Het groeilandenfonds van GQG Partners heeft afgelopen jaar een aanzienlijk meerrendement geboekt. Hierdoor hebben veel beleggers geld belegd bij deze Amerikaanse boetiek, die gespecialiseerd is in wereldwijd en actief beheer.
GQG Partners is een in Florida gebaseerd Amerikaanse boetiek asset manager, die werd opgericht in 2016 en wordt geleid door Rajiv Jain, de voormalige sterbeheerder van de Zwitserse vermogensbeheerder Vontobel, waar hij gedurende meer dan twintig jaar werkte. De groep biedt nu drie actief beheerde fondsen aan, respectievelijk op de groeilanden (het oudste fonds in het gamma), in wereldwijde aandelen en in Amerikaanse aandelen.
De fondsen worden in België verdeeld door Alfipartners.
Dankzij de goede prestaties van de afgelopen jaren (met name een stijging van 21 procent voor het aandelenfonds in de groeilanden in 2020), zijn de activa onder beheer van deze beheerder het afgelopen jaar bijna verdubbeld. Ze bedragen nu al bijna 60 miljard dollar.
Flexibele benadering
De beleggingsfilosofie is gebaseerd op de zoektocht naar kwaliteitsaandelen, met een stijl die niet echt groei of value te noemen is. De beheerders willen zo inspelen op de marktevolutie en op de economische omstandigheden. ‘Wanneer we geloven in een bedrijf, zijn we bereid om daarvoor hogere multiples te betalen,’ benadrukt Xavier Sement (directeur bij GQG Partners). ‘We kunnen daarnaast onze posities ook lang bijhouden, of ze daarentegen snel verkopen wanneer de marktomstandigheden dat vereisen. Onze beheerders zijn niet enkel goede stockpickers, maar ook goede stocksellers.’
Een andere eigenschap van de beheerder, is dat hij ervoor wil zorgen dat de belangen van de beheerders aansluiten bij die van de cliënten. ‘Wij willen een referentie worden op dat vlak binnen de asset management industrie. We beleggen ook veel samen met onze cliënten, waardoor we onze beleggingsbeslissingen eerder op een voorzichtige manier nemen.’
Gebaseerd op onderzoek
Chulantha De Silva maakt deel uit van het analistenteam dat de beleggingsbeslissingen bij GQG Partners, en dat is een van de sterke punten van de Amerikaanse beheerder. ‘De manier waarop ons team is samengesteld, onderscheidt ons van onze concurrenten. Naast een traditioneel analistenteam dat bedrijven gaat waarderen, hebben we eveneens niet-traditionele profielen in huis, zoals onderzoeksjournalisten, een boekhoudkundig expert en een specialist in disruptieve technologieën. Op die manier kunnen we bepaalde bedrijven analyseren vanuit een invalshoek die onze concurrenten niet altijd volgen.’
Hij benadrukt dat de toegevoegde waarde van deze profielen niet meteen een impact zal hebben op zeer toegankelijke largecaps, maar wel op eerder complexe dossiers, zoals de Chinese financiële instellingen.
‘Onze portefeuilles zijn bijzonder geconcentreerd, waarbij de twintig grootste belangrijkste posities goed zijn voor twee derde van de activa onder beheer. Wij moeten dus erg sterk overtuigd zijn van elk dossier.’
De onderzoeksjournalisten zullen bijvoorbeeld worden ingezet om na te gaan of bepaalde bedrijven duurzaam zijn. ‘Alle autobouwers zullen u zeggen dat ze het beste research- en ontwikkelingsteam hebben op het vlak van elektrische voertuigen. Daarom is het veel interessanter om te bekijken welke bedrijven pas afgestudeerde ingenieurs kunnen aantrekken.’
Outperformance
Wanneer we kijken naar het rendement het groeilandenfonds behaalde in 2020, benadrukt Chulantha De Silva dat deze te danken is aan de snelheid waarmee het team heeft gereageerd op het eerste nieuws uit China in januari. ‘Rajiv Jain heeft meer dan twintig jaar ervaring met de groeilanden, en hij heeft verschillende epidemieën meegemaakt. De snelheid waarmee hij de strategie heeft belegd in consumptiegoederen, distributeurs en technologie heeft geleid tot een meerrendement van 4,5 tot 5 procent vorig jaar.’ En sinds het vierde kwartaal van vorig jaar heeft de beheerder daarentegen de duurste segmenten van de technologiesector afgebouwd, en heeft hij opnieuw belegd in financiële waarden.
Hij toont zich eveneens voorzichtig tegenover de rally die we zien in bepaalde sectoren die zwaar werden getroffen door de pandemie, zoals vrije tijd of luchtvaartmaatschappijen. ‘Na de SARS-epidemie duurde het drie jaar voor de situatie was genormaliseerd, en vandaag zijn de wonden die werden geslagen veel groter en dieper. We denken dat de markt te agressief is. We positioneren ons in bepaalde namen omdat we voorzichtiger willen zijn. We willen onze middelen defensiever herbeleggen.’