Aan de start van een nieuw beursjaar is het nuttig het monetair beleid van de Amerikaanse Federal Reserve onder de loep te nemen. Ik doe dit aan de hand Powell’s antwoorden op kritische vragen van financiële journalisten. Wat zijn de leerpunten van zijn antwoorden?
Eerst en vooral benadrukte hij meermaals de dubbele doelstelling van het stelsel van centrale banken: maximale tewerkstelling en stabiele prijzen (lees: inflatie van 2 procent). Alle beslissingen en antwoorden moeten steeds in dit kader gezien worden.
a. Een daling van de Fed-rente met 50 basispunten dit jaar is de mediaanvoorspelling van de Fed-leden.
Het stelsel van Amerikaanse centrale banken ziet de kortetermijnrente naar 3,9 procent gaan einde dit jaar, een daling met 50 basispunten. Ik citeer: ‘Beschouw dit niet als een plan of beslissing. De daling was daarenboven een “close call”, omwille van twee redenen. De arbeidsmarkt koelt beetje bij beetje af en de inflatie is grotendeels op koers. Een aandachtspunt blijven wel de huisdiensten: hier verloopt de daling iets trager dan verwacht. Ook de prijzen van sommige goederen en niet-markt gebonden diensten, zoals gezondheidszorg, blijven een aandachtspunt. Dus de tragere daling van de rente dit jaar reflecteert de verwachting van een hogere inflatie’.
De daling met 100 basispunten in 2024 bracht de rentevoet significant dichter bij de neutrale rente. De Fed ziet de huidige rentevoet van 4,3 procent als betekenisvol afremmend. Voor een verdere daling moeten de inflatie en de arbeidsmarkt beide positief blijven evolueren. Zolang deze solide blijven, kunnen ze voorzichtig blijven, zei Powell.
b. Is de huidige beslissing genomen op basis van data of anticiperend met de fiscale maatregelen van Trump?
Hierop geeft de Fed volgende antwoorden:
- b.1. De economie en de rente doen het goed. De groei was sterker dan verwacht in de tweede helft van 2024 en is ook sterker dan hun verwachting voor dit jaar. De werkloosheid is lager. De leden van de Fed denken dus dat de neerwaartse risico’s kleiner zijn en de onzekerheid lager. Ook de verwachte inflatie dit jaar is hoger dan ingeschat.
- b.2. We komen dichter bij de neutrale rente, wat tot meer voorzichtigheid maant, want er blijft de inflatie-onzekerheid. De leden hebben onderling verschillende assumpties over groei en inflatie. Hier is duidelijk sprake van onzekerheid; de midpoint range van inschattingen van hoe de neutrale langetermijnrente dient te zijn, lopen vandaag uiteen van 2,4 tot 3,9 procent (met uitersten van 2,2 tot 4,1 procent). Vandaar de voorzichtigheid van de Fed. We moeten eerst vooruitgang zien in de inflatie met behoud van een solide arbeidsmarkt, zei Powell.
c. Is een goede vergelijking te maken met 2018, toen men door de hogere tarieven heen keek zolang ze eenmalig blijven?
Dit is volgens de Fed een goede benadering, want sommige effecten zijn inderdaad eenmalig, andere daarentegen niet. Maar dit is vandaag niet aan de orde. Nu wachten ze af hoe hoog de tarieven gaan zijn, zei Powell, voor welke landen, voor hoelang, of het volhardend zal zijn en of er al dan niet vergeldingsmaatregelen komen. Hij benadrukte vooral te zien hoe de hogere tarieven de consumptieprijzen en de economie zullen beïnvloeden en hoe het monetair beleid daarop kan inspelen. Het is vandaag dus te vroeg om te vergelijken met 2018.
d. Wat betekent “extent and timing” voor de Fed?
