Het kabinet-Rutte IV verhoogt de belasting voor bedrijven en vermogende burgers aanzienlijk met als doel om extra uitgaven te kunnen financieren ten behoeve van defensie en AOW. Dat blijkt uit de zogenoemde voorjaarsnota waar de ministerraad het vrijdag over eens is geworden.
‘De sterkste schouders zullen meer lasten moeten dragen’, zei minister Kaag (foto) van Financiën. Premier Rutte vulde aan en zei: ‘we zitten in exceptionele tijden.’ Er komt een structurele lastenverzwaring van 2,5 miljard euro. Het ziet er echter naar uit dat dit niet meer dan een eerste stap zal zijn, zoals Kaag zei met de opmerking dat een verdere verhoging van de vermogensbelasting ‘heel goed zou kunnen’.
‘Allerrijksten’ betalen relatief weinig belasting
Er zal dan ondermeer worden gekeken naar de verhouding tussen inkomen uit vermogen en inkomen uit arbeid. Eerder stelde het Centraal Planbureau al vast dat de allerrijksten relatief weinig belasting betalen, doordat ze veel inkomen uit hun vermogen halen. Nu al is bepaald dat er een verhoging komt op de winstbelasting. Straks vallen winsten boven de twee ton onder het hoge tarief, nu ligt de grens nog bij 4 ton.
Ook wordt gesleuteld aan de algemene heffingskorting. Door ook inkomen uit vermogen mee te tellen, betalen de rijken straks 325 miljoen euro extra aan belasting. Een geplande verhoging van de belastingvrije voet gaat niet door. Mensen die inkomen halen uit box 2 moeten daarover nu nog 26,9 procent belasting betalen. Straks zijn er twee tarieven: een laag tarief van 26 procent voor inkomens uit box 2 tot 67.000 euro en een hoog tarief van 29,5 procent voor alles erboven.
Hoge Raad komt met gunstig oordeel voor kabinet
Het kabinet kwam vrijdag nog met de schrik vrij toen de Hoge Raad in een uitspraak over een spaarder die níet had meegedaan met de collectieve zaak van 60.000 spaarders tegen box 3. Het leek er eerder dit jaar sterk op dat staatssecretaris Marnix van Rij van Financiën van plan was alle gedupeerde spaarders te compenseren voor de te hoge belasting.
Maar dat zou een groot financieel gat opleveren van maar liefst 12 miljard euro. Daarop stelde het kabinet zich op het standpunt dat deze compensatie alleen zou gelden voor de groep die daadwerkelijk geklaagd had, omdat dat anders een groot financieel probleem opleverde (dat zomaar 12 miljard euro zou kunnen kosten). Hij koos eieren zijn geld, wat het kabinet overigens vooralsnog 3,6 miljard kost.
Van Rij verwees daarvoor naar een lopende zaak bij de Hoge Raad van een spaarder die niet had meegedaan met de grote rechtszaak, maar toch compensatie eiste. Vrijdag oordeelde het hoogste rechtsorgaan dat deze klagende spaarder geen recht heeft op een ambtshalve vermindering op basis van die eerdere uitspraak van eind 2021.