mainimage.jpg

Voor Hayden Briscoe, hoofd Fixed Income China bij vermogensbeheerder UBS Asset Management, is het zonneklaar: de opname van Chinees schuldpapier in globale obligatie-indices zal voor een aardverschuiving zorgen. Daarenboven spelen momenteel nog verschillende elementen in het voordeel van deze weinig bekende obligaties.

De opname van Chinees papier in verschillende globale obligatie-indices staat voor 2021 gepland en het gewicht van deze obligaties zal volgens Hayden Briscoe direct oplopen tot 5 à 6 procent. ‘Indien alle grote institutionele beleggers direct zouden overgaan tot een dergelijke allocatie, die op korte termijn natuurlijk niet realistisch is, dan zou er een inflow van 3.000 miljard dollar nodig zijn. Er is nog nooit zo’n grote obligatiemarkt geweest, die tot nu toe niet in globale indices was opgenomen. Vandaar dat we onomwonden stellen dat dit de grootste wijziging in de kapitaalmarkten ooit zal zijn.’

China zal hiermee enkele etappes hebben overgeslagen. Wanneer traditioneel een nieuw obligatiesegment wordt opgestart dan leent men eerst gedurende jaren in dollar, daarna ontwikkelt men de lokale markt en ten slot zette men de deuren naar deze laatste voor de hele wereld open. Pas wanneer dit proces is afgerond werd traditioneel deze obligaties dan in globale indices opgenomen. ‘Maar gezien China de grootste depositobasis ter wereld heeft, goed voor zo’n 40.000 miljard dollar en dubbel zo groot als de VS, zijn de Chinezen erin geslaagd om hun obligatiemarkt eerst in eigen land op te zetten. Aangezien China een netto crediteur is, hoefde het land niet in het buitenland te lenen’, stipt de UBS-obligatiestrateeg aan.

En voor Briscoe is die eerste indexstap nog maar het begin. ‘Vandaag bestaat de binnenlandse Chinese markt voor 85 procent uit financieringen zoals bankkredieten en is de obligatiemarkt goed voor de resterende 15 procent en in de VS is het zo goed als andersom. We zien China echter naar de Amerikaanse soort markt neigen zeker nu provincies en lokale besturen sinds 2015 niet meer van banken mogen lenen en naar de obligatiemarkten moeten stappen. Ze zijn ondertussen de grootste component geworden.’ Volgens de UBS-beheerder zal de Chinese obligatiemarkt onder deze impuls binnen de 5 jaar verdubbelen waardoor het gewicht van het land in de globale indices ook zou moeten verdubbelen tot zo’n 12 procent. En dan hebben we nog niet gesproken over bedrijfsobligaties, die ook sterk groeien. Binnen 5 jaar zou dit marktsegment al dezelfde omvang als zijn Amerikaanse tegenhanger moeten hebben. Deze obligaties zijn evenmin in de indices opgenomen omdat westerse ratingagentschappen nog geen rating voor de meeste Chinese bedrijven hebben. Wordt dit papier ook opgenomen dan zou het gewicht van Chinees papier in de wereldwijde indices al snel naar 20 procent moeten gaan.’ 

Interessant alternatief

Briscoe onderstreept dat er tot voor enkele jaren weinig marktparticipanten van het Chinese ontluiken wakker lagen omdat er genoeg mogelijkheden waren op de obligatiemarkten. ‘Vandaag is dat natuurlijk niet meer het geval nu bijna in alle grote regio’s de rente naar 0 procent neigt. En vermogensbeheerders hebben wereldwijd een groot probleem. Sinds 1980 is deze industrie gebouwd rond de stelling dat een portefeuille moet verdeeld worden tussen obligaties of veilige activa aan de ene kant en risicovolle activa aan de andere kant en dat gezien hun negatieve correlatie.’

Dat laatste is echter niet meer het geval terwijl ook binnen het obligatiesegment nauwelijks nog diversificatie mogelijk is aangezien bijna alle obligaties zo goed als identiek bewegen.

Alternatieven ziet Briscoe niet meteen: ‘cash alvast niet want in de meeste landen kost het geld om cash aan te houden. En goud? En er is niet voldoende goud voor handen om de hele vermogensindustrie te laten instappen. De allocatie van activa zal uiteindelijk moeten herbekeken worden en men zal expliciet de landen moeten kiezen waarin men wil beleggen.’ De Chinese obligatiemarkt is volgens hem één van die alternatieven. ‘Chinese obligaties bieden nog een nominaal rendement van meer dan 3 procent terwijl ze een zeer lage correlatie met andere obligatie- en aandelenmarkten hebben. De lage volatiliteit van 2 tot 4 procent is ook mooi meegenomen. Deze diversificatievoordelen beginnen steeds meer institutionele beleggers in te zien.’

Geschiedenis herhaalt zich

En ten slotte draagt de UBS-obligatieman nog een extra element aan, waar weinigen in de markt rekening mee houden, om de groeiende populariteit voor Chinees papier te verklaren. Hij legt uit dat sinds 2008 de internationalisering van China aan het versnellen is en het land eigenlijk niets meer wil afwikkelen in dollar omdat het zo de controle kan behouden. ‘Vandaar dat de Chinezen op een proactieve manier hun financiële markten hebben geopend en geleidelijk alle grondstoffen er een notering hebben gegeven. Sinds kort is ook de belangrijkste grondstof, olie, op de koersborden bijgekomen. En het zwarte goud wordt nu op de markt van Shanghai verhandeld in renminbi en in goud.’ 

En waarom is dat alles volgens Briscoe nu van belang? ‘Welnu, net als de Amerikanen kopen de Chinezen, die de grootste oliekoper ter wereld zijn, enkel olie van een producerend land op voorwaarde dat deze laatste de verkregen renminbi’s terug belegt in Chinese overheidsobligaties. Verschillende staatsinvesteringsfondsen, die grotendeels hun geld uit grondstoffen halen en China als belangrijkste klant hebben, beginnen dus steeds meer geld te versluizen naar de Chinese obligatiemarkt. En deze beweging is pas ingezet.’
 

Author(s)
Categories
Target Audiences
Access
Limited
Article type
Article
FD Article
No