De topman van Achmea Investment Management waarschuwde er in een interview met Investment Officer al voor: door het getreuzel van kabinet en sociale partners dreigt uitstel van het nieuwe pensioenstelsel. Deze week kwam dat uitstel dichterbij: de Kamer begrijpt het nieuwe stelsel amper of niet. Hierdoor moet de minister wijzigingen doorvoeren om er een Kamermeerderheid voor te krijgen.
Minister Carola Schouten (foto) van Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen had twee marathondebatten nodig met de Tweede Kamer om alle vragen en zorgen te beantwoorden. Er wordt al gespeculeerd dat de voorgenomen invoering per 1 januari niet haalbaar is, omdat ook de Eerste Kamer zich nog over de nieuwe pensioenwet moet buigen. Sommige oppositiepartijen vinden dat uitstel tot afstel moet leiden, omdat naar hun oordeel mensen erop achteruit zullen gaan. Zo merkte Kamerlid Pieter Omtzigt op ‘dat dit de grootste herverdelingsoperatie is zonder te weten wie wat krijgt’.
Invaren heeft aanzienlijke effecten
De zorgen richten zich op het feit dat er een nieuw pensioencontract komt met andere voorwaarden. Zo moeten bestaande opgebouwde vermogens worden ‘ingevaren’. Dat invaren kan aanzienlijke effecten hebben voor alle leeftijdsgroepen waarmee in het nieuwe stelsel wordt gewerkt. Zo bestaat twijfel of de doorrekeningen wel goed genoeg zijn en of alle economische scenario’s op orde zijn.
Bij het invaren in het nieuwe stelsel kunnen pensioenfondsen kiezen uit twee manieren: de standaardmethode of de zogenoemde VBA-methode. Met name bij die laatste optie zetten Kamerleden en experts vraagtekens: in individuele gevallen zou een overstap via die methode volgens hen slecht kunnen uitpakken.
Een heikel vraagstuk is daarbij namelijk of de stijgende rente geen roet in het eten gooit. Het bestaande stelsel is zeer rente-afhankelijk. Door de langdurige lage rente van de afgelopen jaren stonden de dekkingsgraden van pensioenfondsen langjarig onder druk.
Maar nu de rente stijgt kan de financiële posities van de fondsen verbeteren en komt ook de mogelijkheid van indexatie van de pensioenen in zicht. Maar de hogere rente is niet de enige factor. Zo staan op dit moment de beursrendementen onder druk, terwijl er in het nieuwe stelsel niet langer sprake is van een gegarandeerd pensioen, maar van een uitkering die gebaseerd is op het rendement dat is behaald op de ingelegde premies.
VBA- vs standaard-methodiek
Ortec Finance heeft zich vorig jaar in een studie (bijlage) uitgesproken voor de methodiek van Value Based ALM, die volgens de in Rotterdam gevestigde consultant van grote toegevoegde waarde is. ‘Met dit instrument kan inzicht worden verkregen in de totale impact van veranderingen in zowel verwachting als risico in de transitie naar het nieuwe stelsel. Zeker wanneer deze nog wordt aangevuld met reguliere ALM-maatstaven, waarmee bijvoorbeeld de pensioenverwachting in een gemiddeld en goed- en slechtweerscenario kan worden bekeken evenals de jaarlijkse volatiliteit van de uitkeringen en kapitalen, kan op deze manier een totaalbeeld worden verkregen van de impact van de transitie voor verschillende groepen deelnemers en de evenwichtigheid in de overgang.
Voor invaren geldt in onze optiek dat voor dekkingsgraden lager dan 100 procent veelal de standaardmethode beter toepasbaar en uitlegbaar zal zijn. Op dat moment is er immers geen overschot dat kan worden verdeeld en op deze manier krijgen deelnemers minimaal hun huidige pensioenverplichting mee. Voor fondsen met hogere dekkingsgraad kan invaren conform de Value Based methode juist wel mogelijkheden geven om te sturen in termen van evenwichtigheid.
Het geld dat ‘overblijft’ na toepassing van de Value Based methode kan aan die generaties worden toebedeeld die in termen van netto profijt of andere pensioenverwachting de minste vooruitgang of zelfs achteruitgang zien. Hierbij kan zelfs als randvoorwaarde worden aangehouden dat deelnemers minimaal hun huidige pensioenverplichting als kapitaal meekrijgen. Daarmee geldt naar onze mening vooral voor fondsen met een hogere dekkingsgraad dat zij voor invaren zowel de standaardmethode als de Value Based methode tegen elkaar moeten/kunnen afwegen en hierin de keuze kunnen maken die het beste aansluit bij een in hun ogen evenwichtige transitie.’
Tegenover Ortec Finance staat Sandor Steverink, een ervaren obligatiebelegger met een professionele achtergrond bij APG en bij Delta Lloyd Asset Management. Hij zegt in reactie op het deze week gevoerde Kamerdebat: ‘Hoor maar zelden het grote plaatje bij gebrek aan financiële kennis. Nieuwe pensioenstelsel is nieuw systeem introduceren en oude omzetten in nieuwe. Twee zeer complexe zaken tegelijk. In nieuwe systeem sluit risico/rendement beter aan bij de leeftijd en is daardoor beter. In het huidige systeem lopen de ouderen te veel renterisico en hebben ze te lijden gehad van de rentedaling, hetgeen leidt tot generatieconflicten. Grootste discussie zit in de omzetting van oud naar nieuw. Hiervoor zijn 2 methodieken: standaard of VBA. E n VBA is veel te complex (afhankelijk van veel parameters). Maak de standaardmethodiek de standaard, omzetting want die is nog net uit te leggen.’
Minister komt tegemoet aan zorgen
Minister Schouten heeft zich deze week in het debat zich bereid verklaard aan de zorgen tegemoet te komen. Zo wil ze de standaardregeling ook tot de standaard te maken bij het overstappen. Fondsen die de andere, complexere, methode willen gebruiken, moeten dat dan uitgebreid beargumenteren. Daarnaast wil Schouten ook een ondergrens introduceren voor fondsen die toch via de VBA-methode overstappen. Bij de standaardmethode zit al een grens van 5 procent financieel voor- of nadeel dat deelnemers mogen hebben van de overstap, zo’n begrenzing kan Schouten ook bij de andere methode toevoegen.