Financieel adviseurs die beleggingsadvies geven onder het zogenoemde nationaal regime, een vrijstellingsregeling in de Wft, hoeven niet al op 3 januari aan alle regels uit Mifid II te voldoen.
Minister Hoekstra van Financiën is vorige week een internetconsultatie gestart over de implementatie van de vakbekwaamheidsregels voortvloeiend uit Mifid II. Daarbij geeft hij aan dat het niet mogelijk bleek om ‘ook de noodzakelijke aanpassingen van het nationaal regime tijdig vorm te geven voor 3 januari 2018, de datum vanaf welke Mifid II moet worden toegepast’.
‘Er is daarom gekozen om het nationaal regime op een later moment aan te passen. Het streven is om de benodigde wijzigingen van de Vrijstellingsregeling Wft in het eerste kwartaal van 2018 openbaar te consulteren. Hierbij zal een overgangsregime worden opgenomen. Tot het nieuwe nationaal regime van toepassing is, zullen de bestaande vrijstellingen blijven gelden.’
Het uitstel ziet op het actualiseren van het nationaal regime aan Mifid II, licht een woordvoerder van het ministerie van Financiën toe.
‘De vrijstellingen blijven dus bestaan, maar worden nog aangepast aan Mifid II. Dit zal op punten kunnen leiden tot een verzwaring in de zin dat er bepaalde doorlopende eisen bijkomen of niet langer onder de vrijstelling zullen vallen. We hebben daar op dit moment nog geen volledig overzicht van. Tot het geactualiseerde nationaal regime er is, zullen de bestaande vrijstellingen gewoon blijven gelden.’
Nederland kent sinds 2008 een nationaal regime. Hieronder vallen naar schatting zo’n 3.000 financieel dienstverleners. Zij mogen geen individuele aandelen of obligaties bemiddelen, maar wel beleggingsfondsen adviseren, aan klanten die bijvoorbeeld een aanvullend pensioen willen opbouwen. Het verrichten van discretionair vermogensbeheer is onder het nationaal regime niet toegestaan.