‘Op lange termijn kloppen de meeste actieve beheerders hun benchmark niet. Ook het verhaal dat ze in volatiele tijden betere returns en bescherming bieden gaat niet op. Daarom kiezen wij resoluut voor goedkoop passief beheer’, zegt Andrés Jorge Buysse, customer success manager bij easyvest.
De vermogensbeheerder easyvest wil beleggen zo eenvoudig mogelijk maken. Daartoe wordt er ingezet op goedkope passieve portefeuilles. ‘Op basis van de doelstellingen en het risicoprofiel van de klant bouwen we portefeuilles op met trackers. Die beleggen enerzijds in goed gespreide mandjes met wereldwijde aandelen. Anderzijds maken we gebruik van korfjes met staatsobligaties uit de Eurozone.’
Op basis van die twee goed gespreide bouwblokken kunnen tien verschillende portefeuilles aangeboden worden. ‘Elke klant heeft zijn eigen verhaal en risicoprofiel, dus stellen we portefeuilles samen die daar zo goed mogelijk op aansluiten’, aldus Buysse.
Verschil moet er zijn
Easyvest wil het verschil maken door de kosten voor de klanten laag te houden. ‘We doen er alles aan om de vergoedingen zo laag mogelijk te houden, want hoge kosten romen het rendement van de klant af. In de praktijk liggen de kosten van onze concurrenten vaak drie tot vijf keer hoger, door de stevige instap- en beheerskosten. Dat maakt een wereld van verschil qua rendement’.
Bovendien wordt het aantal transacties tot een minimum beperkt. ‘Klassieke vermogensbeheerders doen vaak veel transacties, wat de kosten doet oplopen. Bij easyvest beperken we het aantal transacties tot het strikt noodzakelijke. We proberen ook de fiscale impact van die transacties zoveel mogelijk te beperken’, legt Buysse uit.
Resoluut passief
Easyvest kiest resoluut voor een passieve beleggingsaanpak. ‘De meeste grote instellingen in België geven de voorkeur aan hun eigen actief beheerde fondsen. Maar wij zijn er van overtuigd dat niemand op de lange termijn de markt kan verslaan. Een overvloed aan studies bewijst dat actief beheer op lange termijn consequent slechter presteert. Uit data van Morningstar blijkt dat 98 procent van de actieve beheerders er niet in slaagt om op lange termijn beter te doen dan hun benchmark.’
Buysse benadrukt dat de zeldzame outperformers geen garantie bieden voor de toekomst. ‘Prestaties uit het verleden zijn geen garantie voor de toekomst. Je mag bovendien niet onderschatten hoe groot de rol van de factor geluk is bij dit soort outperformance. Waarom zouden we voor actief beheer kiezen terwijl het overduidelijk is dat passief beleggen bijna altijd een beter rendement oplevert’, stelt Buysse.
Veel actieve beheerders halen aan dat ze betere returns en bescherming kunnen bieden in volatiele tijden. Maar Buysse veegt die argumenten resoluut van tafel. ‘Volgens ons is dat vooral een mooi marketingverhaaltje. We vergelijken regelmatig de prestaties van andere vermogensbeheerders met die van onze eigen portefeuilles. Daaruit blijkt dat wanneer de beurs stijgt, de meest actieve beheerders het slechter doen dan de indexen. In moeilijke beurstijden verliezen ze dan weer meer dan de benchmark. Kortom, het omgekeerde van wat men beweert blijkt waar. Nog opvallender is dat de volatiliteit van actieve portefeuilles systematisch hoger ligt dan die van indexportefeuilles met een vergelijkbare allocatie’, legt Buysse uit.
Een inerte markt
Uit klantencontacten merkt Buysse dat Belgische beleggers niet bepaald gehecht zijn aan hun bankier. Ze zijn bovendien vaak ontevreden over de resultaten en dienstverlening. ‘Maar we merken tegelijk dat er toch veel nodig is om een klant de overstap te doen maken. De financiële wereld is in feite vrij inert. Maar we zetten stappen in de goede richting. Zo kregen we vorig jaar van de FSMA een upgrade van onze licentie en mogen we ons nu een erkend vermogensbeheerder noemen.’
Daarbij durft hij gerust te stellen dat easyvest zich kan meten met andere retail- en private banking spelers in België. ‘In een recente studie van Test Aankoop Invest werden zes robo-advisors vergeleken. Wij kwamen daarbij, voor het tweede jaar op rij, als de beste keuze uit de bus. Dat is een mooie bevestiging dat onze aanpak werkt’, besluit Buysse.