Voor beleggers in een neutrale portefeuille was het eerste kwartaal van 2022 één van de zwaarste van de afgelopen decennia, schrijft persbureau Bloomberg op basis van eigen data. Zo ging de S&P 500 met 4,9 procent onderuit, leverden Amerikaanse Treasuries 5,6 procent in en ging investment grade zelfs met 7,8 procent onderuit.
Weliswaar was het kwartaal niet zo slecht als in 2020, toen de coronacrisis gepaard ging met een zeer forse duikeling. Zo daalde de S&P toen met 20 procent in slechts enkele weken tijd. Het tij werd toen gekeerd door het snelle ingrijpen van de Amerikaanse Federal Reserve dat met steunpakketten de markten succesvol te hulp kwam.
Het eerste kwartaal van 2022 was voor beleggers in 60-40 portefeuilles één van de slechtste perioden sinds begin jaren tachtig van de vorige eeuw. Bloomberg haalt bronnen aan die stellen dat de slechte prestatie van de neutrale portefeuille komt door een combinatie van hoge inflatie, de oorlog in Oekraïne, en stijgende energie- en olieprijzen. De Amerikaanse aandelen- en obligatiemarkten verloren in het eerste kwartaal meer dan 3.000 miljard dollar aan waarde.
Beleggers draaiden portefeuille
Een gelijktijdige schok op zowel de aandelen- en obligatiemarkten komt - in deze mate - zelden voor. De oorzaak is dat aandelen op een historische top stonden, ultimo 2021, terwijl obligatierentes een historisch laagtepunt hadden bereikt en de inflatie nu versneld oploopt.
Beleggers grepen de marktschok aan en draaiden hun portefeuilles. Ze stapten in obligaties met kortere looptijden, waardoor de rente van langer lopend schuldpapier boven dat van kort lopend papier kwam - deze zogenoemde inverse yield - wordt vaak beschouwd als een signaal dat de economie in de richting van een recessie beweegt.
Amerikaanse aandelen stonden op het slechtste punt dit kwartaal op een verlies van ruim 13 procent, terwijl de technologiebeurs Nasdaq zelfs onder de 20 procent dook. Maar aandelen herstelden in de loop van het kwartaal sterk - zelfs ondanks de oorlog in Oekraïne -, omdat aandelen ook worden gezien als een hedge tegen inflatie.
Volgens persbureau Bloomberg daalde de 60/40 portefeuille in de VS met gemiddeld 4,6 procent. Aandelen deden het beter dan obligaties, mede door de onzekerheid over het monetaire beleid van centrale banken als de Fed. De enige asset class die een goed schuiladres bleek te zijn, waren grondstoffen. De Bloomberg Commodity Index steeg in het eerste kwartaal met 25 procent - het was zelfs het beste kwartaal voor grondstoffen sinds 1990.
Aandelengedeelte redt 60-40 portefeuille
Jeff Mortimer, director beleggingsstrategie van BNY Mellon Wealth Management, is optimistisch. Hij stelt tegenover het persbureau dat de S&P de helft van zijn verliezen heeft weggewerkt. Hij houdt er rekening mee dat de aanbodketen wereldwijd verbetert en dat het rentebeleid van de Fed effect zal sorteren.
Volgens LPL Financial in Boston bleef het verlies in de eerste drie maanden van een portefeuille die 60 procent gealloceerd was naar aandelen uit de S&P en 40 procent naar de Bloomberg aggregate U.S. Bond index beperkt tot 4 procent in het eerste kwartaal. Het was de - op 18 andere gevallen na - de slechtste prestatie in 185 kwartalen sinds 1976. De gemiddelde daling van een 60/40 beleggingsportefeuille is 4 procent - het slechtste resultaat werd geboekt in 2008 toen de neutrale portefeuille 11 procent inleverde.
Dat de neutrale portefeuille zich redelijk gehouden heeft, is vooral te danken aan het herstel van aandelen. De S&P was op 15 maart ruim 13 procent gedaald year to date, maar inmiddels staat de index nog maar slechts 5 procent onder zijn top. De waarderingen liggen nu dichter bij het historisch gemiddelde. Doorgaans geldt dat aandelen herstellen als de tienjarige Treasury yield onder de tweejarige rente uitkomt, zoals donderdag het geval was.
‘Iemand met moed gaat nu …’
Strategen van JP Morgan schreven deze week dat de markt té risico-georiënteerd is en dat een meer risico-gerichte houding in portefeuilles juist nu gerechtvaardigd is. UBS voegde er aan aan toe dat sinds 1965 de S&P 500 een gemiddelde van 8 procent heeft behaald in de twaalf maanden volgend op een inverse yield. Sinds 1978 zou het zelfs om een gemiddelde return gaan van 11 procent, aldus Truist IAG tegenover Reuters.
Joe LaVorgna, de hoofdeconoom van Natixis in de Verenigde Staten, stelt dat de index van de tweejarige Treasury het sterkst is gedaald ooit, zelfs nog sterker dan in de obligatiemarkten in de vroege jaren tachtig van de vorige eeuw en 1994. ‘Iemand met moed gaat nu long. De markt prijst heel veel verkrapping door de Fed in, waarschijnlijk te veel. Dat geeft me vertrouwen dat we zullen op enig moment een rally zien, waarschijnlijk sneller dan gedacht.’
Voordeel van de stijgende rente is dat het aantal obligaties met een negatieve rente verdwijnt. Op de top in 2020 was dat nog 18.000 miljard dollar, nu is dat minder 3.000 miljard dollar. Het totale verlies dat obligatiebeleggers op hun schuldpapier hebben geleden is 2400 miljard dollar.
Vrijwel alle obligatiemarken staan onder druk. Uitzondering op de regel is China, dat de inflatie onder controle lijkt te hebben. Het rendement op de S&P China Government Bond Total Return Index bedraagt over de afgelopen 12 maanden 5,23 procent.