Laura van Geest, AFM
Schermafbeelding 2022-07-08 om 20.52.51.png

De rijkste 1 procent van Nederland heeft 26 procent van het totale vermogen in handen. Daar staat tegenover dat de ‘onderste’ 25 procent van de bevolking  netto-schulden heeft. Dat betekent dat de vermogensverdeling in Nederland schever is dan tot dusver werd aangenomen.

Dat zijn de conclusies van een werkgroep onder leiding van Laura van Geest (foto), voorzitter van de Autoriteit Financiële Markten. Die werkgroep, bestaande uit experts van verschillende ministeries, het Centraal Planbureau, het Centraal Bureau voor de Statistiek en De Nederlandsche Bank, deed het onderzoek op verzoek van het kabinet dat vrijdag aankondigde die scheve verhoudingen te zullen aanpakken. 

Belastingdruk voor werkenden vs vermogenden

De scherpe vermogensverschillen worden veroorzaakt doordat een kleine groep burgers sterk heeft geprofiteerd van de forse stijgingen van de aandelenkoersen, alsook van de sterk gestegen vastgoedprijzen in Nederland. 

Voorts heeft de werkgroep vastgesteld dat er sprake is van een uiteenlopende belastingdruk tussen mensen die in loondienst werken en mensen die een bedrijf hebben. Dat is een gevolg van specifieke belastingregels. Het zogeheten aanmerkelijk belang, wat iemand heeft bij ten minste van 5 procent van de aandelen van een bedrijf, werd niet volledig meegerekend. De 1 procent van rijkste Nederlanders bezit 75 procent van het totale aanmerkelijke belang in Nederland. Dit belang vormt voor hen 60 procent van hun totaalvermogen.

Ontwikkeling bezittingen en schulden top 1% vermogensgroep

Ook wordt gewezen op het feit dat woningeigenaren door de hypotheekaftrek sterk in het voordeel zijn van huurders.  Minister van Gennip (CDA) van Sociale Zaken zei in een reactie: Dat er ongelijkheid is in Nederland is één. Dat die zo groot is, daar moeten we iets van leren.

Suggesties aan het kabinet 

De werkgroep heeft een handvol maatregelen voorgelegd om de vermogensverschillen, die men schadelijk vindt voor zowel de economie als voor de samenleving op langere termijn, aan te pakken. Zo moet de overheid volgens de werkgroep jaarlijks de belastingconstructies van vermogende belastingbetalers in beeld brengen, om te bezien hoe de regels in de praktijk uitpakken.

Daarnaast wordt er voor gepleit het lage tarief van de vennootschapsbelasting te wijzigen, evenals de aftrekpost mkb-winstvrijstelling. De rijkste 1 procent van de huishoudens weet namelijk via een fiscale route de belastingafdracht fors te drukken. Zo moet momenteel over de eerste twee ton winst slechts 15 procent belasting worden betaald, tegen 25,8 procent voor de rest. 

Tabel 2.1: Vermogen in Nederland (2020, in miljard euro)

De vermogenden splitsen hun vermogen niet zelden over diverse bv’s om onder het goedkope(re) tarief te blijven vallen. Maar door alle winsten tegen het toptarief te belasten, krijgt de schatkist naar verwachting van de ambtenaren ruim 5 miljard euro per jaar extra aan belastinginkomsten. 

Ook worden door de ambtenaren andere mogelijkheden voorgelegd om de belastingeninkomsten te verhogen. Dat kan door de mkb-vrijstelling af te schaffen. Dat levert 1,7 miljard euro op. 

Kaag: heel veel duidelijke signalen

Ook bij vermogensoverdrachten, zoals bij bedrijfsopvolging, erfenissen en schenkingen, is het eerlijk om de belastingdruk anders te verdelen, vindt de werkgroep. Ook legt de werkgroep de mogelijkheid voor om  de hypotheekrenteaftrek en het eigenwoningforfait te verlagen, en op lange termijn de winst bij verkoop van de woning te belasten. Daarentegen wordt het belasten van de woning als bezit, in box 3, als optie afgewezen.

Premier Rutte (VVD) zei vrijdag op zijn wekelijks persconferentie dat wat hem betreft de eerste eigen woning en relatief kleine pensioenen buiten de maatregelen vallen. Minister Kaag (D66) van Financiën, van haar kant verklaarde:  Er zijn al heel veel duidelijke signalen op te vangen uit deze studie.

Gerelateerde artikelen op Investment Officer:

Author(s)
Categories
Documents
Target Audiences
Access
Limited
Article type
Article
FD Article
No