Olieaandelen waren nog nooit zo goedkoop, maar er zijn nog geen signalen dat koersen de bodem hebben gevonden. Het is wachten op een positieve nieuwsstroom.
Dat zeggen hoofd Automated Intelligence Equity Investing Tjeerd van Cappelle van NN Investment Partners en fondsmanager van NN Energy Anastasia Naymushina (foto) in een gesprek met zusterplatform Fondsnieuws. Het fonds belegt wereldwijd in bedrijven in de energiesector en is dit jaar bijna gehalveerd. Over de afgelopen zes jaar werd in Amerikaanse dollars een negatief rendement geboekt van gemiddeld 6,9 procent per jaar, tegen een min van 5,2 procent voor de MSCI World Energy.
Na de koersafstraffing noteert de sector tegen een uiterst lage waardering. ‘Aandelen van olie- en gasmaatschappijen waren op basis van de koers-boekwaarde nog nooit zo goedkoop’, zegt Naymushina. ‘De koers-boekwaarde ligt op 0,85, terwijl dat in de afgelopen tien jaar gemiddeld 1,6 was. Ook het dividendrendement van 7,7 procent is bovengemiddeld.’
Dat betekent volgens haar echter niet dat de sector een blinde koop is. ‘Over de afgelopen veertig jaar was de koers-boekwaarde een goede indicator voor toekomstige rendementen, maar dit is de laatste jaren geenszins het geval geweest. Juist aandelen die ver boven de boekwaarde noteren deden het erg goed op de beurs’, waarschuwt Naymushina.
Bovendien is de koers-winstverhouding van 18,8 op basis van de verwachte winsten in de komende twaalf maanden helemaal niet zo laag, zegt haar collega Van Cappelle. Het team kijkt niet alleen naar de waarderingen, balansratio’s en andere fundamentele criteria, maar neemt in een systematisch beleggingsproces ook ESG-factoren en sentimentsignalen mee.
Sociale media
Van Cappelle: ‘Wij analyseren het sentiment aan de hand van big data van nieuwssites en sociale media. Hier zit een wetenschappelijke studie achter. Over het algemeen kijken we met natuurlijke taalverwerking of bedrijven positief of negatief in het nieuws komen en hoe vaak dat gebeurt. Artikelen over BP kunnen ons bijvoorbeeld veel vertellen over de algehele stemming in de sector. In de praktijk destilleren we data uit honderden nieuwsberichten. Dit is voor ons de belangrijkste indicator in het selectieproces.’
Het team verwacht een outperformance van de energiesector zodra het negatieve sentiment draait. ‘Aandelenkoersen gaan pas omhoog als beleggers positiever worden. Op dit moment zien we dat nog niet, vandaar dat de energiesector onderwogen is in onze wereldwijde aandelenfondsen’, aldus Van Cappelle.
Op fundamentele gronden ziet hij ook redenen om voorzichtig te zijn. ‘Olie- en gasproducenten kunnen alleen overleven als ze hun businessmodel aanpassen. Door het terugdringen van het gebruik van fossiele brandstoffen, moeten ze investeren in duurzame energie. Die transitie brengt voor beleggers veel onzekerheden met zich mee. Want wie de winnaars en verliezers zullen zijn, is nu nog niet duidelijk’, zegt Van Cappelle.
Een verliezer is al wel zeker, dat zijn producenten die hun olie halen uit teerzanden. ‘Dit is erg vervuilend en daarom geen houdbaar business model. Bedrijven die hiermee actief zijn sluiten we op basis van ESG-gronden sowieso uit’.
Kans op aanbodtekort?
Beleggers reageerden afgelopen week enthousiast op het vaccin-nieuws van Pfizer en zetten ook de olieprijs flink hoger. Maar volgens Van Cappelle blijft voorzichtigheid geboden. ‘Ook volgend jaar is corona nog niet weg en zal de pandemie op de groei van de wereldeconomie wegen. Voordat de transportvraag naar olie volledig is hersteld, zijn we denk ik enkele jaren verder.’
Naast de coronacrisis versterken de klimaatplannen van overheden de uitdagingen voor de sector. Zo wil aankomend Amerikaanse president Joe Biden het gebruik van aardgas in energiecentrales in de komende vijftien jaar beëindigen. Van Cappelle: ‘Dat heeft uiteraard een negatief effect op de vraag, maar aan de andere kant maken opkomende landen juist een beweging van kolen naar op gas gestookte centrales. Wereldwijd zal de vraag naar gas voorlopig nog toenemen’.
Dat geldt waarschijnlijk ook voor de olievraag. Volgens de OPEC zal de vraag naar olie ondanks de energietransitie met bijna 10 miljoen vaten per dag stijgen naar 109,1 miljoen vaten per dag in 2045. Gezien de lagere investeringen van olie- en gasmaatschappijen zou dat wel eens tot aanbodtekorten kunnen leiden.
Van Cappelle: ‘Niemand kan zo ver in de toekomst kijken. Het is lastig te zeggen wanneer de olie- en gasvraag zal pieken. De sector gaat echter van oudsher door diepe dalen en hoge toppen en in dit decennium zullen er ongetwijfeld jaren zijn met een aanbodtekort.’ Hij vindt het moeilijk om daar nu al op in te spelen. ‘Er zijn weliswaar factoren die de olieprijs ondersteunen, maar er zijn veel verschillende scenario’s denkbaar in de komende jaren. In ons beleggingsproces springen de lichten pas op groen als het sentiment en dus het koersmomentum verbetert.’