Ton van Welie, Ortec. Foto: Pacific Pension & Investment Institute
i-3frM9rn-XL.jpg

Hij begon er als student-assistent en is nu ceo. Ton van Welie vierde onlangs zijn 25-jarig jubileum bij modellenbouwer Ortec Finance. Een gesprek met Fondsnieuws over omgaan met risico’s en leren van het buitenland.

Een aantal jaren geleden was ik aan het fietsen in Schotland. In een afdaling zag ik dat voor mij één schaap aan de ene kant van de weg stond en de rest van de kudde aan de andere kant. Mijn vader had vroeger ook schapen, dus ik wist dat die ene - als hij zou schrikken - zich waarschijnlijk zou proberen bij de rest te voegen. Ik was dus op mijn hoede. Maar toen ik langskwam, maakte het beest zo’n vreemde sprong dat ik er toch tegenaan botste en tegen het asfalt smakte.’ 

Het voorbeeld illustreert dat ook als je alle risico’s in kaart hebt gebracht, het nog helemaal fout kan gaan, zegt Ton van Welie. De parallel met zijn werk bij Ortec Finance is snel gelegd. ‘Wat wij doen, is zo goed mogelijke financiële planningen maken en daarbij alle risico’s inzichtelijk maken.’ Cruciaal blijft altijd in de gaten te houden dat uitkomsten vaak een grote onzekerheidsmarge kennen.

Modellenbouwer Ortec Finance is ooit begonnen als spin-off van de Erasmus Universiteit, maar inmiddels is het een bedrijf dat een omzet nadert van € 40 mln per jaar, waarvan de helft afkomstig is uit het buitenland. Onlangs vierde Van Welie bij Ortec zijn 25-jarig jubileum. Hij vertelt over hoe zijn bedrijf en het risicomanagement zich in die jaren ontwikkeld hebben en over de trends die hij ziet. 

Risico’s momenteel groot

‘Gevoelsmatig denk ik dat de risico’s momenteel best groot zijn. De politieke onzekerheden zijn enorm, denk alleen al aan Trump, de sluimerende handelsoorlog en brexit. Maar ook eind jaren negentig gebeurde er van alles. Het begin van mijn carrière viel samen met de val van de Berlijnse muur, de vrijlating van Nelson Mandela en de bruusk neergeslagen protesten op het Plein van de Hemelse Vrede in China.’

Van Welie: ‘Ik kwam hier in 1993 binnen als student-assistent van pensioenhoogleraar en medeoprichter Guus Boender, die een aantal jaren geleden is overleden. Ik kwam hier eigenlijk vooral omdat ik mijn studietijd nog een beetje wilde rekken in de hoop de dienstplicht te kunnen ontlopen.

Mijn werk bestond onder meer uit het op sheets printen van Boenders presentaties. Dit was vaak nachtwerk, omdat hij presentaties voor de volgende dag altijd pas op het laatste moment af had. Hij bleef er dan wel altijd bij. We hadden dan de meest mooie gesprekken. En daarna bracht hij je thuis. Dat is iets wat je onthoudt en wat ik zelf ook probeer te doen als jonge mensen tot laat moeten werken.

In die tijd waren we net begonnen met risicomanagementoplossingen voor woningcorporaties. Corporaties ontstonden toen net. Tot die tijd waren het overheidsinstellingen geweest, maar nu moesten ze hun eigen balans gaan managen. Daarvoor gebruikten wij modellen die we ook voor pensioenfondsen gebruikten.

Real estate beslaat momenteel zo’n 20 procent van onze omzet. Daarnaast bedienen we institutionele beleggers en private asset owners, respectievelijk goed voor 50 en 30 procent van de omzet.’ 

De meeste Nederlandse pensioenfondsen maken gebruik van de modellen en scenario’s van Ortec. Private klanten bedient Ortec niet direct maar via banken, verzekeraars en pensioenfondsen. Van Welie: ‘Dit is onze snelst groeiende doelgroep. Bijna alle grote Nederlandse banken maken gebruik van onze modellen.’

Aansluitend aan zijn student-assistenschap werd Van Welie bij Ortec consultant, daarna hoofd real estate, directeur risicomanagement en ten slotte in 2007 ceo.

Internationaliseren

‘De laatste jaren zijn we flink aan het internationaliseren’, vertelt hij. ‘Nederland is een grote markt op het gebied van institutioneel beleggen, maar er is sprake van consolidatie. Wil je zulke ingewikkelde modellen blijven maken, dan kost dat steeds investeringen in nieuwe technologie.

Om dat te kunnen blijven doen, zijn we ook op zoek gegaan naar klanten buiten Nederland. In 2008 kwam 5 procent van onze omzet van buiten Nederland. Inmiddels is dat al bijna 50 procent.’

In het buitenland bedient Ortec vooral grote pensioenfondsen en soevereign wealth funds. Van Welie: ‘Buitenlandse klanten zijn gewoon heel leuk om te doen. In Nederland hangt een beetje een zure sfeer om het pensioendebat. Deelnemers zijn ontevreden omdat hun pensioenen niet geïndexeerd worden. Experts zijn ontevreden omdat er nog steeds geen nieuw stelsel ligt en de sociale partners het maar niet eens kunnen worden.

Veel positievere mindset

Maar in ons contact met het buitenland zegt iedereen alleen maar hoe fantastisch het Nederlandse systeem is. Dat is zo’n groot contrast. De mindset is daar veel positiever, zeker gezien hoe zij ervoor staan.’ Van Welie gaat verder: ‘Nederland heeft een strenge regelgever die heel behoudend naar rendement kijkt. Hier is het heel normaal tegen de actuele rente je verplichtingen contant te maken.

