Het Zwitserse fondshuis Pictet is groot geworden met themabeleggen. Het heeft inmiddels 10 verschillende themafondsen die zich elk op een specifieke ‘megatrend’ richten. Maar hoe maak je als beleggers de keuze in welke van die trends je nu wil beleggen?
Voor beleggers die geen keuze kunnen of willen maken, startte Pictet in 2008 het Global Megatrend Selection fonds. Zoals de naam al suggereert, is dat een megafonds. Inmiddels zit er € 7,6 mrd in het fonds, verdeeld over bijna 500 aandelen die geselecteerd worden uit de verschillende themafondsen van Pictet AM. Hoewel, geselecteerd? In de praktijk is het fonds een optelsom van de portefeuilles van de specialistische trendfondsen.
Nadeel van zo’n breed gespreid fonds is dat het aan convictie verlies, en wel erg gaat lijken op de benchmark, de MSCI World Index. De active share van Global Megatrend Selection is 70-75 procent. Dat is veel lager dan die van de onderliggende trendfondsen.
Outperformance
Ruim drie jaar geleden startte Pictet AM daarom met Global Thematic Opportunities. Dat moest een meer geconcentreerd, high-conviction alternatief bieden voor Global Megatrend Selection. ‘Omdat we meer actieve keuzes maken, hebben we een active share van zo’n 90 procent’, vertelt fondsbeheerder Gertjan van der Geer. ‘We beleggen in dezelfde aandelen als het Global Megatrend Selection fonds, maar we maken een strengere selectie naar waardering en bedrijven met een duurzaam concurrentievoordeel. Op die manier proberen we extra alfa te creëren. Onze doelstelling is om outperformance te laten zien ten opzichte van het Megatrend Selection fonds.’
Dit laatste lukt tot nu toe aardig: sinds de oprichting van Global Thematic Opportunities, dat met een all-in fee van 1,23 procent twee basispunten duurder is dan Global Megatrend Selection, heeft het fonds na aftrek van kosten een rendement van 42,20 procent gerealiseerd (koers per 31 oktober 2019). Dat is meer dan de 37,46 procent van Global Megatrend Selection.
Beleggingsproces
Van der Geer en zijn collega Hans Peter Portner putten voor hun portefeuille in eerste instantie uit de favoriete aandelen van de beheerders van de themafondsen. ‘We maken een lijst van de meest overwogen posities van die fondsen, en een lijst met de 20 procent meest aantrekkelijke aandelen uit het thematische beleggingsuniversum op basis van operationele kwaliteit en waardering’, vertelt van der Geer. ‘Daarbij vergelijken we de prijs van een aandeel met de stabiliteit van de kasstromen en de return on invested capital. Daarna kijken we naar de aandelen die op beide lijstjes terugkomen. Dat zijn er nu ongeveer 110. Daarvan selecteren we de helft, na overleg met de verschillende fondsbeheerders.’
In feite is Global Thematic Opportunities dus een multi-managerfonds dat voor haar ideeëngeneratie afhankelijk is van andere Pictet-managers. En die willen natuurlijk allemaal het liefst dat van der Geer en Portner vooral in de door hun uitgekozen aandelen beleggen. Maar dat willen de twee juist uitdrukkelijk niet.
‘Natuurlijk zeggen alle managers dat we juist hun aandelen moeten opnemen, maar wij zijn een high-conviction fonds dus we moeten keuzes maken’, zegt van der Geer. ‘Daarom maken we zelf analyses van de onderliggende ideeën van de fondsmanagers. Dat komt erop neer dat we bijvoorbeeld een bedrijf uit het Digital fonds vergelijken met eentje uit het Timber fonds.’
Van der Geer beperkt zich daarbij niet alleen tot een kwantitatieve analyse. ‘We kijken bijvoorbeeld ook naar het relatieve concurrentievoordeel van een bedrijf, en het ESG-risico.’
Overlap
Op dit moment heeft Global Thematic Opportunities de grootste blootstelling aan de thema’s Security (onder meer bedrijven die veilige elektronische betaaldiensten aanbieden, zoals Visa en Global Payments, een leverancier van betaaldiensten), Health (vooral farmaceutische bedrijven) en het nogal brede Smart City. Dat fonds belegt volgens de website van Pictet in ‘bedrijven die profiteren van de wereldwijde trend naar verstedelijking’.
Volgens van der Geer belegt dat fonds in trends die horen bij moderne steden, zoals duurzamer transport, nieuwe vormen van wonen en meer e-commerce. Vanwege die laatste trend zit een bedrijf als Visa zowel in het Security fonds als in het Smart City fonds. ‘Inderdaad zit er een bepaalde overlap in de verschillende trendfondsen’, constateert ook van der Geer.
Veel VS, weinig Japan
Ook in de geografische allocatie van de themafondsen zit trouwens een duidelijke trend: allemaal beleggen ze hoofdzakelijk in Amerikaanse bedrijven. En Global Thematic Opportunities dus ook: het heeft een allocatie van ruim 62 procent naar de VS. Dat is overigens ongeveer in lijn met het Amerikaanse aandeel in de MSCI World Index. ‘In het thematische universum zit inderdaad veel VS. Helaas voor Europa zit daar nu eenmaal de meeste groei.’
Europa is overigens nog best goed vertegenwoordigd in de portefeuille van het fonds, vooral dankzij de aanwezigheid van een reeks innovatieve industriële bedrijven zoals het Franse ingenieursbedrijf Schneider Electric.
Het is vooral de lage allocatie naar Japanse bedrijven (minder dan 2 procent van het fondsvermogen) die opvalt. Is Japan niet juist sterk op het gebied van bijvoorbeeld robotics? ‘De return on invested capital in Japan ligt ver onder het Noord-Amerikaanse en Europese gemiddelde. Daarom hebben we daar onze grootste onderweging’, is de verklaring van Gertjan van der Geer.