Pensioenfondsen moeten met het beleggingsbeleid sneller kunnen inspelen op de actualiteit. In de traditionele combinatie van een Asset-Liability Management studie (ALM) en een strategisch kader vertraagt het besluitvormingsproces de beleggingsresultaten.
De huidige crisis legt deze tekortkoming bloot en maakt de weg vrij voor een nieuwe manier van denken, volgens Jacco Heemskerk (foto), hoofd investeringen bij Willis Towers Watson. In een gesprek met Fondsnieuws, legt hij uit dat extreme risico’s onvoldoende concreet zijn voor pensioenfondsbesturen in een ALM-studie en de daarop gebaseerde strategische asset allocatie.
‘Mensen spreken niet de taal van wiskunde. Extreme scenario’s zoals een pandemie worden wel meegenomen in risicomodellen, maar het zegt mensen weinig. Het tonen van een puntenwolk die uit een model rolt, is iets anders dan een gesprek aangaan over de gevolgen van een pandemie.’
Heemskerk erkent dat risicomodellen in het laatste decennium sterk zijn verbeterd en daarmee ook de kwaliteit van ALM-studies, maar toch schiet het volgens hem tekort. ‘Er is behoefte aan een nieuwe manier van denken. Pensioenfondsen opereren in een uitdagende context waarin ze te maken hebben met megatrends, extreme risico’s, maatschappelijke onvrede, lage rendementen en onduidelijkheid over een eventueel Pensioenakkoord. In die context vragen ze zich af wat er beter kan en hoe ze relevant kunnen blijven.’
Total Portfolio Approach
Die nieuwe manier van denken heeft Willis Towers Watson uitgewerkt in de zogenoemde Total Portfolio Approach (TPA). Een concept dat volgens Heemskerk steeds meer tractie krijgt in de markt. Hij verwacht bovendien dat dit door de crisis alleen maar zal toenemen.
TPA is een verzameling van best practices bij klanten van Willis Towers Watson en de grootste beleggers ter wereld. Het resultaat is een nieuwe benadering voor het besturen van een pensioenfonds waarin onderscheid wordt gemaakt tussen een oude en een nieuwe manier van denken.
Het uitgangspunt van het oude denken is een stabiele wereld waarin we kunnen vertrouwen op economische modellen, rationeel gedrag en efficiënte markten. De nieuwe manier van denken gaat daarentegen uit van een systeem met meerdere feedback-loops in plaats van lineaire verbanden.
‘Alles beïnvloedt alles en dat maakt dat de wereld niet te vatten is in wiskundige modellen. Er gelden bepaalde algemene wetten, maar uiteindelijk heeft menselijk handelen een belangrijke impact. Als je in deze nieuwe manier van denken succesvol wilt zijn dan vergt dat verandering in het governance-, people- én investment model.’
Belangrijke pijlers van de Total Portfolio Approach zijn dat pensioenfondsen sneller moeten kunnen inspelen op de actualiteit en dat het besluitvormingsproces beleggingsresultaten niet moet vertragen.
Dynamisch beleid en paniek
Toch wordt van het strategisch kader gezegd dat het gedegen besluitvormingsproces en het feit dat het is geformuleerd in tijden van kalmte, juist sterke punten zijn. Het geeft houvast in turbulente tijden. Ontstaat met een dynamisch beleid niet het risico dat wijzigingen worden ingegeven door paniek?
Heemskerk meent van niet. Het houvast dat strategische kaders zeggen te bieden, zijn volgens hem juist een beperking van de bewegingsruimte die het rendement van een portefeuille niet ten goede komt.
‘Het is een statisch geheel waarin een pensioenfonds eens per drie jaar een risicobudget opstelt en op basis daarvan vaststelt in welke beleggingscategorieen er belegd mag worden.’Daar zit wat Heemskerk betreft een belangrijk pijnpunt: asset classes concurreren niet om een plek in de asset allocatie op basis van rendement.
‘Als je in je strategisch kader vaststelt dat er 5 procent naar high yield moet moet worden gealloceerd, dan zit je daar de komende drie jaar aan vast. Ook als die asset class overgewaardeerd wordt en de beste manager in die categorie feitelijk de minst slechte wordt’, aldus Heemskerk.
Ingewikkelde Nederlandse context
Nederlandse pensioenfondsen hebben echter ook te maken met een Financieel Toetsingskader dat dingen voorschrijft op het gebied van de beleggingen. Heemskerk: ‘De toezichthouder gaat niet over de invulling van het strategisch kader op regelniveau. Het zegt alleen dat als je een strategische asset allocatie hebt vastgesteld, je het moet kunnen uitleggen als je ervan afwijkt.’
Toch is het wel een discussiepunt waar hij veelvuldig tegenaan loopt in gesprekken met Nederlandse pensioenfondsen. De invulling van de TPA in de Nederlandse context is ingewikkeld, onder meer door toezicht en wetgeving. Er speelt bovendien -net als in alle pensioenvraagstukken- mee dat het nieuwe Pensioenakkoord nog altijd niet duidelijk is.
Hoewel Heemskerk al langere tijd met de grootste Nederlandse pensioenfondsen spreekt over TPA, is de aanpak tot nu toe nog niet geïmplementeerd in Nederland. De aanpak wint volgens hem wel steeds meer aan kracht doordat het trackrecord opbouwt bij internationale klanten. Onder hen bevinden zich onder meer namen als Canada Pension Plan Investment Board, ATP, Future Fund en New Zealand Super.