De ministerraad heeft zich voor het eerst gebogen over een voorontwerp van wet houdende de invoering van een jaarlijkse taks op de effectenrekeningen. Deze taks komt er in het kader van de afspraken in het regeerakkoord, waarin gesteld werd dat “de overheid zal streven naar een eerlijke bijdrage van die personen die de grootste draagkracht hebben om bij te dragen, met respect voor het ondernemerschap”. Een update van Tiberghien Advocaten.
Pro memorie: de taks op de effectenrekeningen 1.0 die door de vorige regering werd ingevoerd, werd op 17 oktober 2019 door het Grondwettelijk Hof vernietigd omdat hij op verschillende vlakken discriminerend was, gelet op de doelstelling van de wetgever om een rechtvaardig fiscaal beleid te voeren door middel van het belasten van de grotere vermogens.
Deze nieuwe taks bevat tal van gelijkenissen met de vernietigde taks, vooral wat de inningswijze, de basisprincipes voor de berekening en het tarief betreft.
1. Voorontwerp taks op effectenrekeningen 2.0
De inning van de vernietigde taks werd door de vorige regering als zeer efficiënt ervaren, omdat de Belgische financiële instellingen in principe zelf zorgden voor de aangifte en inning. Dit zal op dezelfde manier gebeuren voor de nieuwe taks. Ook zoals voorheen, zal de titularis van de effectenrekening zelf instaan voor de aangifte en betaling mocht er geen Belgische tussenpersoon optreden, tenzij hij kan aantonen dat die taks reeds ingehouden en betaald werd door een derde. Deze laatste is doorgaans de buitenlandse financiële instelling waarbij de effectenrekening wordt aangehouden.
De belastbare basis voor de taks wordt opnieuw berekend per referentieperiode (in principe van 1 oktober tot en met 30 september van het daaropvolgende jaar) en de gemiddelde grondslag op basis van referentietijdstippen (in principe vier).
Het tarief van de nieuwe taks bedraagt eveneens 0,15 procent op jaarbasis.
De nieuwe taks viseert de effectenrekeningen op zich waarop gemiddeld meer dan 1 miljoen euro aan belastbare financiële instrumenten staan. De nieuwe taks slaat dus op het medium of de drager van financiële instrumenten, namelijk de effectenrekening zelf.
De taks is bovendien ook verschuldigd door rechtspersonen (vzw’s , Stichtingen,…) en vennootschappen die een effectenrekening aanhouden. Tenslotte wordt er ook een uitbreiding van de belastingplicht voorzien naar de oprichter(s) van juridische constructies, moeder-constructies en ketenconstructies in de zin van de kaaimantaks.
Vermits de effectenrekening met een gemiddelde waarde van meer dan 1 miljoen euro aan belastbare financiële instrumenten zelf belast wordt, zal geen opsplitsing meer worden gemaakt tussen het aantal titularissen dat deze rekening aanhoudt. Ook een eventuele uitsplitsing van de tegoeden in blote eigendom – vruchtgebruik is irrelevant. Dit kan soms tot zeer eigenaardige situaties leiden.
Tak 23
Voortaan zijn alle financiële producten op een effectenrekening belastbaar. Volgens de Memorie van Toelichting bij het voorontwerp van wet zouden ook tak 23 beleggingsverzekeringen eronder vallen.
Gelet op de uitbreiding van het toepassingsgebied naar o.m. vennootschappen, worden de effectenrekeningen die bepaalde rechtspersonen aanhouden in het kader van de eigen beroepswerkzaamheid, niet aan de taks onderworpen. Zo zal de taks niet van toepassing zijn op effectenrekeningen die uitsluitend voor eigen rekening worden aangehouden door bepaalde financiële ondernemingen, waaronder de kredietinstellingen, de verzekeringsondernemingen, de beleggingsondernemingen, de beursvennootschappen, de pensioeninstellingen, enz., alsook door instellingen voor collectieve belegging.
2. Nieuwe algemene antimisbruikbepaling
Het wetboek diverse rechten en taksen, dat ook o.m. de beurstaks en de taks op de verzekeringsverrichtingen bevat, kent tot nu toe geen algemene antimisbruikbepaling zoals bijvoorbeeld in de inkomstenbelastingen of in de registratie- en erfbelasting. Die algemene antimisbruikbepaling wordt nu ook in dat wetboek ingevoerd.
Wat de nieuwe taks op effectenrekeningen betreft, zouden onder meer de volgende specifieke situaties hieronder vallen:
⦁ het opsplitsen van effectenrekeningen met het oogmerk te vermijden dat de totale waarde van de effecten op één rekening meer bedraagt dan 1 miljoen euro ;
⦁ de omzetting van belastbare financiële instrumenten op effectenrekening in effecten op naam om te ontsnappen aan de taks;
⦁ bepaalde vermijdingsroutes via de inbreng van de effectenrekening in een fonds tegen aandelen op naam of in een buitenlandse vennootschap.
Specifiek wat de nieuwe jaarlijkse taks op de effectenrekeningen betreft, wordt voorzien dat deze antimisbruikbepaling terugwerkende kracht zal hebben tot de datum waarop voor het eerst in de media over de taks werd bericht, naar verluidt 30 oktober 2020.
Nog meer details vindt u hier.
Gerd D. GOYVAERTS
Dirk COVELIERS
Bart DE COCK
Advocaten Tiberghien Advocaten
Tiberghien Advocaten is een van de leidende fiscale advocatenkantoren in België. Zij zijn kennisexpert van Investment Officer inzake wet- en regelgeving rond beleggingen en zij schrijven maandelijks een bijdrage hierover . Hun website is te bezoeken via deze link.