Volgens Martijn Rozemuller van Think ETF’s zou het volledig transparant maken van de kosten binnen beleggingsfondsen en ETFs helemaal niet zo ingewikkeld moeten zijn, mits je de juiste opzet hebt gekozen.
Dat zegt hij in reactie op de aankondiging van Rabobank vorige week om de kosten voor beleggen voortaan direct inzichtelijk te maken.
Rabobank geeft klanten voortaan direct inzicht in nagenoeg alle kosten die ze zelf in rekening brengt en toont daarnaast van de fondsen waar klanten in beleggen de kosten zoals die in de essentiële beleggersinformatie worden weergegeven.
Volgens de Rabobank is het nog niet goed mogelijk alle kosten die binnen beleggingsfondsen worden ingehouden inzichtelijk te maken omdat fondshuizen die niet rapporteren.
Volgens hoofd beleggingscompetence Bert van den Broek van Rabobank zou het goed zijn als er regelgeving komt, liefst op Europees niveau die voorschrijft dat fondshuizen moeten rapporteren hoeveel transactiekosten er binnen een fonds gemaakt worden. Dit omdat de transactiekosten een belangrijke kostenpost vormen, die nu veelal onder de radar blijft.
Hoewel dit niet eenvoudig is, moet het volgens Van den Broek mogelijk zijn een werkbare manier te verzinnen om dit te doen.
Martijn Rozemuller is het met de Rabobank eens en zegt hierop dat Think de kosten volledig inzichtelijk kan maken zodra duidelijk is wat er allemaal gerapporteerd moet worden.
Overheadkosten buiten het fonds
‘Wij hanteren vanaf de start al een model dat het eenvoudig maakt alle kosten die binnen het fonds gemaakt worden transparant te maken. Bij ons komen alle overheadkosten voor rekening van de asset manager en niet voor de ETF’, zegt hij.
Binnen het fonds wordt vervolgens alleen de management fee ingehouden en transactiekosten doorgerekend, aldus Rozemuller.
Enige optie
Bij de start is hiervoor gekozen omdat de fondsen van Think anders veel te duur zouden worden in vergelijking met de concurrentie. Maar dit neemt volgens Rozemuller niet weg, ‘dat ik het ook een juiste keuze vind en het maakt ons leven nu een stuk eenvoudiger’.
‘We hebben ook nooit overwogen om de keuze terug te draaien. Ja, het zorgt voor hogere kosten bij de asset manager, maar het maakt ons verdienmodel een stuk transparanter en rechtvaardiger. Dat wordt steeds belangrijker voor klanten en ik ben ervan overtuigd dat het ons op langere termijn een voordeel zal opleveren.’
Transactiekosten
De transactiekosten zijn bij Think volgens Rozemuller relatief laag en vrij constant. ‘Dit komt door het passieve karakter en de beperkte hoeveelheid herwegingen per jaar die we moeten uitvoeren: één voor de aandelen-ETFs en vier voor de obligaties-ETFs. Ook kunnen er als gevolg van corporate actions transacties plaatsvinden, maar deze zijn marginaal in verhouding tot de kosten van een herweging,’
Deze transactiekosten zijn volgens hem gemiddeld tussen de 0,02 tot 0,05 procent per jaar. ‘Samen met de management fee vormen deze kosten dus onze totale fondskosten.’
Dividendlekkage
Om tot een eerlijke vergelijking te komen vindt Rozemuller echter wel dat er op de een of andere manier rekening gehouden moet worden met het feit dat de fondsen van Think zodanig zijn gestructureerd dat beleggers betaalde dividendbelasting kunnen terugvragen. Bij veel buitenlandse ETFs kan dit niet, terwijl dit per jaar volgens Rozemuller zo’n 0,4 procent oplevert.
Hij vindt dat hij dit percentage op de een of andere manier van zijn kosten af zou moeten mogen trekken, dan wel dat anderen dit percentage - ‘omdat het misgelopen opbrengst is’ - bij hun kosten moeten optellen. ‘Dit zal waarschijnlijk nog wel een lastig punt worden’, beaamt hij.
Bruto-benchmark
‘De som van alle kosten en de mate waarin een beleggingsproduct zijn benchmark verslaat, goed volgt of niet bij weet te houden, kan ook zichtbaar gemaakt worden als alle aanbieders gewoon een bruto-herbeleggingsbenchmark zouden pakken.’
Door het hanteren van bruto-herbeleggingsindices worden ook eventuele belasting inefficiënties van beleggingsproducten zichtbaar gemaakt.