time-2101549_1920.png

De strenger wordende regelgeving zorgt ervoor dat milieugevolgen die bedrijven en investeringen hebben, steeds accurater gemeten en gerapporteerd worden (environment). Maar hoe zit het met sociaal beleid en deugdelijk bestuur (respectievelijk de social en governance)? Zijn hier eenduidige regels binnen handbereik? 

ESG-scores zijn in eerste instantie risicoscores voor bedrijven. Voor milieu-impact is het externaliseren van die impact een evidentie geworden. Welke financiële risico’s loopt een bedrijf als het slecht scoort op de duurzaamheidsfactor E.

Voor de andere twee componenten van ESG-scores - sociaal beleid en goed bestuur - lijkt dit minder evident. Hoe groot is de impact op de maatschappij wanneer een CEO een exorbitante bonus opstrijkt? En getuigt dat van goed bestuur, of niet? Het is zeker een maatschappelijk debat waard, maar het is minder objectief dan een ton uitgestoten CO2. Toch is het ook voor de factoren S en G niet zo moeilijk om tot relevante scores te komen. 

Social

Sociale scores hangen onder andere af van hoe consumenten het gedrag van een bedrijf beoordelen. Walmart steeg met stip in de ESG-rankings nadat de Amerikaanse supermarktketen  aangekondigde de verkoop van soorten munitie te beperken. Afgezien van de eventuele politieke punten die deze stap had kunnen opleveren in de nasleep van spraakmakende schietpartijen - onder meer in twee Walmart-winkels - verminderde het ook het reputatierisico van het bedrijf. 

S&P Global Market Intelligence ontdekte dat mensen gemiddeld vaker bij Walmart gingen winkelen nadat de verandering beleid was aangekondigd. Ook geopolitieke gebeurtenissen vallen onder de sociale categorie bij ESG-beleggen. Het hoeft dan ook niet te verbazen dat die een belangrijke beoordelingscomponent zijn voor olie- en gasbedrijven. De grootste olie- en gasexporteurs zijn meestal niet de meest democratische landen, neem Saoedi-Arabië en Rusland.

Een minder neutrale factor in de sociale beoordeling is bijvoorbeeld het arbeidsbeleid. Denk aan vakbondsvertegenwoordiging. Vanuit risicoperspectief zal de inschatting van een Amerikaanse ESG-dataprovider anders zijn dan die van Europese collega’s. 

Europa heeft een lange traditie van vakbondsoverleg en collectieve arbeidsovereenkomsten. Europese duurzaamheidsbeoordelaars zullen een sterke vakbondsafvaardiging allicht zien als een mogelijkheid tot compromis. Terwijl Amerikaanse collega’s het zien als een risico op hogere lonen en stakingsaanzeggingen. Afhankelijk van de gekozen dataprovider krijgt een onderneming dus andere scores op de factor S, die dan ook met een kritische geest moeten worden gelezen.

Governance

Uit een onderzoek van Morningstar Sustainalytics bij meer dan 500 duurzaamheidsspecialisten bij bedrijven, blijkt dat 46 procent van de respondenten governance of goed beleid als het minst belangrijke aspect van hun ESG-inspanningen beschouwt. Toch worden gegevens over het bestuur al veel langer verzameld dan gegevens over het sociale of milieubeleid. De criteria voor goed bestuur en de classificatie ervan zijn ruim besproken en geaccepteerd. Harvard-onderzoekers creëerden bijvoorbeeld al in 2003 een Governance Index (G-Index).

Ook het verband tussen goede bestuurspraktijken en sterke prestaties van een onderneming is goed gedocumenteerd. Uit onderzoek van S&P Global Market Intelligence bleek dat bedrijven met meer vrouwen in hun raden van bestuur betere financiële prestaties leverden dan minder diverse bedrijven. Organisaties waarvan het bestuur voor 75 procent of meer uit witte bestaat, lopen daarentegen het risico achterop te raken wat betreft reputatie en financiële prestaties. 

Amerikaanse en Britse toezichthouders eisen dat beursgenoteerde bedrijven hun aandeelhouders regelmatig laten stemmen over de beloning voor bestuurders. En in de VS zijn bedrijven nu zelfs verplicht om jaarlijks de verhouding tussen de beloning van de CEO en de gemiddelde werknemer bekend te maken.

Ook bij beloning speelt een cultuurverschil. Volgens het Economic Policy Institute verdiende een CEO van een onderneming in de S&P 500 in 2022 gemiddeld 344 keer meer dan een werknemer. Ter vergelijking: in Duitsland ging het slechts om 136 keer meer. Het hangt er maar van af wat je als “normaal” beschouwt, zeker als je weet dat volgens hetzelfde onderzoek de ratio in de VS in 1989 nog amper 45 tegen 1 was.

Misplaatst

Zowel voor het meten van het sociale als bestuurlijke aspect voor de ESG-rapportage zijn er meer dan voldoende objectieve maatstaven aanwezig. Alleen blijft de interpretatie ervan een cultureel en maatschappelijk gegeven. Die eenheid in verscheidenheid lijkt niet door regelgeving te kunnen worden weggenomen. Dat streven is ook misplaatst.

Complexiteit van ESG-scores

In een serie artikelen onderzoekt Investment Officer de complexiteit van ESG-scores. In het eerste deel gingen we in op het gebrek aan standaarden en de uiteenlopende ESG-scores voor één en hetzelfde bedrijf. Het tweede artikel ging over de steeds nauwkeuriger rapportage over de impact van een bedrijf op het milieu, en andersom.

In de volgende aflevering besluiten we met een algemene conclusie.

 

Gerelateerde artikelen:

Author(s)
Target Audiences
Access
Limited
Article type
Article
FD Article
No