Karien van Gennip
i-m35gsF9.png

Karien van Gennip werkt in Parijs als ceo van ING France. ‘Wat ik heb meegebracht, is dat ik probeer te doen wat ik zeg en zeg wat ik doe.’

‘Een monarchie in het kleed van de republiek? Dat is een interessante vraag. De president wordt hier inderdaad als een koning onthaald. Met heel veel ceremonieel en protocol. Maar dat er antichambres van de macht zijn, dat ervaar ik minder. Dat komt natuurlijk ook doordat de Franse financiële sector en de grote bedrijven die onze klanten zijn, zeer internationaal georiënteerd zijn.

Daarnaast heb ik natuurlijk het voordeel dat ik een grote buitenlandse instelling vertegenwoordig én Nederlander én vrouw ben. Als ik in een gezelschap ben met 25 mannen, dan zal de gastheer mij als buitenlander en als vrouw vaak uit hoffelijkheid toch iets vragen. Ik zeg dan “ik kom uit Nederland” en steek van wal.

Toen ik hier in 2015 kwam, toen was de stemming erg pessimistisch. Ik was vaak degene die in gesprekken juist wees op de potentie van dit land. Soms voelde ik mij net de ambassadeur van Frankrijk! Ik wees dan op de rijke middenklasse of op het uitstekende onderwijs. Maar het Franse pessimisme is met de uitverkiezing van president Macron nu echt omgeslagen. Zijn zege heeft heel veel losgemaakt. Ja, het is waar: sommige opiniepeilingen laten zien dat hij er slecht voor staat. Maar ik vertrouw liever op cijfers als het consumenten- en het producentenvertrouwen. Die gaan omhoog. De beurs doet het ook goed.’

Het taboe van de boardroom

‘Die stemmingsomslag is belangrijk. Wij hebben Frankrijk in Europa nodig. Niet alleen om haar intellectuele kracht, maar ook om praktische redenen. In een Europa van open grenzen moeten we samenwerken. Wat ik bijzonder interessant vind, is hoe dat Europa-debat nu echt in Frankrijk wordt gevoerd. We merken het ook in de gesprekken met onze wholesale-klanten. Het vertrouwen keert weer terug.

Een verblijf in het buitenland verfrist je blik op het eigen land. Nederland kent misschien wel de minst hierarchische cultuur van Europa. Als je in Nederland een plan op tafel legt, dan worden er per definitie vraagtekens bij gesteld. In Frankrijk gebeurt dat niet. Daar wordt de kritiek buiten de boardroom uitgesproken.

Of mijn politieke ervaring helpt om daar mee om te gaan? Ja, maar ik denk dat het vooral helpt dat ik bij meerdere bedrijven en organisaties heb gewerkt. Je weet dan dat je je moet aanpassen aan de cultuur, en niet moet blijven hangen in de vooronderstellingen.

Verdiep je in de cultuur, de taal, de gewoonten. Wat ik in mijn baan hier wel heb meegebracht, is dat ik altijd probeer te “doen wat ik zeg”. Ook breng ik, als het moet, altijd eerst het slechte nieuws. Dat vinden ze wel mooi en duidelijk, want dat gaat in Frankrijk normaliter toch anders. En dan vraag ik altijd: hoe kunnen we het beter doen? De Fransen hebben een groot intellect. Als ze dan ook wat meer out of the box durven te denken, dan geeft dat zo veel nieuwe kansen en mogelijkheden.’

Dit artikel, in het kader van de reeks ‘Post uit’, is gepubliceerd in het Fondsnieuws-magazine van november.

Author(s)
Categories
Companies
Access
Limited
Article type
Article
FD Article
No