In de VS is de gemiddelde dekkingsgraad geen 100 procent, en ze maken hun verplichtingen contant tegen een rente van 7,5 procent. Als ze op onze manier hun dekkingsgraad zouden uitrekenen, zouden ze op 30 procent uitkomen. Zij zeggen: jullie zijn helemaal gek, waarom zou je in godsnaam uitgaan van een rendement op de lange termijn van nog geen 1 procent?

Op het moment dat hier besloten werd af te stappen van de vaste rekenrente van 4 procent, stond de rente op 3,98 procent, dus maakt het niet veel uit. Maar blijkbaar is toen niet gedacht aan wat er zou gebeuren als de rente naar 0,5 procent zakt. Ga je uit van 7,5 procent, dan is het aan de beleggingenkant wel oppassen voor te hoge risico’s. Wij hebben deze partijen met onze risicomodellen dus veel te bieden.’ 

Heel praktische uitkomsten

‘Ook aan de private kant krijgen we steeds meer klanten buiten Nederland, bijvoorbeeld in Scandinavië, maar ook in Zwitserland en het Verenigd Koninkrijk. Om banken te bedienen gebruiken we dezelfde technologie, maar we verpakken het op een andere manier zodat het tot heel praktische uitkomsten leidt: wel of niet bijstorten bijvoorbeeld.

Bij banken zie je steeds meer digitale oplossingen. Nederlandse banken zijn echt ver vooruit als het gaat om digitalisering en automatisering. Ook qua kosten doen ze het in vergelijking met het buitenland heel goed.

Wij helpen ze ervoor te zorgen dat ze via al hun kanalen, zowel via internet als analoog als via een adviseur, consistente adviezen geven door uit te gaan van dezelfde data die ook voor bijvoorbeeld compliance beschikbaar zijn. Er mag geen licht zitten tussen het inzicht in risico’s en het rendement. Dan kan een model helpen. Voor ons is dit een enorme kans. Wij fungeren vaak als de rekenmachine op de achtergrond.’ 

Voor gek verklaard

De afgelopen 25 jaar is er volgens Van Welie veel veranderd. ‘Nu is het logisch in een performance-analyse aan te geven welke beslissing tot welke bijdrage heeft geleid. Dit deden we 25 jaar geleden al voor het Shell-pensioenfonds. Wij werden voor gek verklaard, want wie wilde dit nou op  dagbasis weten? Maar veel wat we toen al deden is inmiddels standaard geworden.’

De hoeveelheid problematiek die de systemen aankunnen, is ook veranderd. ‘25 jaar geleden konden wij risicoanalyses maken op basis van acht variabelen. Tegenwoordig hebben we 2000 scenario’s en ons standaardscenario bevat al 650 variabelen’, aldus van Welie. De beveiliging is eveneens onherkenbaar veranderd in vergelijking met 25 jaar geleden. ‘Vroeger zetten we dingen uit veiligheidsoverwegingen op een floppy. Nu staat de data in datacentra achter vier firewalls en wachtwoorden.

Klimaatverandering integreren in besluitvorming

Waar wij nu heel erg mee bezig zijn, is de toekomstige wensen van klanten. Vooral aan de institutionele kant is veel belangstelling voor ESG en duurzaamheid. Een relevante vraag is hoe je klimaatverandering integreert in je besluitvorming. Nu vormen ESG-normen vaak nog de randvoorwaarden. Partijen stellen bijvoorbeeld vast dat ze niet in olie willen beleggen.

Maar veel ingewikkelder wordt het als je wilt kijken wat überhaupt de impact van klimaatverandering kan zijn op je beleggingen. Wij zijn nu aan het kijken hoe we dit in onze modellen kunnen opnemen. Onze scenario’s bevatten gegevens, onzekerheid en beleid. Als je het beleid aanpast, bijvoorbeeld je gaat meer in opkomende markten beleggen, is de vraag steeds wat daarvan de impact op je totale risico is.’

Wat als temperatuur 4 graden stijgt?

Van Welie: ‘We weten dat klimaatverandering belangrijk is. Wij kijken nu naar het scenario dat het Parijs-akkoord gehaald wordt [maximaal 2 graden Celsius opwarming, red.] maar ook wat het effect kan zijn als de temperatuur 3 of 4 graden stijgt. Wat heeft dit voor impact op andere grootheden, zoals de economische groei of de productiviteit? Afgelopen zomer was het in Nederland even wat warmer. Dit heeft al een enorme impact gehad op van alles.’

Onlangs richtte Ortec ook een nieuwe unit op die zich bezighoudt met big data en nieuwe manieren van data-analyse. Van Welie: ‘Van oudsher werken wij veel met algoritmen en traditionele regressieanalyses. Maar we sluiten onze ogen niet voor nieuwe manieren van het vergaren en analyseren van informatie. Informatie van sociale media kan echt een early warning voor problemen zijn of nieuwe verbanden blootleggen. Technologische ontwikkelingen gaan heel hard, voor ons is het zaak voor de rest uit te blijven lopen en niet voorbijgestreefd te worden of te moeten volgen.’

Dit artikel is gepubliceerd in het Fondsnieuws-magazine ‘De wereld is een gevaarlijk plek’ dat op woensdag 26 september is verschenen.

Categories
Access
Limited
Article type
Article
FD Article
No