Pensioenfondsen die wisselen van vermogensbeheerder hebben in het jaar dat wordt overgestapt gemiddeld éénmalig tussen de 6,7 en 8,3 procent hogere vermogensbeheerkosten. Dat stelt de Autoriteit Consument en Markt (ACM) in een verkennend onderzoek.
De aanleiding voor het onderzoek ‘is het economische en maatschappelijke belang van deze markt en signalen die de ACM ontvangen heeft, dat sprake zou zijn van een verstoring van de concurrentie tussen vermogensbeheerders’, aldus de markttoezichthouder.
Behalve dat het wisselen van vermogensbeheerder eenmalig met fors hogere kosten gepaard gaat, kwam uit het onderzoek naar voren dat pensioenfondsen die het investeringsadvies en vermogensbeheer gebundeld afnemen, veel minder vaak overstappen dan pensioenfondsen die dat niet doen.
Voorts kwam er uit naar voren dat pensioenfondsen die het vermogensbeheer samen met investeringsadvies afnemen 10 procent meer voor het vermogensbeheer betalen dan pensioenfondsen die deze diensten apart afnemen. Dit geldt met name voor de kleine en middelgrote pensioenfondsen.
Voor het onderzoek heeft de ACM interviews gehouden met marktparticipanten en experts om deze risico’s te onderzoeken. Daarnaast heeft de ACM gegevens opgevraagd van Nederlandse pensioenfondsen om een kwantitatieve analyse te kunnen maken.
De ACM heeft de resultaten van dit onderzoek gedeeld met pensioenfondsen en de Pensioenfederatie. Volgens de markttoezichthouder herkennen de pensioenfondsen deze resultaten en geven aan de inzichten te kunnen gebruiken bij hun afwegingen ten aanzien van hun keuzes voor vermogensbeheer en advies.
De ACM adviseert pensioenfondsen om goed te kijken naar de kosten en baten van het gebundeld of ongebundeld afnemen van beheer en advies. Daar kunnen mogelijk voordelen te behalen zijn. In een reactie tegenover Pensioenpro, een zusterplatform van Fondsnieuws, toont de Pensioenfederatie zich kritisch tegenover de conclusies van het rapport, terwijl Dufas - de belangenvereniging van vermogensbeheerders - nuances op de uitkomsten inbrengt.