Stephan Fritz, Flossbach von Storch
i-WmQdMtz-M.jpg

Kwaliteit en diversificatie zijn twee pijlers om de reële beleggingsrisico’s mee te kunnen beheren. Kwaliteitsbedrijven die terugvallen, bieden koopgelegenheden. Wie nu in aandelen van bedrijven met margedruk belegt, is zenuwachtig. Een goede nachtrust is ook een soort van return.’

Dat zegt Stephan Fritz (foto) van de vermogensbeheerder Flossbach von Storch in gesprek met Investment Officer, het Belgische zusterplatform van Fondsnieuws.

Volgens de portfolio director multi asset draait het in de wereld om twee dingen: het eindige en het oneindige spel. In de beleggingswereld net zo goed. ‘Een eindig spel is bijvoorbeeld de Ronde van Vlaanderen: er is concurrentie, de spelers en de regels zijn gekend en er is een duidelijk eind: op de meet weten we wie er gewonnen heeft. Een oneindig spel is anders gedefinieerd: er zijn gekende maar ook ongekende spelers, de regels kunnen veranderen en er is geen einde zodat je niet kan winnen. Het enige tastbare is dat je in het spel blijft. Geld beleggen is een oneindig spel, net als de liefde of je gezondheid: je kan dat niet winnen alleen in het spel blijven. Maar als je sommige vermogensbeheerders hoort praten, lijkt dit wel zo te zijn.’ 

Fritz stipt het boek ‘The Infinite Game’ of ‘het Oneindige Spel’ in het Nederlands van Simon Sinek als verplichte lectuur aan voor al wie meer wil weten over het onderwerp. ‘Het is een aanrader voor iedereen die geïnteresseerd is in beleggen en bouwt verder op het boek ‘Game Theory’ van James Carse uit de jaren ’80.’ En waarom is Fritz bij dit alles uitgekomen? Omdat er volgens hem nauwelijks een ander oneindig spel te vinden is dat de voorbije jaren zo sterk de regels of omgevingsfactoren heeft veranderd als geld beheren en hierdoor zijn diversificatie en wat kwaliteit is grondig gewijzigd en uiteindelijk extra belangrijk geworden.

Gewijzigde omstandigheden

‘De rentevoeten zijn extreem laag en zullen zeer lang zo laag blijven. Gezien de forse toename van de schuldniveaus is dat de enige optie, want nu moet bijna niets op die schulden aan rente worden betaald. Daarenboven hebben we een te lage bbp-groei om gemakkelijk te kunnen terugbetalen. We zijn trouwens niet echt geïnteresseerd om die schulden terug te betalen. En zelfs als zou de inflatie verder toenemen, mogen we niet naar oude economieboeken teruggrijpen waarin staat dat de rente moet stijgen. Vergeet niet dat ze geschiedenisboeken zijn geworden, want er staat bijvoorbeeld niets in over negatieve rentevoeten.’ 

Fritz onderstreept dat er nieuwe boeken én nieuwe diversificatie nodig zijn. ‘Diversificatie moet in een nieuw jasje worden gestoken in vergelijking met twintig jaar geleden.

Risicovrij rentevoeten bestaan niet meer en het diversificatie-effect bestaat enkel nog voor overheidspapier met een zeer lange looptijd. En voor bedrijfsobligaties is er geen risicopremie meer over.’ Daarnaast zijn er volgens hem velen die denken dat cash veilig is, maar cash kun je volgens hem vermenigvuldigen tot in het oneindige en is door niets ondersteund behalve vertrouwen. ‘Goud is alvast een goede diversificator voor het geldsysteem waarin we leven.’ 

Aandelen niet duur

Voor Fritz is er slechts één activaklasse overgebleven: aandelen. ‘Sommige aandelen hebben dezelfde karakteristieken als obligaties van twintig jaar geleden met als voorbeelden Nestlé en Unilever. En de grote techwaarden zijn de consumer staples van deze nieuwe wereld geworden. Ik heb bijvoorbeeld vandaag al iets gegoogled en zal dat ook tijdens een crisis blijven doen. Technologiebedrijven hadden vroeger een beperkte zichtbaarheid op winst- en cashflowvlak maar dat is echter verleden tijd.’ Aandelen hebben volgens hem de rol van obligaties overgenomen en uiteindelijk moet men binnen aandelen zelf gaan diversifiëren.