Als de economie evolueert zoals ingeschat, moeten we de rente trager doen dalen, aldus de Fed. De grootorde duidt op hoe laag de rente moet gaan om op een neutraal niveau te komen. Nu we reeds met 100 basispunten daalden, zitten we er dichter bij. De timing ligt bijgevolg in het verlengde ervan.
e. Ondanks de daling met 100 basispunten zagen we weinig verandering in de rente op woon- en autoleningen of op de kredietkaarten. Is dit geen groter risico dan ingeschat?
Wanbetalingen op kredietkaarten stijgen. De spaarquote van de laagste inkomens staat op nul en de afschrijvingen van wanbetalers bij de banken en kredietmaatschappijen stijgen (bijvoorbeeld bij Capital One van 5 procent naar 6 procent). Ze liggen gemiddeld een volle procent hoger dan het jaar voor de pandemie en wijzen op meer wanbetalers dit jaar. Ook de wanbetalingen bij leningen met een hefboom stijgen, 7,2 procent volgens Moody’s.
Deze rentevoeten zijn gekoppeld aan de langetermijnrentevoeten. Uiteraard worden ze deels beïnvloed door de kortetermijnrente, maar ook nog door veel andere zaken. De Fed kijkt naar de algemene financiële voorwaarden, de doelvariabelen ervan, samen met de groei van de economie en de arbeidsmarkt, die het beide goed doen. Powell verwees in zijn antwoord verder naar de PDFP, de private domestic final purchases of finale private aankopen, die eind 2024 met 3 procent groeiden.
Voor de Fed is de PDFP de beste indicator voor de private vraag. Maar ze kijken evengoed naar de rentegevoelige sectoren, zoals de huizenmarkt. Deze laatste kent een lage activiteit (zie bijvoorbeeld de daling van homebuilders met bijna 20 procent), wat bewijst dat de rentepolitiek haar werk doet.
f. Nu de arbeidsmarkt lichtjes afkoelt, waarom vertraagt men dan de rentedalingen? Is men minder bezorgd omtrent de arbeidsmarkt of is het inflatierisico determinerend?
De arbeidsmarkt koelt inderdaad lichtjes af (werkloosheid van 4,1 naar 4,2 procent), maar dit is een gradueel proces en verloopt op een ordelijke manier. De Fed zei niet te kunnen spreken van een significante daling of ongerustheid. Ze volgen diverse indicatoren zoals bijvoorbeeld prime-age (leeftijdscategorie 25 tot 64 jaar) of de ontslagcijfers, jobcreaties, de loongroei. Maar ze volgen de markt van dichtbij, zei Powell. Vandaag zien ze de risico’s van zowel de arbeidsmarkt als de inflatie in balans. De Fed is optimistisch over de groei in 2025.
g. Waar ziet de Fed de neutrale rente?
De neutrale rente is de rente wanneer vraag en aanbod in evenwicht zijn, de volledige economie in evenwicht is en geen schokken de economie raken. De schokken worden continu opgevolgd en de rente wordt eraan aangepast. Schattingen lopen echter sterk uiteen, afhankelijk van het soort model dat gebruikt wordt (empirisch, theoretisch, combinaties ervan …). De Fed zei het antwoord vandaag niet exact te kennen, wetende dat er lange en variabele tijdvertragingen zijn.
Besluit: remt de Fed te sterk af?
Veel vragen van journalisten toonden hun bezorgdheid over de arbeidsmarkt. Merkbaar is dat ze zich afvragen of de Fed niet te verstrakkend is. Wanneer we echter rekening houden met de daling van 100 basispunten van de kortetermijnrente, de sterke financiële markten, de historisch super lage kredietspreads, etcetera, dan moeten we vandaag rekening houden met een hogere groei en hogere inflatie. Als we de fiscale plannen van Trump er nog bij nemen, is een hogere langetermijnrente de komende maanden niet uit te sluiten.
Ik denk dat de afwachtende houding van de Fed op korte termijn meer dan gerechtvaardigd is!
Jan Vergote is onafhankelijk financieel consultant en analist.