Het is moeilijk deze maand niet over de oorlog te schrijven. In economische termen is er geen positieve business case voor het voeren van een oorlog, maar daar trekt de werkelijkheid zich soms weinig van aan. De economische en maatschappelijke consequenties van deze gewelddadige werkelijkheid zijn dikwijls enorm.
De Russische president Poetin heeft met de oorlog die hij in Oekraïne is begonnen, de geopolitieke werkelijkheid van de 21e eeuw weer geprobeerd terug te brengen naar die van de 20e eeuw. Terug naar de vorige eeuw zullen we niet gaan, maar de “kleur” van deze eeuw is in een paar dagen tijd enorm veranderd. Wantrouwen zal waarschijnlijk de dominante houding worden in het geopolitieke verkeer.
Belangentegenstellingen tussen grote landen en landenblokken, zoals tussen China en de VS en/of de EU, of tussen China en India kunnen zich daardoor verscherpen tot serieuze conflicten. Risicomodellen moeten op de schop, productieketens zullen worden aangepast om afhankelijkheid van niet-leverende buitenlandse partijen te verkleinen, en de energiesystemen zullen versneld worden gemoderniseerd.
Naarmate de weken van de Russische inval verstrijken, rijgt het Russische leger de oorlogsmisdaden aan elkaar, althans volgens Oekraïense en internationale bronnen. Gebruik van verboden ammunitie, aanvallen op burgers en zorginstellingen. Het Westerse sanctieregime is inmiddels zo streng, dat de Russische samenleving vrijwel volledig in isolement is gezet. Gelet op de misdadigheid van het Russische optreden zal het ook niet eenvoudig zijn dit sanctieregime op afzienbare termijn weer te verlichten, ook niet als de bereidheid in principe zou bestaan om Rusland een uitweg te bieden. De positie van Rusland vertoont daarmee inmiddels grote gelijkenis met die van Noord-Korea.
Onaangename vergelijking
Dat is in alle opzichten een buitengewoon onaangename vergelijking. Noord- en Zuid-Korea zijn van elkaar gescheiden na afloop van de Tweede Wereldoorlog in 1945. Dat ging niet zonder slag of stoot, zoals blijkt uit de Korea-oorlog van 1950 tot 1953. In eerste instantie ging het na die oorlog met vooral Zuid-Korea bepaald niet voorspoedig. De meeste natuurlijke hulpbronnen liggen ook in het Noorden.
Maar na een eerste decennium van grote armoede heeft zich in Zuid-Korea een grote economische expansie voltrokken, terwijl Noord-Korea meer en meer geïsoleerd raakte, zelfvoorzienend wilde zijn of moest zijn door internationaal sancties, onder andere vanwege de Noord-Koreaanse pogingen tot het ontwikkelen van eigen kernwapens, met als huidige uitkomst dat het BNP in Zuid-Korea maar liefst twintig keer hoger is dan in Noord-Korea.
Noord-Korea is ook cultureel grotendeels geïsoleerd. Er is geen informatievrijheid, mensenrechten worden geschonden, volgens westerse schattingen (die door het Noord-Koreaanse regime worden ontkend) zit één procent van de Noord-Koreaanse bevolking in een strafkamp. Door stevige repressie met een groot militair en politioneel apparaat lukt het de Noord-Koreaanse elite om aan de macht te blijven, en zichzelf goed te bedienen. De situatie in Rusland, waarin alle vrije nieuwsgaring inmiddels wordt geweerd en zeer hard wordt opgetreden tegen elke vorm van protest, lijkt hier inmiddels al sterk op.
Zelfvoorzienendheid
Nu is Noord-Korea veel kleiner dan Rusland, en het aantal inwoners is een zesde van dat in Rusland. De wereldeconomie heeft de Noord-Koreaanse niet nodig. De Russische economie heeft zich de afgelopen decennium zeer eenzijdig ontwikkeld, en uit angst voor westerse sancties is de zelfvoorzienendheid versterkt. West-Europa heeft zich de afgelopen decennia erg afhankelijk gemaakt van de Russische energiebronnen, maar die afhankelijkheid is snel te verkleinen en zal met het nieuwe, deels fossielvrije energiesysteem volledig kunnen verdwijnen.
Vanaf dat moment kan de wereldeconomie ook prima functioneren zonder de Russische. Dat maakt dat een Russisch isolement niet onder grote buitenlandse druk komt te staan. Acceptatie van de recente status quo is niet onwaarschijnlijk, het is alleen onaangenaam dat er een voortdurende dreiging van de inzet van kernwapens boven de markt hangt. En gelet op de vele culturele banden tussen Europa en Rusland zal met lede ogen de verarming van het Russische volk worden bezien.
De verwachting in het Westen is dat het Rusland niet zal lukken een stabiele bezetting te handhaven in het grote Oekraïne, waarvan de bevolking zich massaal zal blijven verzetten. Of het de Russische bevolking zal lukken om zich te ontdoen van het regime Poetin zal de toekomst moeten uitwijzen. Maar harde repressie op een vrij lethargische bevolking is elders in de wereld vrij effectief gebleken om bestaande elites aan de macht te houden.
China
De vraag is of China Rusland uit deze situatie kan bevrijden. Het is natuurlijk zelfs denkbaar dat zich een wereldeconomie ontwikkelt waarin het “Westen” zich meer buitengesloten moet voelen dat Rusland, omdat handel vanuit Rusland met Aziatische en Afrikaanse landen kan blijven voortbestaan. Maar erg waarschijnlijk is deze gedachte niet. Noord-Korea profiteert in elk geval niet heel uitbundig van de zogenaamd warme band met China. Het Rusland van Poetin zal zich ook niet als ondergeschikte van China willen voegen in zo’n soort wereldorde, terwijl dat wel de logische uitkomst van zo’n wereldorde zou zijn.
Het bovenstaande beschrijft scenario’s. Ik hoop dat de werkelijkheid een ander scenario gaat volgen, met meer welvaart en minder nationale repressie in alle betrokken landen. Maar economische actoren zullen zich in moeten stellen op ver uiteenlopende scenario’s; daar horen helaas ook minder rooskleurige bij, met onder andere Rusland als een nieuw Noord-Korea.
Bernard ter Haar heeft als topambtenaar gewerkt op de ministeries van Financiën en SZW. Op dit moment is hij werkzaam bij ABDTopconsult van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK). Ter Haar schrijft maandelijks voor Fondsnieuws over de relatie tussen overheid en markt.