Thorsen Winkelmann
i-QhR8Vf4.png

Disruptie is een steeds belangrijker thema voor Thorsten Winkelmann. Hoe voorkomt hij dat een bedrijf in zijn portefeuille hieraan ten onder gaat?

Volgens de stermanager van het Allianz Europe Growth Team met zo’n 20 miljard euro onder beheer, bestaat er geen geheime formule, zegt hij tijdens een presentatie voor klanten in Amsterdam.

Bedrijven zijn bestand tegen disruptie als ze over één van de volgende concurrentievoordelen beschikken:

-een best-in-class product of dienst aanbieden aan loyale klanten, zoals LVHM

-een werkelijk anders business model voeren, zoals Inditex

-iets tegen de laagste kosten kunnen aanbieden, zoals Ryanair

-over schaalgrootte bezitten met een netwerk, zoals Zalando

of

-technologisch voorop lopen, zoals SAP of ASML

Het belang van disruptie (en digitalisering) voor de strategie wordt gereflecteerd door de nieuwe namen in het vlaggenschipfonds Allianz Europe Equity Growth.

Afgelopen jaar waren dat Zalando, Osram en Asos, ‘innovatieve marktleiders die profiteren van structurele groeiaanjagers, met toenemende online-verkopen in het bijzonder’.

Het fonds is zwaar overwogen in de IT-sector waarmee het zich onderscheidt van zijn concurrenten. Toch is de sectorweging het resultaat van een puur bottom-up selectieproces.

‘Ook het definiëren van IT als sector wordt steeds lastiger’, relativeert Winkelmann verder. ‘Het belang van IT neemt toe voor alle bedrijven, en staat centraal in het succes van namen als Zalando, dat tot de sector luxe consumptiegoederen wordt gerekend.’  

Desniettemin ziet hij ‘duidelijke en structurele trends’ die de IT-sector beïnvloeden, zoals de continue migratie naar de cloud, de transitie naar elektrisch en autonoom rijden, en het internet der dingen.

Barriers to enter

Winkelmann kijkt behalve naar concurrentievoordelen ook naar toetredingsdrempels. Want die moeten hoog zijn. Rotork bijvoorbeeld, dat op afstand bedienbare afsluiters voor vloeistoffen en gassen maakt die 15 tot 20 jaar moeten meegaan.

‘Dit Britse bedrijf heeft een track record van zestig jaar. Er zijn Chinese bedrijven die tegen 10 procent van de prijs dezelfde producten aanbieden, maar niemand die ze koopt.’

Of neem het Deense Coloplast, maker van onder meer stomazakjes. ‘Zij hebben een dominante marktpositie en hun zakjes vallen niet op, laten geen geurtjes vrij en lekken niet. Kleine kans dat gebruikers zullen overstappen naar een goedkoper merk. Dit is misschien wel een van de grootste ‘barriers to enter’.’

Naar dit laatste bedrijf met een jaarlijkse omzetgroei van tussen de 7 en 9 procent zocht de manager lang naar een goed instapmoment. Dat vond hij in 2015 toen de omzet en winstmarge kortstondig dipte.

Wat dat betreft probeert hij altijd te profiteren van de te veel op de korte termijn gefocuste markt. ‘Als een order voor ASML een kwartaal wordt uitgesteld, zal de markt dat niet leuk vinden, maar doet dat niets af aan de beleggingscasus. Daar speel ik op in.’

Meer volatiliteit

De in de markt teruggekeerde volatiliteit speelt stockpickers met een langetermijnhorizon als Winkelmann dus in de kaart. De tweede ‘driver’ voor outperformance is een bovengemiddeld hoge, onderliggende winst- en cashflow-groei. Zo is de onderliggende winstgroei in de portefeuille 14 procent tegen 8 procent voor de benchmark.    

‘Mijn enige zorg is of ik de beleggingscasus wel juist heb, want als beleggers eenmaal hun vertrouwen verliezen in groeibedrijven van hoge kwaliteit, dan vallen ze doorgaans ook diep.’

Zowel op drie- als vijfjaarsbasis heeft Allianz Europe Growth een zeer duidelijke outperformance behaald. Dit fonds is echter gesloten voor nieuwe beleggers.

Het in 2013 gelanceerde, geconcentreerde broertje Europe Equity Growth Select, behaalde op driejaarsbasis een rendement (tot en met eind januari) van 8,16 procent tegen 3,39 procent voor de benchmark, de S&P Europe Largecap Growth Return Net (EUR).

Dit ruim 5 miljard euro grote fonds is niet gesoftclosed. De European Equity Growth Franchise bestaat uit totaal zes fondsen. 

Of groeiaandelen het zullen afleggen tegen waardeaandelen? Winkelmann: ‘In drie van de vier fases van de cyclus doen groeiaandelen het normaal gesproken beter. Alleen in de ‘hoopfase’, als het marktherstel intreedt, kiezen beleggers doorgaans voor de laagst gewaardeerde aandelen en niet voor aandelen van de hoogste kwaliteit. Deze fase duurt meestal tussen de zes en twaalf maanden.’

 

Author(s)
Categories
Access
Limited
Article type
Article
FD Article
No