De Autoriteit Financiële Markten (AFM) heeft bestuurlijke boetes opgelegd aan Today’s Tomorrow B.V. en zijn bestuurder Cees Smit. De hoogste bestuursrechter heeft het boetebesluit bevestigd en dat was voor de AFM aanleiding om woensdag tot publicatie ervan over te gaan.
In oktober 2012 heeft Today’s Tomorrow (TT) een samenwerkings- overeenkomst gesloten met een Luxemburgse branchegenoot, die in Nederland het GFH Paraplufonds op de markt wilde brengen. Deze Luxemburgse partij had TT hiervoor nodig, omdat het hem door de Luxemburgse toezichthouder was verboden zelf nog beleggingsfondsen te laten registreren, schrijft de AFM in een persbericht.
Op basis van deze overeenkomst heeft TT het beleggingsfonds op zijn naam laten registreren, maar heeft het dagelijks beheer van het fonds geheel uit handen gegeven aan de Luxemburgs onderneming. Hiermee heeft TT zijn vergunning in feite ‘uitgeleend’ aan de Luxemburgse onderneming.
‘Stelselmatig de wet overdreven’
‘TT heeft het zich daardoor onmogelijk gemaakt om een beleid te voeren dat wetsovertredingen kon tegengaan en dat bleef niet zonder gevolgen; bij het beheer van het beleggingsfonds is stelselmatig de wet overtreden. De AFM heeft ernstige tekortkomingen in het beloningsbeleid en de cliëntdossiers geconstateerd’, schrijft de toezichthouder.
Daarop werden door haar op 6 april 2017 bestuurlijke boetes opgelegd aan TT en zijn bestuurder Cees Smit. ‘De boetes zijn opgelegd omdat TT in de periode van begin januari tot eind augustus 2014 als stroman is opgetreden voor een Luxemburgse onderneming’, stelt de AFM.
TT werd een boete opgelegd van 30.000 euro en Smit van 125.000 euro. Die laatste boete werd door de bestuursrechter gehalveerd. Na deze uitspraak zijn de boetebesluiten aan TT en Smit onherroepelijk geworden.
De AFM stelt dat TT zich indertijd onmogelijk heeft gemaakt ‘om een beleid te voeren dat wetsovertredingen kon tegengaan en dat bleef niet zonder gevolgen; bij het beheer van het beleggingsfonds is stelselmatig de wet overtreden. De AFM heeft ernstige tekortkomingen in het beloningsbeleid en de cliëntdossiers geconstateerd.’
‘Feitelijk leidinggever’
De toezichthouder voegt eraan toe: Smit was ten tijde van het sluiten van de samenwerkingsovereenkomst enig bestuurder en dagelijks beleidsbepaler van TT. Hij heeft de samenwerkingsovereenkomst ondertekend en heeft naderhand nagelaten om in te grijpen, terwijl hij daartoe wel bevoegd en gehouden was. De AFM heeft Smit daarom beboet als feitelijk leidinggever aan de overtreding door TT.
TT beschikte tussen 30 december 2010 en 16 november 2018 over een vergunning van de AFM voor het beheren van beleggingsinstellingen. Op verzoek van TT heeft de AFM deze vergunning per 16 november 2018 ingetrokken.
Het besluit van de AFM kan niet meer door belanghebbende(n) ter toetsing aan de rechter worden voorgelegd.