Nu het stof over 2018 is neergedaald, onderzoekt Duncan Lamont hoe duur of goedkoop de aandelenmarkten gewaardeerd zijn.
2018 was een turbulent jaar voor de aandelenmarkten. Vooral in de laatste maanden van het jaar kregen ze het zwaar te verduren. De beleggers, die de voorgaande jaren hadden genoten van een ongekende rust op de markten, werden door de terugkeer van de volatiliteit wreed opgeschrikt.
Nu het stof is neergedaald, is er toch een lichtpuntje voor aandelenbeleggers zichtbaar. Al voor de inzinking in het vierde kwartaal waren de waarderingen van de markten goedkoper aan het worden. Dit was te danken aan de verbetering van de fundamentele factoren. Voor de Amerikaanse markt wordt voor 2018 een winstgroei van maar liefst 24% verwacht, hoewel dit gedeeltelijk te danken is aan de belastingverlagingen van de regering Trump. Ook voor het VK en de opkomende markten wordt een tweecijferige winstgroei voorspeld, terwijl voor Europa rond de 5% wordt verwacht. Hekkensluiter Japan moet het doen met 3%, maar heeft het afgelopen jaar behoorlijk veel weergerelateerde tegenslag gehad.
Als de aandelenkoersen het jaar waren geëindigd waar ze het waren begonnen, zouden beleggers er vanuit fundamenteel oogpunt op vooruitgegaan zijn. Met andere woorden: ze zouden meer winst hebben behaald uit elke belegde dollar.
De laatste maanden van 2018 zijn de aandelenkoersen echter niet gelijk gebleven, maar scherp gedaald. Dat betekent dat niet alleen de winsten hoger, maar ook de koersen lager zijn geworden. Als gevolg hiervan naderen de meest gebruikte, op de winst gebaseerde maatstaven voor de waardering van de aandelenmarkten nu hun laagste stand in jaren.
Vergeleken met de consensusprognose voor de winst in de komende 12 maanden liggen de aandelenwaarderingen in de VS, het VK, Europa, Japan en de opkomende markten dicht bij hun laagste niveau in vier tot zes jaar. Hetzelfde beeld is te zien als de koersen worden afgezet tegen de winsten over de voorgaande 12 maanden. Op basis hiervan zijn Japanse aandelen sinds het dieptepunt van de financiële crisis nooit zo goedkoop geweest.
Ook volgens andere waarderingsratio’s zijn de aandelenmarkten goedkoper geworden – de cyclisch gewogen koers/winst en de koers/boekwaarde zijn gedaald en de dividendrendementen zijn gestegen – zij het minder sterk.
Het gevolg is dat de aandelenmarkten, vanuit waarderingsoogpunt, nu veel aantrekkelijker vooruitzichten bieden dan voorheen. Terwijl de waarderingstabel begin 2018 bijna helemaal rood (duur) was, is hij nu overwegend groen (goedkoop). Met uitzondering van de VS zijn alle markten volgens de meeste waarderingsmaatstaven nu gewoon goedkoop te noemen. Zelfs de VS is minder duur geworden. (Alle waarderingsmaatstaven worden hieronder uitgelegd).
Hoewel de markten de komende tijd voor de nodige uitdagingen staan – geopolitieke spanningen, het verkrappende monetaire beleid en de vertragende wereldeconomie – is beleggen als de waarderingen laag zijn een gezonde strategie voor de lange termijn. Waarderingen zijn de allerbelangrijkste factor voor het rendement op lange termijn, hoewel altijd bedacht moet worden dat ze nutteloos zijn als indicator zijn voor marktbewegingen op de korte termijn.
Meer lezen: Waarom 2019 een beter jaar voor beleggers kan worden
In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst.
De voor- en nadelen van waarderingsmaatstaven
Om te bepalen of een aandeel duur of goedkoop is, kunnen beleggers diverse waarderingsmaatstaven gebruiken. Elk daarvan vertelt een ander verhaal, en allemaal hebben ze hun voor- en nadelen zodat een evenwichtige benadering, die rekening houdt met hun soms tegenstrijdige boodschappen, waarschijnlijk het beste resultaat oplevert.
Verwachte K/W
Een veelgebruikte waarderingsmaatstaf is de verwachte koers-winstverhouding, ook wel forward P/E genoemd. Hierbij wordt de totale beurswaarde van een markt gedeeld door de verwachte winst per aandeel van alle beursgenoteerde bedrijven over de komende 12 maanden. Hoe lager de uitkomst, des te beter de waardering.
