Het toezicht op algemeen nut beogende instellingen (ANBI’s) moet intensiever, stelt de commissie ANBI’s. De door de staatssecretaris van Fiscaliteit en Belastingdienst opgerichte werkgroep oppert bovendien om deze stichtingen te gaan verplichten om hun jaarverslag op een centrale plek te gaan publiceren.
Dat blijkt uit een in dit voorjaar gepubliceerd rapport van de commissie ANBI’s. Naar dit rapport wordt verwezen in het eerder deze week door de NOS opgepikte rapport met tien opmerkelijke belastingconstructies, waaronder de ANBI.
Een vorm van belastingarbitrage dan wel ‘opmerkelijk gebruik’ van fiscale regelgevingen’, aldus de ambtenaren van diverse ministeries en toezichthouders over diverse belastingconstructies waaronder de ANBI. ‘In het algemeen geldt dat hoe hoger het inkomen en/of vermogen des te lonender de (opmerkelijke) fiscale mogelijkheden’, aldus de ambtenaren. ‘Het belastingstelsel kan op deze manier bijdragen aan vermogensongelijkheid.’
Aanbeveling: digitaliseren en publicatie
In het in mei gepubliceerde rapport van de commissie ANBI, die bestaat uit hoogleraar Filantropie René Bekkers, raadsheer-plaatsvervanger Hans van Leijenhorst en hoogleraar Nederlands en Europees Constitutioneel Recht Ingrid Leijten, klinkt het advies om de registratie van ANBI’s te digitaliseren, net als de verzameling van gegevens en communicatie erover.
Daarbij zou het toezicht intensiever en beter moeten, aldus de commissie, die opmerkt dat dit nu gebrekkig is door beperkte capaciteit en een gebrek aan gegevens bij de Belastingdienst.
Wat betreft de commissie zouden ANBI’s daarnaast jaarlijks een minimum aan activiteiten moeten verrichten of een minimum bedrag voor het algemeen nut besteden. ‘Anders kunnen deze instellingen geen ANBI’s meer zijn.’
De commissie stelt bovendien voor dat de informatie die ANBI’s verplicht zijn te publiceren op een eigen website - zoals een jaarverslag - ook op een centrale plek beschikbaar zou moeten zijn voor het algemeen publiek. ‘Dan krijgen ook donateurs, vrijwilligers, bedrijfsmatige sponsors, overheden en andere subsidieverstrekkers zoals fondsen inzicht in ANBI’s.’
ANBI
Volgens de meest recente cijfers zijn er zo’n 45.000 actieve ANBI’s geregistreerd bij de Belastingdienst. Een gift aan een ANBI, die meestal de vorm van een stichting heeft, is aftrekbaar voor de inkomstenbelasting. Bij een eenmalige gift geldt daarbij een drempel en een maximumbedrag, bij een periodieke gift (voor tenminste 5 jaar) gelden géén drempel en maximumbedrag.
Het is mogelijk zelf een ANBI op te richten en daar bijvoorbeeld aandelen of een schilderij aan te verkopen maar zelf het vruchtgebruik te behouden, luidt de uitleg over deze constructie in het onderzoeksrapport waar de NOS deze week naar verwees. Het recht op inkomsten uit de aandelen (dividend) of het recht om het schilderij aan eigen muur op te hangen blijft toebehoren aan de persoon en niet is overgegaan naar de ANBI. De verkoopsom van de aandelen of het schilderij kan in termijnen worden geschonken aan de ANBI als periodieke gift. Die dus afgetrokken kan worden van de inkomstenbelasting.
Het uiteindelijke voordeel hiervan is behalve een verlaging van het inkomen voor de inkomstenbelasting (vanwege de giftenaftrek via de eigen ANBI), het behoud van inkomsten uit de aandelen of het schilderij uit het voorbeeld. ‘Er zijn gevallen waarbij de giftenaftrek de volledige grondslag voor inkomstenbelasting (box 1, 2 en 3) tot 0 reduceert. In dat geval wordt er dus geen inkomstenbelasting betaald’, aldus de experts.
Het gebruik van de periodieke giftenaftrek is zeer scheef verdeeld, volgens cijfers van de Belastingdienst over 2017. 40 procent van het budgettaire beslag van de jaarlijkse periodieke giftenaftrek, kwam destijds vandaan bij personen met meer dan 25 miljoen vermogen. Bij deze zeer vermogenden was in dat jaar in minimaal 94 procent van de periodieke giftenaftrekken sprake van een zelf opgerichte ANBI.
Fraude
‘Het is onbekend hoeveel fraude ANBI’s plegen omdat het ANBI-team nauwelijks toekomt aan opsporing van fraude’, stelt de commissie ANBI in het rapport van mei. ‘Het team heeft de handen vol aan beoordelingen van aanvragen voor de ANBI-status, aan advies over aanvragen en bezwaren tegen beslissingen. De kans op fraude is aanzienlijk omdat er nadat de ANBI-status is toegekend geen effectief toezicht is op de naleving van de voorwaarden ervan. Gezien de omvang van de fiscale faciliteiten voor ANBI’s acht de commissie deze situatie onwenselijk.’
‘Voor de maatschappelijk meest zichtbare ANBI’s die het grootste deel van de economische activiteiten voor hun rekening nemen is de kans op fraude klein. Dit betreft ongeveer 1000 grote filantropische instellingen die actief fondsenwerven of uitkeringen doen aan goede doelen uit opgebouwd vermogen. Zij beschikken over een Erkenning van CBF of zijn lid van een van de brancheverenigingen in de filantropische sector, zoals Fondsen in Nederland (FIN) voor vermogensfondsen. Het toezicht op deze instellingen functioneert goed en efficiënt via de vrijwillige Erkenning van CBF en via gedragscodes van brancheorganisaties. Het toezicht door zelfregulering dekt echter maar een fractie van alle ANBI’s.’
Vermogensverdeling
Het rapport met de belastingsconstructies waaronder de ANBI is onderdeel van het in juli door het kabinet gepresenteerde Interdepartementaal Beleidsonderzoek (IBO) Vermogensverdeling. De conclusie daarvan luidde dat de vermogensverschillen in Nederland schever zijn dan gedacht.