De Autoriteit Financiële Markten (AFM) maakt zich er in Europees verband sterk voor om de aanvraag en de monitoring van het zogenoemde Europese paspoort (dat voor financials geldt) in een andere lidstaat te laten doen als dat de krachten van een ander EU-land te boven gaat.
Dat heeft bestuurslid Gerben Everts (foto) donderdagmiddag gezegd bij een persmeeting van het bestuur van de AFM, onder leiding van waarnemend voorzitter Hanzo van Beusekom. Daarin lichtte de toezichthouder ‘Trendzicht 2020’ toe.
Everts erkende dat er tot dusver nog niet heel veel steun is van de andere 27 EU-lidstaten voor het idee van de AFM. Frankrijk is volgens hem één van de weinigen die het initiatief op dit moment van steun voorziet. Veel lidstaten vinden dat de verlening van het Europese paspoort tot de soevereiniteit van een land behoort.
De AFM stelt zich echter op het standpunt dat dit paspoort - dat als het eenmaal door één van de lidstaten is verleend maakt dat je als financiële dienstverlener in alle overige 26 landen van de Unie actief mag worden - essentieel is voor de werking van een geïntegreerde kapitaalmarktunie. Voor deze unie maakt niet alleen de AFM, maar meerdere toezichthouders en landen zich in Brussel en elders in de EU sterk.
De AFM wil dat de Europese toezichthouder Esma echter moet kunnen ingrijpen bij nationale toezichthouders van de lidstaten als dat met een Europees paspoort niet goed loopt en/of als er misbruikt van wordt gemaakt. Everts noemde in deze context specifiek Malta, maar ging daar inhoudelijk niet verder op in.
‘Esma moeten kunnen ingrijpen’
De praktijk is nu nog dat financiële ondernemingen die in een land binnen de Europese Economische Ruimte (de Europese Unie + Noorwegen en IJsland) een vergunning hebben(aangevraagd) van de toezichthouder van dat land én die ook in een van de andere landen binnen deze zone producten en diensten willen aanbieden, moeten zich laten registreren bij de toezichthouder van dat betreffende land. Zij krijgen dan een Europees Paspoort. Deze ondernemingen blijven echter onder het toezicht van het land van herkomst vallen.
In een eerder stadium toen veel in Londen gevestigde partijen, vanwege de Brexit, onderzochten of ze moesten uitwijken naar EU-lidstaten op het continent, werd er door partijen veelal tegelijkertijd in meerdere lidstaten “geshopt” om zulke gunstig mogelijke voorwaarden te verkrijgen. Everts bevestigde dit op vragen van Fondsnieuws, maar zei dat die situatie is overwonnen en beslecht door te eisen dat de aanvraag voor een Europees paspoort voor 1 juli moest worden gedaan. Deze opgelegde deadline heeft volgens de AFM het probleem van shoppende marktpartijen verholpen.
Nederland sleutelland
‘Brexit’ legt Nederland in dat opzicht geen windeieren. Al meer dan 40 partijen hebben een Europees paspoort in Nederland gekregen en zijn ook bezig hier een vestiging of Europees hoofdkantoor te openen. Daarbij gaat het vooral om high frequency traders, obligatiehandelaren, benchmarkbeheerders, een bank als RBS en enkele vermogensbeheerder, onder wie BlackRock die al langer een grote vestiging in Nederland heeft. Op een aantal terreinen waaronder obligatiehandel en high frequence trading wordt Nederland een sleutelland in de Europese Unie.
Recent nam de Dufas - de belangenvereniging van asset managers - het initiatief voor een welkomstfeest voor marktpartijen die in Nederland een Europees paspoort hebben aangevraagd. Bij die gelegenheid nam AFM-bestuurder Gerben Everts het welkomstwoord voor zijn rekening.
Trendzicht 2020
Bij de persmeeting van donderdag presenteerde het bestuur van de AFM zijn Trendzicht 2020 en ging daarbij in op drie specifieke thema’s die de aandacht van de toezichthouder hebben zoals digitalisering van de financiële dienstverlening, IBOR-transitie en de kwetsbaarheid van aflossingsvrije hypotheken.
In januari zal de AFM zijn ‘agenda 2020 en strategie 2020-2022’ presenteren. Dan gaat het specifiek over het beleid jegens de onder toezichtgestelden.