Het nadeel van deze methode is natuurlijk dat deze op prognoses berust en niemand weet hoeveel winst bedrijven in de toekomst maken. Analisten proberen dat te schatten, maar regelmatig zitten ze er naast en overschatten de bedrijfswinsten, waardoor aandelen goedkoper lijken dan ze in werkelijkheid zijn.
Voortschrijdende K/W
Deze methode wordt misschien nog wel vaker gebruikt. Hierbij wordt de beurswaarde gedeeld door de winst die de bedrijven de afgelopen 12 maanden hebben behaald. Maar al komt er geen koffiedik kijken aan te pas, ook de afgelopen twaalf maanden kunnen een misleidend beeld geven.
CAPE (cyclically-adjusted price to earnings)
De cyclisch gecorrigeerde koers-winstverhouding (CAPE) is een andere belangrijke indicator die door analisten wordt gevolgd en de afgelopen jaren steeds vaker gebruikt wordt. Hij wordt meestal aangeduid met de afkorting CAPE of de Shiller-ratio/verhouding, naar de econoom Robert Shiller die deze methode introduceerde.
In deze methode wordt geprobeerd de gevoeligheid van de voortschrijdende K/W voor de afgelopen 12 maanden te neutraliseren door de beurswaarde af te zetten tegen de gemiddelde winst over de afgelopen 10 jaar, gecorrigeerd voor inflatie. Hierdoor worden kortetermijnschommelingen in de winst eruit gefilterd.
Een hoge Shiller K/W wordt meestal gevolgd door lage rendementen op lange termijn. Een nadeel van deze methode is dat het een hele slechte voorspeller is van omslagpunten in de markten. Zo is de VS volgens deze maatstaf al jarenlang erg duur, maar dat vormt voor deze markt geen enkele belemmering om nog duurder te worden.
Koers-boekwaarde
De koers-boekwaardeverhouding vergelijkt de beurswaarde van de aandelenmarkt met zijn boekwaarde of intrinsieke waarde. Een hoge K/B betekent dat een bedrijf duur is in verhouding tot de waarde van de zijn activa in zijn boekhouding. Dit kan komen doordat in de toekomst een hogere groei wordt verwacht.
Een lage waarde betekent dat de markt de waarde inschat op weinig hoger (of misschien zelfs lager, als het getal lager is dan 1) dan zijn boekhoudkundige waarde. Deze koppeling met de intrinsieke waarde van het bedrijf is een van de redenen waarom deze methode vaak wordt gebruikt door waardebeleggers, die zoeken naar ondergewaardeerde aandelen.
Voor technologiebedrijven of bedrijven in de dienstensector echter, die nauwelijks fysieke activa hebben, zegt deze ratio weinig. Bovendien kunnen verschillen in verslaggevingsstandaarden wereldwijd tot aanzienlijke variaties leiden.
Dividendrendement
Het dividendrendement, ofwel het uitgekeerde dividend als percentage van de koers, is vaak een nuttig hulpmiddel gebleken om toekomstige rendementen te voorspellen. Een laag dividendrendement werd geassocieerd met een lager toekomstig rendement.
Deze maatstaf is echter op zijn retour.
Eén reden daarvoor is dat bedrijven er steeds vaker voor kiezen om hun aandeelhouders geld terug te geven door aandelen in te kopen in plaats van door dividend uit te keren (aandeleninkoop drijft de aandelenkoers op).
Deze trend is vooral heel sterk in de VS, maar ook elders waarneembaar. Bovendien doet deze maatstaf geen recht het grote aantal snel groeiende bedrijven die geen of weinig dividend betalen maar hun overtollige kapitaal liever in toekomstige groei investeren.
Een paar algemene regels
Beleggers moeten de verleiding weerstaan om regio’s puur op basis van een waarderingsmaatstaf met elkaar te vergelijken. Dat is niet mogelijk vanwege de verschillen in verslaggevingsstandaards en de samenstelling van aandelenmarkten.
Technologieaandelen bijvoorbeeld zijn duurder dan andere sectoren vanwege hun relatief hoge groeivooruitzichten. Zodoende zal een markt met relatief veel aandelen uit de die sector, zoals de VS, een hogere waardering hebben dan bijvoorbeeld Europa. Om ze goed te kunnen vergelijken, moet er een “level playing field” worden gecreëerd.
