Wat was de eerste maand van dit jaar een uitzonderlijke maand voor en bij de ECB, zeg! Om te beginnen was het in deze maand 25 jaar geleden dat de euro het daglicht zag. Ter gelegenheid daarvan publiceerden belangrijke kranten in alle eurolanden nog net voor de jaarwisseling een stuk van onder meer Christine Lagarde, president van de ECB.
Het was echter ook de maand waarin de bank het echt aan de stok kreeg met de financiële markten. Ondanks alle – en steeds duidelijker wordende – waarschuwingen van verschillende ECB‘ers over de verwachtingen dat de bank vrij snel gaat beginnen met de (vele) renteverlagingen, blijven de markten stoïcijns bij die verwachtingen. Tijdens de jaarlijkse bijeenkomst van het World Economic Forum hintte Lagarde sterk op renteverlagingen pas in de zomer, maar de markt trok zich daar niet veel van aan.
De ECB-president zei echter nog meer in het Zwitserse Davos. Zo viel ze bijvoorbeeld economen aan. Álle economen wel te verstaan. Zij hebben blind vertrouwen in hun modellen, aldus de Française, die de hele beroepsgroep omschreef als een tribal clique wat je zou kunnen vertalen als een soort sekte. ‘Economen citeren elkaar (in hun papers) en kijken niet verder dan in hun eigen wereld’, zei Lagarde, die aanvulde dat instellingen zoals centrale banken en hun economen meer zouden moeten praten met ‘epidemiologen, klimaatwetenschappers, geologen’ en anderen.
Ik vraag mij af hoe Lagarde het ziet om de uitkomsten van die gesprekken te incorporeren in economische modellen die al instabiel worden als de geldhoeveelheid erin wordt opgenomen. Daar zal de jurist Lagarde waarschijnlijk niet aan hebben gedacht.
Daags later lekten de resultaten van een recente enquête onder het ECB-personeel uit. The economists strike back, is wellicht de beste omschrijving (hoewel het personeel de vragenlijst eerder moest invullen dan haar toespraak in Davos, maar u begrijpt wat ik bedoel), refererend aan de aanval van Lagarde op de economische professie.
Meer dan de helft van diegenen die de vragenlijst hadden ingevuld, omschreven Lagarde als een zwakke of zeer zwakke centrale bankier. Auch. Men vindt dat Lagarde zich te veel met politieke zaken bemoeit. Dat doet ze, aldus het personeel, om haar eigen agenda, lees belang, te promoten. Het gaat wel ten koste van de reputatie van de bank. ‘Mario Draghi was er voor de ECB maar het lijkt erop dat de ECB er is voor Christine Lagarde’, krabbelde een ECB-medewerker op de formulier.
Meerdere ECB‘ers gaven aan te vermoeden dat Lagarde haar baan bij de ECB vooral als een springplank naar de politiek gebruikt. Wat ook uitlekte, is dat Lagarde werd gevraagd de post van de Franse minister van Buitenlandse Zaken te vervullen in de nieuwe Franse regering. Zij weigerde, wat in mijn optiek betekent dat, als ze politieke ambities heeft, zij op iets groters mikt. Wat is groter dan minister van Buitenlandse Zaken?
Minister-president zou je zeggen, maar niet in Frankrijk, die heeft in dat land weinig te zeggen en stelt niet veel voor. Nee, er is maar één post die in Frankrijk groter is. In dat kader moest ik onmiddellijk denken aan het feit dat in 2027 presidentsverkiezingen plaatsvinden in Frankrijk. Weet u wanneer Lagardes, éénmalige, termijn bij de ECB afloopt? Eind 2027! Trouwens, het zou me niet verbazen als ze die ambitie koestert; zij is de eerste vrouw als IMF-baas geweest, net als de eerste vrouwelijke ECB-president. De eerste Franse vrouwelijke president zijn zou haar zomaar kunnen bekoren.
Meer dan de helft van het ECB-personeel had er ook een hard hoofd in dat de ECB erin zal slagen prijsstabiliteit terug te brengen in de eurozone. Auch twee. Daarvan is sprake als de jaarlijkse inflatie 2 procent bedraagt. Lagarde gebruikt wel elke gelegenheid om te onderstrepen dat de inflatie in de eurozone in 2025 terug zal zijn gezakt naar 2 procent, ofwel dat de ECB in dat jaar voor prijsstabiliteit zal zorgen. Maar ja, dat is wat de economische modellen van de ECB voorspellen. Modellen die zo in elkaar steken dat inflatie per definitie na een jaar of 2 terugkeert naar 2 procent. Dezelfde modellen die Lagarde gebruikt als alle economen, dus ook die van de ECB, tot een sekte te bombarderen.
Tot slot: voor mij was januari daarmee, in dit opzicht, ook een bijzondere maand. Ik had nooit gedacht dat meer dan de helft van het ECB-personeel het ooit met mij eens zou zijn dat Lagarde een zwakke centrale bankier is. De ECB, de euro en de muntunie verdient beter, dat was mijn stelling sinds haar benoeming. Ik blijf daarbij.
Op mijn bureau is inmiddels een countdown clock te vinden. Vandaag staat erop: 1375. Wat dat is? Het aantal dagen totdat Lagarde de ECB moet verlaten.
Edin Mujagić is hoofdeconoom van OHV Vermogensbeheer en auteur van het boek Keerpunt 1971. Hij schrijft iedere maand voor Investment Officer een ECB Watch over het monetaire beleid van de Europese Centrale Bank.