Hoewel het politieke akkoord rondom de Europese taxonomie een belangrijke volgende stap is richting meer duurzaamheid in de financiële industrie, lijkt de impact op beleggers vooralsnog beperkt.
Dat komt voornamelijk omdat het politieke akkoord er dan wel is, maar de technische invulling ervan pas eind 2020 wordt verwacht. In het politiek akkoord is enkel het wettelijk kader voor de taxonomie uiteengezet.
Dat betekent niet dat het geen significante ontwikkeling is, dat is het namelijk wel degelijk volgens Will Martindale van PRI. Een belangrijk gevolg volgens de director Policy & Research is dat voortaan met absolute getallen gemeten gaat worden. ‘Dat was eerder niet het geval, en maakte onderling vergelijken moeilijk’, aldus Martindale donderdag tijdens een webinar van de organisatie voor duurzaam beleggen.
Spannend
Andy Pettit van Morningstar ziet het vooral als uitkomst voor beleggingsfondsen. Met het akkoord is volgens hem een eerste stap gezet richting een verplichting voor bedrijven om inkomsten die voldoen aan taxonomie-activiteiten, openbaar te maken. ‘Dat neemt een groot probleem weg voor fondsen als het gaat om informatie die ze nodig hebben van de bedrijven waarin ze hebben geïnvesteerd.’
Ook Brenda Kramer (foto), lid van de EU Technical Expert group for Sustainable Finance (TEG), spreekt tegenover Fondsnieuws van een ‘mijlpaal’. ‘Zonder het akkoord zou het werk van onze groep voor niets zijn geweest, dus het was erg spannend voor ons. Hoewel het politieke en het technische spoor naast elkaar hebben gelopen, kan de TEG niet acteren zonder het daadwerkelijke mandaat vanuit de politiek.’
De TEG heeft inmiddels de laatste hand gelegd aan de technische invulling en verwacht hiervan in maart het definitieve rapport te presenteren. Vlak voor de zomer bracht de groep het werkmodel voor een toekomstige taxonomie uit, inclusief een eerste set van 67 technische screeningcriteria. Over de zomermaanden heeft een openbare consultatieronde plaatsgevonden waar meer dan 800 instellingen op hebben gereageerd.
Asset managers
‘Ten opzichte van de eerste versie hebben we naar aanleiding van de feedback diverse technische aanpassingen gedaan die specifiek voor bepaalde asset categorieën gelden. Daarnaast hebben we onze eerder opgestelde handleiding voor beleggers aangevuld om beleggers nog meer handvatten te geven voor de implementatie’, legt Kramer uit.
De definitieve duurzaamheidstaxonomie zal er naar verwachting pas eind volgend jaar liggen. Vervolgens hebben asset managers tot 2021 om de richtlijnen te implementeren.
Volgens Randy Pattiselanno van Dufas zijn veel asset managers van plan de taxonomie te gaan gebruiken, tenminste: de meeste van de leden van Dufas. Tegelijkertijd merken zij op dat beschikbaarheid van data belangrijk is. Asset managers hebben immers data van ondernemingen nodig om te kunnen meten of hun beleggingen voldoen aan de taxonomie criteria.’
Lijn in het zand
Wat het ‘Europese woordenboek van wat groen is’ wat vrijblijvend lijkt te maken, is dat beleggers die fondsen hebben opgetuigd met het label “groen” of “ESG”, dan wel transparant moeten zijn over de bijdrage die de onderliggende stukken leveren aan de energietransitie via bijvoorbeeld een vermindering van de CO2-uitstoot, maar er géén wettelijk eis gaat gelden over hoeveel die bedrijven dan bij moeten dragen.
De invoering van een label dat daar wél eisen over stelt, heeft een gigantische invloed op beleggers, weet David Czupryna van Candriam. Hij vertelt Fondsnieuws over het onlangs ingevoerde duurzaamheidslabel van Febelfin in België. ‘Dat heeft echt een lijn in het zand getrokken hier’, aldus het hoofd ESG portfolio management. ‘Maar ik betwijfel of de in 2021 in te voeren regelgeving rondom de taxonomie hetzelfde effect zal hebben. Je mag je beleggingen straks namelijk nog steeds sustainable noemen, óók als ze dat niet zijn. Als je daar maar transparant over bent.’
‘Tot nu was het in Europa zo dat waar je ook keek, er geen standaard gold over groene beleggingen of ESG-beleggingen, Behalve wat specifieke standaarden in landen als Frankrijk, Duitsland en België. Daardoor kon je prima een groen fonds runnen met wat duidelijk duurzame bedrijven, aangevuld met bedrijven die helemaal niet zo betrokken zijn bij de weg richting duurzaamheid.’
Beleggers moeten bij de daadwerkelijke invoering van de taxonomie en de bijbehorende kaders overigens wel degelijk aan de slag, aangezien zij die hun fonds ‘green’, ‘sustainable’ of ‘ESG’ noemen, openbaar moeten maken wat de bijdrage van dat fonds is in activiteiten die in lijn zijn met de taxonomie. Doe je dat niet, dan moet je duidelijk vermelden dat je niet aansprakelijk gehouden kan worden voor ESG-schade in je beleggingen.
Data
Bij die zoektocht naar transparantie zit het meeste werk in het verzamelen van de data, denkt Czupryna van Candriam. ‘Er hoeft niet zoveel te veranderen aan portefeuilles, maar je hebt de data nodig. Op dit moment hebben we de data niet, niemand heeft die. De uitdaging tussen nu en eind 2021 is voor bedrijven om te gaan communiceren over de aanwezigheid van hun activiteiten en investeringen die in lijn zijn met de taxonomie en vervolgens moeten wij dat weer implementeren in onze analyses van bedrijven.’
Pattiselanno van Dufas benadrukt in een reactie dat met het bereiken van het politiek akkoord, de uitdaging rond beschikbaarheid, betrouwbaarheid en vergelijkbaarheid van data nog niet opgelost. ‘Daar zal zeker aan gewerkt moeten worden en de asset management sector kan daar ook een rol in spelen’, aldus de Manager Strategy & Regulatory Affairs van de brancheorganisatie. ‘Maar de uitdaging rond data is wel door de Europese wetgever onderkend. Het is dan ook positief te noemen dat in het uiteindelijke compromis bepaalde grote beursgenoteerde ondernemingen ook onder de taxonomie zullen moeten rapporteren. Dat is al een stap in de goede richting. Asset managers moeten immers hun beleggingen in bedrijven toetsen langs de meetlat van de taxonomie. Hoe meer ondernemingen hierover rapporteren, des te beter.’