Dat heeft Schroders gedaan door te kijken of een markt volgens de genoemde waarderingsmaatstaven duurder of goedkoper is dan zijn historische gemiddelde.
Het resultaat is weergegeven in de bovenstaande tabel. Let wel, deze informatie mag niet worden gebruikt of beschouwd als aanbeveling om te kopen en/of verkopen. Beleggers die onzeker zijn over hun beleggingen, dienen een financieel adviseur te raadplegen.
Tot slot dienen beleggers altijd te beseffen dat in het verleden behaalde resultaten en historische marktpatronen geen betrouwbare richtlijn voor de toekomst zijn en dat hun geld risico loopt, zoals bij elke belegging het geval is.
Belangrijke informatie
Uitsluitend voor professionele beleggers en adviseurs.
De meningen en standpunten in dit document zijn die van Duncan Lamont, Head of Reaearch and Analytics, en zij vertegenwoordigen niet noodzakelijk de meningen die worden uitgedrukt of weerspiegeld in andere berichten, strategieën of fondsen van Schroders.
Dit document is uitsluitend bedoeld ter informatie. Het materiaal is niet bedoeld als aanbod of uitnodiging om een financieel instrument of effect te kopen of te verkopen of een bepaalde beleggingsstrategie te volgen. De verstrekte informatie vormt geen beleggingsadvies, beleggingsaanbeveling of beleggingsonderzoek en is niet afgestemd op de specifieke omstandigheden van enige ontvanger. Het materiaal is niet bedoeld als financieel, juridisch of fiscaal advies en mag niet worden gebruikt als basis hiervoor. De vermelde informatie wordt geacht betrouwbaar te zijn, maar de juistheid of volledigheid wordt door Schroders niet gegarandeerd. Schroders is niet aansprakelijk voor onjuistheden in feiten of meningen. De opvattingen en informatie in dit document mogen niet worden gebruikt als basis voor individuele beleggingsbeslissingen en/of strategische beslissingen.
In het verleden behaalde resultaten zijn geen betrouwbare leidraad voor de toekomstige resultaten. De koersen van aandelen en de daaruit gegenereerde inkomsten kunnen zowel dalen als stijgen, en het is mogelijk dat beleggers het oorspronkelijk geïnvesteerde bedrag niet terugkrijgen.
Schroders is een data controller met betrekking tot uw persoonsgegevens. In ons Privacybeleid, dat u kunt raadplegen op www.schroders.com/en/privacy-policy, vindt u informatie over de wijze waarop Schroders uw persoonsgegevens kan verwerken. Als u geen toegang hebt tot deze website, is ons Privacybeleid op aanvraag verkrijgbaar.
Uitgegeven door Schroder Investment Management (Europe) S.A., 5, rue Höhenhof, L-1736 Senningerberg, Luxemburg. R.C.S. Luxemburg: B 37.799.
Ten behoeve van uw veiligheid kunnen telefoongesprekken worden opgenomen of beluisterd.
Gegevens van derden zijn eigendom van de verstrekker van de gegevens en mogen niet worden verspreid, overgenomen of voor een ander doel worden gebruikt zonder toestemming van de verstrekker. Gegevens van derden worden verstrekt zonder enige garantie. Noch de verstrekker van de gegevens noch de uitgever van dit document kunnen aansprakelijk worden gesteld voor gegevens van derden. Het prospectus en/of www.schroders.be bevatten aanvullende disclaimers ten aanzien van gegevens van derden.
De prognoses in dit document zijn het resultaat van statistische modellering op basis van een aantal aannames. Prognoses zijn onderhevig aan een hoge mate van onzekerheid ten aanzien van toekomstige economische omstandigheden en marktfactoren die de feitelijke toekomstige resultaten kunnen beïnvloeden. De prognoses worden verstrekt ter informatie volgens de stand van zaken op dit moment. De gehanteerde aannames kunnen aanzienlijk veranderen als gevolg van veranderingen in de onderliggende aannames, die onder meer het gevolg kunnen zijn van veranderingen in de economische omstandigheden en marktfactoren. Schroders is niet verplicht u op de hoogte te stellen van aanpassingen of veranderingen in deze informatie wanneer aannames, economische omstandigheden, marktfactoren, modellen of andere zaken veranderen.