‘Dividendenieren is een geëvolueerde vorm van rentenieren. Het is een pure aandelenstrategie, die mikt op een netto uitkering van twee procent per jaar’, aldus Christophe van Eysendyck, wealth advisor bij Accuro.
Het klassieke rentenieren is tegenwoordig geen optie meer. ‘Zelfs met de gestegen rente, blijft het rendement onder de inflatie. Indien de inflatie zou dalen, zal de rente ook dalen. Je kan dus nog maar moeilijk leven van een vermogen, zonder het uit te putten.’
Daarom ontwikkelde Accuro het dividendenieren, dat mikt op een netto uitkering van twee procent per jaar. Dit in combinatie met groei, zodat het vermogen in stand blijft en kan blijven toenemen. ‘Vroeger werd uitgegaan van de ‘vier procent regel’, waarbij je jaarlijks vier procent uit je portefeuille kon halen, zonder dat die opraakte. Dat werkt nu niet meer, door de aard van de rente en de inflatie. Met ons doel van twee procent, kunnen we redelijk solide projecties maken over de cashflows waarop klanten mogen rekenen.’
Atypisch
Door deze doelstelling gaat het hier eerder om een quality growth strategie, met bedrijven die nog steeds groeien. ‘Gemiddeld wisten we tot hiertoe elk jaar 2,4 procent netto uit te keren, we vielen daar nooit onder. Het doel is om bedrijven te selecteren die goede cashflows en bedrijfswinsten hebben. Ze moeten in staat zijn om die te doen toenemen doorheen de tijd. Het gevolg is dat er zelfs na inflatie en kosten ruimte op de balans overblijft om een dividend uit te betalen, waar onze klanten van kunnen leven. Het dividend is dus eigenlijk een gevolg en niet het doel op zich.’
Daar ligt het verschil met klassieke dividendportefeuilles, waarbij beleggers hoge dividenden nastreven. ‘Dan zit je met bedrijven die heel ver in de maturiteitscyclus zitten. Bijgevolg kunnen die na verloop van tijd verdwijnen, of wordt het dividend onhaalbaar.’
De strategie kent enkele, deels noodzakelijke, tilts. ‘De meeste van onze klanten wonen in Europa en betalen in Euro. Daarom hebben we vooral Europese spelers in portefeuille. Een groot deel van de inkomsten moeten in Euro zijn om het valutarisico te beperken. Dat geeft ons zekerheid dat de geprojecteerde cashflows haalbaar blijven.’
Exclusie & inclusie
Sommige sectoren worden bewust uitgesloten. ‘Banken en verzekeraars zijn goede dividendbetalers, maar hebben risico’s die je niet kan modeleren en inschatten. Dat willen we net vermijden. Biotech valt eveneens uit de boot, omdat er geen cashflows zijn en het risico vaak heel binair is. Tenslotte blijven grondstoffen, en zeker mijnbouwbedrijven, buiten scope. Historisch is dit de sector met de hoogste volatiliteit van alle asset classes, maar de returns liggen niet hoger dan die van andere aandelen.’
De aandelen die wel in aanmerking komen vallen in te delen in vier categorieën. Daarbij komen veel herkenbare (Belgische) namen voorbij. ‘De eerste categorie bestaat uit holdings en trusts, denk aan namen als Ackermans & van Haaren en D’Ieteren. In de tweede plaats is er het beursgenoteerd vastgoed, via GVV’s en REIT’s. Hier vinden we Belgische namen die bij de beste van de wereld horen. Denk bij logistiek vastgoed aan Montea en WDP en Aedifica in zorgvastgoed. Ten derde zijn er de wide-moat multinationals, bedrijven met een sterk concurrentieel voordeel en een internationale aanwezigheid. Zoals de Pepsico’s en Unilevers van deze wereld. Tenslotte vinden we in de vierde categorie typische waarde- en dividendaandelen.’
Sportieve insteek
Oorspronkelijk werd de strategie ontworpen op vraag van topsporters. ‘Een groep met specifieke noden, waar we vaak mee samenwerken. Deze klanten hebben meestal zeer korte carrières, met grote cashflows die nadien wegvallen. Onze strategie stelt hen in staat om stabiele cashflows te genereren uit hun portefeuille, zonder dat die opraakt. Omdat dit eigenlijk een quality growth strategie is, kan die ook nuttig zijn voor mensen die nog niet met pensioen zijn maar hun vermogen willen doen groeien zonder veel risico’s’, besluit van Eysendyck.
Gerelateerde artikelen op Investment Officer: