Het verstevigen van de kapitaalmarktunie is top of mind in Brussel. Recentelijk verscheen het rapport van voormalig Italiaanse premier Enrico Letta “Much more than a market”. Letta bracht ten behoeve van de Europese Raad advies uit over hoe het verder moet met de Europese kapitaalmarktunie.
In zijn rapport geeft Letta onder meer aan dat de mobilisatie van privaat kapitaal een prioriteit moet zijn voor de kapitaalmarktunie. Daartoe roept hij op tot het opzetten van een Savings and Investments Union. Oude wijn in nieuwe zakken?
Savings and Investment Union
Het klinkt goed. Meer private huishoudens moeten deelnemen aan de kapitaalmarkten en hun spaargelden meer inzetten ten behoeve van de reële economie. Het is een geluid dat wij eerder hebben gehoord. In 2020 toen de zogenaamde High-Level Forum CMU-werkgroep haar rapport uitbracht en een soortgelijk geluid liet horen.
Vier jaar later resoneert dit nog steeds. Alleen hoe Letta uiteindelijk de creatie van de Savings and Investment Union ziet, lijkt niet heel duidelijk. Wel doet hij een paar voorstellen die buiten het bevorderen van financiële geletterdheid gericht zijn op producten, zoals het “auto-enrolment EU Long-Term Saving Product” en een fiscaal aantrekkelijke European Long-Term Investment Fund’ (Eltif). Allemaal varianten op reeds bestaande instrumenten of thema’s. Het lijkt daarmee niet echt nieuw of revolutionair en dus op het eerste gezicht te mager om daar de Savings and Investment Union aan op te hangen.
Retail investment strategy
Over de Retail Investment Strategy (RIS), die de Europese Commissie in 2023 ontvouwde en eigenlijk het antwoord zou moeten zijn op de roep tot meer retailparticipatie in de kapitaalmarkten, rept Letta geen woord in zijn voorstellen. Tegelijkertijd is de kernvraag of het RIS-pakket inderdaad gaat leiden tot meer retailparticipatie.
Worden Europese spaarders geactiveerd om te gaan beleggen? Als je kijkt waar de aandacht naar uitgaat, denk ik dat het antwoord daarop helaas nee moet zijn. Zowel Europese wetgever als financiële industrie hebben te veel last van tunnelvisie. De belangrijkste onderwerpen van discussie zijn namelijk (onderdelen van) het provisieverbod, het Value for Money-concept en het opstellen van benchmarking voor beleggingsproducten die voor toezichthouders’ doeleinden wordt gebruikt om te beoordelen of beleggingsproducten niet te hoog geprijsd zijn.
Niet onbelangrijk en het zou, net als een aantal andere instrumenten uit de RIS, kunnen bijdragen aan meer beleggersbescherming. Maar omdat het gaat om een intern proces, kan niet verwacht worden dat consumenten hierdoor eerder gaan beleggen.
Eén van de weinige aanknopingspunten uit de RIS dat wel kan bijdragen aan meer retailparticipatie is het voor individuele beleggers verlichten van de kennistoetsen en vice versa het voor distributeurs verlichten van intake-verplichtingen bij het verstrekken van beleggingsadvies of aanbieden van individueel vermogensbeheer. Op dit moment zijn deze verplichtingen te uitgebreid en gedetailleerd, waardoor consumenten al snel afhaken bij een online adviesintake. Een minder uitgebreide intake als je belegt met kleine bedragen en in goed gespreide beleggingsproducten zou de toegankelijkheid van (online) beleggingsadvies moeten verbeteren. Alleen lijkt dit punt te zijn weggevallen van de agenda door de hele discussie omtrent Value for Money en benchmarking. Dat zou een gemiste kans zijn.
Silver bullet?
De RIS, maar ook de Savings and Investment Union van Letta, lijkt niet op de silver bullet. Beide zijn gefocust op productregulering en lijken daarmee niet de juiste weg te zijn naar meer retailparticipatie in de kapitaalmarktunie. Er moeten meer innovatieve en klantgerichte maatregelen genomen worden om consumenten te activeren om te gaan beleggen.
Zijn er dan geen goede ideëen? Op 11 april jl. organiseerde de Europese Commissie een rondetafel met de (financiële) industrie en verschillende stakeholders en daar presenteerde Andreas Hackethal, hoogleraar aan de Goethe Universiteit van Frankfurt, enkele inzichten die interessante aanknopingspunten bevatten. Hackethal wees bijvoorbeeld op het verkleinen van de skill gap van consumenten door (i) meer engagement te bewerkstelligen via auto enrolment en gestandaardiseerde producten, (ii) meer transparantie te verschaffen via pensioendashboards en de mogelijkheden van open finance, (iii) meer gemak te bieden via eenvoudige en tijdbesparende beleggingsdiensten en maatwerk producten en door (iv) het verbeteren van het oordeelsvermogen van consumenten.
Dit laatste betekent dat consumenten beter in staat moeten worden gesteld te kunnen beoordelen wat de kwaliteit en waarde is van financieel (beleggings)advies. Gedigitaliseerde peer-to-peer financiële educatie kan daar onder meer bij helpen. Deze benadering lijkt meer perspectief te bieden voor een daadwerkelijke versterking van de kapitaalmarktunie en het bevorderen van retailparticipatie. Het is belangrijk dat zowel de Europese wetgever als de financiële industrie deze inzichten serieus nemen en hiermee aan de slag gaan in plaats van het voeren van de ‘loopgravendiscussie’ rond Value for Money, benchmarking en het al dan niet invoeren van een Europees provisieverbod.
Randy Pattiselanno is Manager Strategy & Regulatory Affairs bij Dufas (Dutch Fund & Asset Management Association).