van MSCI aanvankelijk een weging van 1,1 procent. Op termijn moet dat oplopen tot 18,2 procent.
Copyright: Het Financieele Dagblad, 1 juni 2016