De ‘high net worth individuals’ van Nederland kijken met vrees naar de dag van 26 juni 2017. Dan namelijk moet de Nederlandse wetgeving omtrent de vierde anti-witwas-richtijn zijn geïmplementeerd. Dit heeft aanzienlijke consequenties voor de gefortuneerde Nederlander.
De Europese richtlijn houdt onder meer de lancering in van het zogenoemde UBO-register, dat gericht is op het tegengaan van witwassen van zwart geld en het voorkomen van terrorismefinanciering. Het concept-wetsvoorstel ter implementatie komt begint 2017 ter behandeling in het parlement.
‘Daar heeft niemand moeite mee, maar wel met het onbedoelde effect van deze richtlijn, namelijk dat de privacy van gefortuneerde families letterlijk op straat komt te liggen,’ zegt Hans Wilton (foto) van het family office Wilton in een toelichting op het Europese voornemen.
Family offices, private banks, vermogensbeheerders en zakelijke dienstverlening vertellen dat zij er de afgelopen periode veel vragen van klanten over hebben gehad.
Ultimate beneficial owner
Het UBO-register wordt in Nederland mogelijk onderhouden door de Kamer van Koophandel en zal in beginsel voor iedereen toegankelijk zijn. Doel ervan is om de ‘ultimate beneficial owner’ van een entiteit zichtbaar te maken. Dat ben je als je de formele of feitelijke zeggenschap hebt. Dat is het geval bij een direct of indirect aandelenbelang van meer dan 25 procent en als dat niet bekend is dan is dat de leidinggevende van deze entiteit.
‘Gefortuneerde families zijn bang dat door het UBO-register hun privacy, maar in het verlengde daarvan ook hun persoonlijke vrijheid en veiligheid gevaar loopt. Vermogende cliënten vrezen dat zij hierdoor kwetsbaar worden voor ontvoering, afpersing en ongewenste publiciteit,’ zegt Wilton.
Fonds voor Gemene Rekening
Veel vermogende Nederlanders hebben in aanloop naar het UBO-register, of om andere redenen, in het verleden entiteiten opgezet zoals het Fonds voor Gemene Rekening en de Commanditaire Vennootschap om de eigendomsverhoudingen niet bloot te geven. Maar dergelijke constructies zijn nu met één pennenstreek óók onder deze wetgeving geplaatst.
Aan het UBO-register valt amper te ontkomen. Sterker nog, wie zijn positie in een entiteit niet tijdig deponeert, zal zich onder de nieuwe wetgeving schuldig maken aan de niet-nakoming van de Wet Economische Delicten.
In het register moet zijn vermeld de naam, geboortedatum, nationaliteit, woonstaat en aard en omvang van het door UBO gehouden economische belang. Als opsporingsautoriteiten erom vragen, moet in het kader van UBO-register ook informatie worden verstrekt over woonadres, BSN en/of fiscaal nummer.
Het UBO-register laat net als de gedeponeerde jaarcijfers in het register van de Kamer van Koophandel, wel de eigendomsverhoudingen en de balans van een onderneming zien, maar niet de schuldpositie van de betrokkene(n). Dat betekent dat de vermogenspositie van ondernemers eenzijdig - en vaak te rooskleurig - wordt belicht, stellen mensen die met het UBO-register moeite hebben.
Nu allemaal in de Quote 500!
Wilton vertelt dat sommige van zijn vermogende cliënten bij de jaarlijkse lancering van de Quote 500 elkaar weer op de schouders kloppen met de opmerking dat ze ‘blij zijn dat ze er dit jaar weer niet instaan!’ Maar dat wordt met het UBO-register een stuk moeilijker, zeker nu bij de behandeling van de EU-richtlijn in de Tweede Kamer uitdrukkelijk is gesteld dat men de media de mogelijkheid wil geven het UBO-register te doorzoeken en te bestuderen.
Wel kan bij risico’s op kidnapping, chantage, intimidatie en geweld op verzoek van een betrokkene per individueel geval worden bepaald of UBO-informatie geheel of gedeeltelijk moet worden afgeschermd voor derden.
De richtlijn schrijft voor dat behalve autoriteiten ook instellingen toegang tot het UBO-register krijgen die in het licht van de anti witwasrichtlijn meldingsplichtig zijn, zoals banken, beleggingsinstellingen, verzekeraars, accountants en belastingadviseurs.
Nederland wijkt van deze minimumvoorwaarden af, doordat het een openbaar register wordt. Gebruikers krijgen wel toegang tot een beperkte set van de opgenomen gegevens in het UBO-register, terwijl iedere gebruiker verplicht geregistreerd wordt.