Waarom kiezen tussen growth en value als je via een barbell-strategie het beste van beide werelden kan combineren? De inflatie zal de komende tijd structureel hoger blijven dan in het verleden. Aandelen blijven strategisch gezien overwogen in de portefeuilles, maar obligaties zetten aan tot voorzichtigheid.
Dat zegt Olivier Van Haute (foto), die bij DPAM (Degroof Petercam Asset Management) na een loopbaan van vijftien jaar in de groep onlangs werd benoemd tot hoofd Global Balanced fondsen. Hij volgt mentor Johan Van Geeteruyen op, die de plaats van de onlangs vertrokken Alexander Roose inneemt als hoofd fundamenteel aandelenbeheer. Hij sprak met Investment Officer, het Belgische zusterplatform van Fondsnieuws.
Het team van Van Haute bestaat uit vier investment professionals die samen bijna 8 miljard euro beheren. In het team worden de multi-asset fondsen beheerd, pensioenspaarfondsen voor verschillende Belgische financiële instellingen, maar ook discretionaire mandaten - al dan niet white labeled.
Van Haute toont zich vrij optimistisch over aandelen, aangezien in de strategische allocatie voor een neutraal profiel momenteel 55 procent in aandelen wordt belegd. ‘Een van onze belangrijkste onderscheidende elementen ten opzichte van de concurrentie is dat we onze allocatie en effectenselectie héél actief toepassen,’ steekt Van Haute van wal. ‘We hebben wekelijkse Conviction Allocation Meetings en kunnen in onze vrij kleine groep snel schakelen. Bij een zeer grote asset manager waar de teams verspreid zitten over heel Europa of zelfs wereldwijd is dat een stuk moeilijker. We zitten allemaal op dezelfde vloer. Zo hebben we in 2020 het aandelenpercentage van sommige fondsen bijvoorbeeld teruggeschaald van 70 naar 55 procent en het daarna weer opgetrokken.’
Barbell
Van Haute toont zich een voorstander van een barbell-strategie tussen growth en value. ‘Ik heb het geluk gehad dat ik het klappen van de zweep geleerd heb van een doorgewinterde belegger als Johan Van Geeteruyen. Ik heb mee aan de knoppen gedraaid van het beheer van de pensioenspaarfondsen en multi-assetfondsen. Johan is ook een echte stockpicker die zijn bedrijven van binnen en buiten kent. De barbell-strategie tussen growth en value bewijst ook nu weer zijn toegevoegde waarde. Het combineert het beste van beide werelden.’
De beheerder stelt dat hij sinds november 2020 veel recoverynamen heeft gekocht, vaak in het valuesegment. Toen de rentevoeten gingen stijgen heeft het team nog bijgekocht. ‘Valuerally’s zijn echter kort en krachtig en doven nadien stilletjes uit. Je moet de timing dus ook goed hebben. We hebben bijgekocht in de banken en cyclische waarden zoals Umicore en Solvay in België. Ook internationale bedrijven zoals Atlas Copco en Konecranes hebben we gekocht.’
Dat was echter vorig jaar. Nu vindt Van Haute de cyclische namen een stuk duurder. ‘Het wordt moeilijker en meer dan ooit is selectiviteit van belang. We verhoogden onlangs het gewicht in banken om een versteilende rentecurve te bespelen. Dat is een goede beslissing gebleken. Grondstoffen en energie zullen volgens ons ook goed presteren als de rotatie verder gaat.’
Van Haute stelt dat de initiële derdekwartaalresultaten beter zijn dan gevreesd. Hij toont zich nog steeds optimistisch en verwacht bovengemiddelde groei van de bedrijfswinsten doordat er geen volledige lockdowns meer zullen komen. ‘We komen vanuit een hoopfase en zitten nu in een mid cycle overgangsfase. Daarna kunnen we naar de groeifase. Bedrijven hebben veel te weinig geïnvesteerd. Die capex komt nu terug en ook de voorraden zullen opnieuw opgebouwd worden. In de VS helpt de enorme fiscale stimulus en in Europa geeft het Next Generation EU plan een duwtje.’
Richting institutioneel
Olivier Van Haute vermeldt dat de multi-asset fondsen die in het team beheerd worden en vroeger eerder voor retailbeleggers bedoeld waren, nu ook meer ingang vinden bij institutionele spelers, zoals bij pensioenfondsen die volgens verschillende beleggingsprofielen willen investeren. ‘De cash in onze fondsen wordt tactisch gebruikt en niet strategisch, in tegenstelling tot wat we vaak zien bij privatebankingproducten.’
Inflatie
Uiteraard is de inflatoire opstoot die zichtbaar is, ook van belang voor het team en zijn asset allocatie. ‘Ik denk dat de inflatoire druk minder voorbijgaand is dan aanvankelijk werd gedacht. Enkele elementen dragen hiertoe bij: de basiseffecten vanaf een laag niveau, de energiecrisis die we doormaken, de problemen in de toeleveringsketens, de grondstoffenschaarste en de boomende dienstensector. In de VS is het shelter-component goed voor 30 procent van de CPI index, en het duurt enkele kwartalen voor stijgende huisprijzen doorsijpelen in de inflatiecijfers via hogere huurprijzen. Akzo Nobel gaf het onlangs ook aan: de problemen kunnen nog tot volgend jaar aanslepen.’
Van Haute verwijst ook naar de bekende Phillipscurve, die in een economie de korte-termijnrelatie tussen inflatie en werkloosheid weergeeft. ‘Op lange termijn is het vooral de loongroei die de inflatie aanvuurt. Zo zie je overal de minimumlonen stijgen, en sommige vrachtwagenchauffeurs krijgen in de VS zelfs een signing bonus van 5000 dollar om aan de slag te gaan.’
Het team blijft dan ook zitten in hun posities in inflatiegelinkte obligaties, alsook in de bekende valuenamen. ‘We denken ook dat niet-Amerikaanse aandelen het beter zullen doen dan de Amerikaanse, vooral Europese aandelen. De samenstelling van die indices is meer groeigericht geworden, maar blijft al met al meer valuegericht. Ook in beursgenoteerd vastgoed beleggen we.’
Obligaties
Naast linkers toont Van Haute zich tot slot voorzichtig voor obligaties. De duration van het overheidsluik is dan ook aan de voorzichtige en lage kant. Doorgaans zit het team voorzichtiger gepositioneerd dan de markt, met een voorkeur voor de perifere landen. Europa doet het immers veel beter dan tijdens de eurocrisis, en de ECB blijft de markten ondersteunen. ‘Next Generation zal de perifere landen zoals Italië enorm ten goede komen.’
Voor bedrijfsobligaties toont Van Haute zich voorzichtiger omdat er veel zelfgenoegzaamheid in de markt zit. ‘Tegen het eind van het jaar zijn er normaal gezien minder emissies, wat positief zou moeten zijn. Ook de ECB blijft opkopen. Toch voelen bedrijfsobligaties wat oncomfortabel aan omdat dit segment volledig gecontroleerd wordt door de centrale banken. Het is toch belangrijk om carry te hebben en de activaklasse biedt stabiliteit in de portefeuilles. Voor high yield zijn we eerder neutraal momenteel’, besluit Van Haute.