Oddo BHF Asset Management lanceert een nieuw fonds dat een kwantitatieve selectie toepast van posities in een beleggingsuniversum dat bestaat uit bedrijven die actief zijn in de ecologische transitie.
Oddo BHF Asset Management is een beheerder die nog relatief onbekend is op de Belgische markt. Met zijn nieuwe product wil de Frans-Duitse beheerder zich echter beter positioneren, met een origineel productaanbod dat zich richt op de ecologische transitie. Investment Officer had de gelegenheid om te spreken met Nicolas Jacob, medebeheerder van het aandelenfonds Oddo BHF Green Planet.
Vier miljoen
‘Het thema van de klimaatverandering staat vandaag hoog op de agenda bij vele beleggers. De komende jaren zal er naar verwachting veel geïnvesteerd worden om de gemiddelde temperatuurstijging binnen de perken te houden. We werken nu al ongeveer één jaar aan de lancering van het fonds, dat deel uitmaakt van een thematisch productgamma dat gebruik maakt van artificiële intelligentie.’
Het duurde relatief lang om het beheerproces op punt te zetten. Het is gebaseerd op Natural Language Processing, waarbij algoritmes op basis van artificiële intelligentie die op grote schaal semantische velden kan analyseren. Dat omvat bijvoorbeeld ongeveer 700 woorden, die in dit fonds worden geanalyseerd. Op die manier kan men de bedrijven zoeken die het beste aansluiten bij het thema van de strategie. ‘We hebben het hier over een enorm volume van ongeveer 4 miljoen gegevens per dag.’
Kwantitatieve schifting
‘Op basis van deze motor kunnen we ons beleggingsuniversum reduceren van ongeveer 4.000 tot 200 bedrijven die perfect passen bij ons thema. We hebben een globale visie op ons universum, en gaan ook kijken naar small- en midcaps die mogelijk anders onder onze radar zouden vliegen.’ Dit marktsegment vertegenwoordigt bovendien meer dan 50 procent van de activa onder beheer van het fonds.
Zodra het universum is gereduceerd, steunt de finale selectie van de posities op een kwantitatief model dat werd ontwikkeld door de teams van ODDO BHF AM, en is gebaseerd op vier pijlers: groei (omzet, cashflows), de kwaliteit (rendement op eigen vermogen of de kwaliteit van de balans), momentum (het koersverloop gecorrigeerd voor volatiliteit) en de omvang van het bedrijf (liquiditeit en volatiliteit).
Dit model, dat wordt toegepast op 200 bedrijven, leidt tot de samenstelling van een portefeuille die bestaat uit zowat 40 posities, met een weging die varieert tussen 1,5 en 3,5 procent in functie van de verkregen score. ‘Hiermee kunnen we meer gewicht toekennen aan de bedrijven die het beste uit de analyse komen van de financiële criteria, en waarin we het meeste vertrouwen hebben. Bovendien kunnen we steeds ingrijpen om de biases te elimineren die zouden kunnen voortvloeien uit het selectieproces, bijvoorbeeld om een bedrijf te verwijderen dat betrokken is bij een controverse. Wij kennen en volgen alle bedrijven in portefeuille, en volgen de resultaten van het model niet blindelings op.’
Vier assen
Op sectorniveau is de portefeuille vooral belegd in uitrustingsgoederen, technologie en nutsbedrijven, waarbij ongeveer 50 procent van de activa is belegd in Noord-Amerika, 20 procent in Europa, 20 procent in Azië en 8 procent in Japan. Het fonds draait rond vier grote subthema’s, met name schone energie, energie-efficiëntie, duurzame mobiliteit en het behoud van natuurlijke hulpbronnen.
‘Deze verschillende segmenten zouden veel sneller moeten groepen dan de algemene economie de komende jaren,’ aldus Nicolas Jacob. ‘Wij streven er niet naar om een perfect evenwicht te bewaren tussen deze verschillende subthema’s. Vandaag beleggen we vooral in de spelers die actief zijn in energie-efficiëntie, terwijl we minder beleggen in het behoud van natuurlijke hulpbronnen omdat er momenteel weinig alternatieven zijn om te beleggen in dit subthema.’