De befaamde belegger Jeremy Grantham van GMO, een value asset manager, zegt dat de superbubbel weldra zal leeglopen.
Dat vertelde hij op een interview met Bloomberg. De in Boston gevestigde asset manager is bekend om zijn fundamenteel onderbouwde analyses van marktwaarderingen en ziet in zowat alle activaklassen, gaande van aandelen tot obligaties tot kunst en vastgoed, een ‘superbubbel’. Volgens hem is de forse zomerrally die we in juli en deels augustus gezien hebben, perfect consistent met een berenmarkt. ‘De economie zal nu echt achteruit beginnen te gaan. Ik zie een gevaarlijke mix van overgewaardeerde obligaties, woningen en aandelen, in combinatie met een grondstoffenschok en een verstrakkende Federal Reserve’, zei Grantham tijdens het interview.
Eerder dit jaar gaf Grantham ook al een bijzonder pessimistische boodschap af. Hij zei toen dat de aandelenbeurzen zouden halveren. Vanaf het hoogtepunt tot het dieptepunt is de Amerikaanse S&P 500 index inderdaad met zowat 25 procent gedaald.
Nieuwsbrief
De nieuwsbrief die Grantham publiceert, is een van de meest gelezen publicaties bij professionele beleggers. Grantham is bijzonder uitgesproken: ‘e Amerikaanse aandelenmarkt blijft erg duur en een stijging van de inflatie zoals dit jaar heeft de multiples altijd aangetast zij het dit keer langzamer dan normaal.
Maar nu zijn ook de fundamentals enorm en verrassend beginnen verslechteren: COVID in China, oorlog in Europa, voedsel- en energiecrises, een bijzonder verkrappende Fed, en nog veel meer, zijn de vooruitzichten veel grimmiger dan in januari kon worden voorzien. Op langere termijn dreigt een breed en permanent tekort aan voedsel en hulpbronnen, dat nog wordt verergerd door de versnelde klimaatschade.’
Efficiënte markten
Grantham maakt ook bedenkingen bij de werking van de financiële markten en de efficiënte werking ervan. Hij stelt dat de markten in zowat 85 procent van de tijd redelijk normaal functioneren. ‘In deze periodes zijn beleggers, en ook beheerders, klanten en particulieren erg blij, maar helaas zijn deze periodes van weinig belang. Het is de resterende 15 procent die van belang is.’
In die periodes worden beleggers volgens Grantham irrationeel, en laten ze zich meeslepen. ‘Meestal, zowat 12 procent van de tijd, is deze irrationaliteit overdreven optimisme, wanneer je aandelen fors ziet stijgen en er gekke beursintroducties naar de markt komen, zoals de afgelopen twee jaar.’ De andere 3 procent van de tijd, zo stelt Grantham, gaan beleggers panikeren en aandelen dumpen, los van de waarde. Dat gebeurde bijvoorbeeld toen de S&P 666 punten noteerde in 2009 en talrijke aandelen in 1974 tegen een koers-winstverhouding van 2,5x de winst verhandelden.
‘Deze tijden van euforie en paniek zijn de belangrijkste voor de portefeuilles en de gevaarlijkste voor de carrières’.
Strategen
Ook de meeste Belgische strategen met wie Investment Officer de laatste tijd heeft gesproken, tonen zich voorzichtig over de markten. Matthieu De Coster van Argenta stelde dat de markten zelfgenoegzaam zijn geworden, Steven Vandepitte van ING heeft zijn aandelenweging op neutraal gezet, en Philippe Gijsels van BNP Paribas Fortis kijkt op dit moment naar sectoren die als leiders uit een nieuwe bullmarkt kunnen komen. Volgens hem zijn dat op dit moment biotechnologie, gezondheidszorg en schone energie.