Hij vindt de activaklasse vandaag trouwens niet duur. ‘Het winstrendement op aandelen is even aantrekkelijk als in de jaren ’90. En hoewel aandelen de voorbije jaren in prijs zijn gestegen, zijn ze over het algemeen niet duurder geworden, want de bedrijfdswinsten zijn immers ook toegenomen. De aandelenkoersen zijn fair in vergelijking met andere activaklassen. En zolang de rentevoeten laag blijven, en dat zal zoals eerder gezegd nog een tijdje zo blijven, is er nog steeds heel wat opwaarts potentieel.’

Diversificatie en kwaliteit

Diversificatie is volgens de Flossbach-beheerder dus volledig veranderd waardoor kwaliteitscontrole belangrijker is geworden.

‘Iedereen zoekt kwaliteit en het zal er dus op aankomen om kwaliteit zo goed mogelijk te definiëren. Dit is evenwel niet gemakkelijk te identificeren. Van de 1600 bedrijven die in de MSCI World zitten, staan er slechts 200 op onze kwalitatieve shortlist. Voor ons betekent kwaliteit een hoge voorspelbaarheid van de toekomstige winsten. En om een stabiele portefeuille te kunnen uitbouwen, is winstgevendheid almaar belangrijker geworden. En dit laatste zal samen met hoge marges, en pricing power, nog aan belang winnen aangezien we de komende jaren een hoge inflatie verwachten. Een toename van de kosten kan immers enorm op de marges wegen. Wie nu in aandelen van bedrijven met margedruk belegt, is zenuwachtig.’ 

Vandaag is er volgens Fritz genoeg kwaliteit te vinden en dat in elke sector en hij illustreert dit met een voorbeeld. ‘De financiële sector bijvoorbeeld is zeer heterogeen. Enerzijds zijn er banken die totaal niet koopwaardig zijn omdat het risico niet kan berekend worden. Anderzijds zijn er kredietkaartmaatschappijen met een interessant business model en een laag risico te vinden.’ 

Doelstelling

En slaagt Fritz erin om met deze aanpak de markt te kloppen? ‘Onze doelstelling is niet om de markt te kloppen, dat is geen infinite maar een finite goal en men moet oppassen voor dit misverstand. We zijn op zoek naar goede bedrijven en kijken niet naar de algemene markt. Uiteindelijk beogen we bij te dragen tot de financiële onafhankelijkheid van de belegger, het geld te beschermen als het moeilijker gaat en een mooi rendement te bieden als de marktomstandigheden goed zijn.’

Hij onderstreept dat wanneer men in kwaliteitsvolle bedrijven belegt, men goed kan slapen en niet nerveus hoeft te worden: ‘een goede nachtrust is ook een soort van return.’ Dat de portefeuille wat achterblijft in zeer optimistische markten vindt hij dan ook niet erg. 

Als uitsmijter heeft Stephan Fritz nog een uitleg klaar waarom dips op de beurzen altijd worden gekocht. ‘Vandaag kan men zich niet meer verstoppen als belegger. Twintig jaar geleden wanneer er een dip was, kon men zijn geld in een overheidsobligaties steken en een mooi rendement boeken. Dat is voorbij en het is daarom dat deze dips uiteindelijk altijd worden gekocht.’

‘En wanneer aandelen van kwalitatief hoogstaande bedrijven terugvallen, is het voor ons net als een koopjesperiode in een winkelcentrum. Daarom dat het geen kwaad kan om altijd wat cash achter de hand te houden. Vandaag hebben we 10 procent cash in de portefeuille en kopen altijd in verschillende stappen.’ Hij besluit ten slotte dat er geen enkele manier is om niet te beleggen. ‘Zelfs als je 100 procent in cash zit dan ben je belegd. Dan kies ik altijd liever voor een bedrijf met voorspelbare groei tegen een faire prijs.’ 

Author(s)
Categories
Target Audiences
Access
Limited
Article type
Article
FD Article
No