Juist nu het zojuist geïnstalleerde kabinet heeft aangekondigd de administratieve lasten van het bedrijfsleven te willen verminderen en geen nationale koppen meer wil toestaan op (Europese) regelgeving is het ministerie van Financiën van plan om extra rapportageverplichtingen in te voeren voor de financiële sector.
Dit gaat om het in mei ter consultatie gepubliceerde wetsvoorstel “Wet toezichtondersteunende rapportage AFM” en “Wet rapportage hypotheekmarkt DNB”. Deze initiatieven voorzien in een langgekoesterde wens van de toezichthouders om datagedreven toezicht naar een volgend niveau te tillen.
Waar gaat het om?
Het ministerie van Financiën is van plan extra rapportageverplichtingen in te voeren voor de financiële sector. Op grond van het voorstel Wet toezichtondersteunende rapportage AFM moeten instellingen bepaalde gegevens rond met name consumentenkrediet en retail beleggen aan de Autoriteit Financiële Markten (AFM) verstrekken.
Deze gegevens moeten de AFM in staat stellen “om haar toezichtcapaciteit zo gericht mogelijk in te zetten door risicogestuurde keuzes datagedreven te onderbouwen”, aldus het wetsvoorstel. Zogenaamd het “risicogestuurd toezicht”.
Het wetsvoorstel Wet rapportage hypotheekmarkt DNB is vergelijkbaar met het wetsvoorstel Wet toezichtondersteunende rapportage AFM, maar houdt een rapportageverplichting in aan De Nederlandsche Bank (DNB) rond hypothecaire leningen. Deze rapportageverplichting aan DNB is volgens het ministerie van Financiën noodzakelijk om enerzijds statistieken op te stellen over ontwikkelingen binnen de financiële sector over de hypotheekmarkt en anderzijds om inzicht te krijgen in ontwikkelingen op de hypotheekmarkt die gevolgen kunnen hebben voor de financiële stabiliteit.
De wetsvoorstellen geven zelf niet aan welke gegevens exact moeten worden gerapporteerd, maar naar verwachting is de omvang van de diverse gegevens van burgers waarop de rapportageverplichting betrekking heeft groot.
Een goed idee?
Zijn de extra rapportageverplichtingen een goed idee? Zeker ten aanzien van het voorstel Wet toezichtondersteunende rapportage AFM zijn er een paar kanttekeningen te maken.
Ten eerste rijst de vraag of het risicogestuurde toezicht door de AFM niet leidt tot meer eigen beleidsvorming van de AFM. Het “duiden van marktontwikkelingen” en het “identificeren van toezichtrisico’s”, waaronder het stellen van prioriteiten, zoals wordt aangegeven in het wetsvoorstel geeft hier voeding aan.
Ten tweede, zijn er bedenkingen ten aanzien van de omstandigheid dat de rapportageverplichting ziet op gegevens van burgers. Hoewel het wetsvoorstel voorschrijft dat de gegevens gepseudonimiseerd moeten worden, rijst de vraag of privacy wel echt goed gewaarborgd is.
Ten derde brengt de rapportageverplichting onvermijdelijk extra ICT kosten en systeemaanpassingen bij financiële ondernemingen met zich mee. Juist omdat de gegevens gerapporteerd moeten worden en gescheiden van privacygevoelige gegevens van consumenten. De paradox is dan ook dat het waarborgen van het pseudonimiseren van de gegevens, dataminimalisatie en de wijze waarop de gegevens gekoppeld mogen worden aan andere data juist zal leiden tot extra ICT-investeringen aan de kant van financiële marktpartijen.
Dit werkt vermoedelijk ook door in de kosten voor de retailbelegger. Maar ook aan de zijde van de AFM leidt dit tot onvermijdelijk meer toezichtskosten door IT-investeringen en (vermoedelijk) meer gebruik van de inlichtingenbevoegdheid. De AFM gaat immers ook meer “zien”.
Tot slot, zijn de datagedreven, toezicht-wetsvoorstellen een vorm van een nationale kop. Het is natuurlijk belangrijk dat in Nederland gevestigde financiële ondernemingen ten opzichte van hun concurrenten in het buitenland niet in een nadeligere positie mogen komen te verkeren als gevolg van deze voorstellen. Als datagedreven toezicht moet worden ingevoerd, dan moet dit op Europees niveau gebeuren en niet op nationaal niveau.
Welk probleem lossen wij op?
Maar wat eigenlijk belangrijker is: welk probleem meent het ministerie van Financiën met deze extra rapportageverplichtingen op te lossen? Het is evident dat toezichthouders zoals de AFM informatie nodig hebben om te kunnen beoordelen of financiële marktpartijen zich al dan niet aan de wet houden.
Maar daarvoor hebben zowel de AFM als DNB al een wettelijke inlichtingenbevoegdheid. Als het gaat om beleggen heeft het ministerie dan wel de AFM signalen dat er onoorbare dingen gebeuren bij retail beleggen? Het wetsvoorstel zwijgt hierover. De voorgenomen rapportageplicht lijkt te veronderstellen dat eerder misstanden kunnen worden voorkomen. Is dat ook echt zo?
De genoemde voorbeelden in het wetsvoorstel, zoals de in het verleden te veel berekende kredietvergoeding, overtuigen niet echt. Het lijkt op de situatie waarin je je huis uitrust met extra sensoren en geavanceerde camera’s, terwijl je in een wijk woont waar inbraken nauwelijks voorkomen, je huis al beveiligd is en de politie en buren samen een oogje in het zeil houden.
Nee, eigenlijk lijkt het datagedreven toezicht door de AFM meer op het institutionaliseren en wettelijk faciliteren van een “fishing expedition” door toezichthouders. Maar is dit niet hetzelfde als “pulsvissen” met veel (onbedoelde) bijvangst? Ook dat is nog steeds in de Europese Unie niet toegestaan.
Randy Pattiselanno is Manager Strategy & Regulatory Affairs bij Dufas (Dutch Fund & Asset Management Association).