Het regent superlatieven over India, dat China lijkt te zijn gepasseerd als het beloofde land voor opkomende marktenbeleggers. ‘Het lijkt erop alsof de sterren dit keer echt allemaal op een lijn staan’.
De Indiase aandelenmarkt, groter dan die van Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk tezamen en volgens Morgan Stanley in 2030 de op twee na grootste ter wereld, wordt een ‘oase in de wereldwijde woestijn’ genoemd. Na een weifelende start in de eerste vier maanden van dit jaar wegens controverses bij de Adani Group, één van de grootste conglomeraten van het land, tikten de belangrijkste index van India, de Sensex, en de breder samengestelde Nifty index, in juli recordstanden aan.
De florerende Indiase beurs reflecteert volgens fondsmanagers en economen de kracht en het potentieel van de Indiase economie. Volgens de Amerikaanse hedgefondsmanager Ray Dalio ligt het land net als China begin jaren tachtig op polepositie om ‘s werelds hoogste groeicijfers en grootste transformatie te realiseren. Dalio wijst ook erop dat premier Narendra Modi zich op het wereldtoneel handig heeft opgesteld tussen China en de Verenigde Staten. Hij gaat uit van 7 procent groei voor de komende tien jaar.
Amundi houdt voor het komende decennium rekening met gemiddeld 5,2 procent groei per jaar van het bbp, vergeleken met 3,7 procent voor opkomende economieën en 1 procent voor ontwikkelde landen. ‘India is een van de opkomende markten, waar de groeidynamiek en het -momentum het beste zijn,’ zegt Alessia Berardi, hoofd opkomende markten macro en strategisch onderzoek bij Amundi. ‘Dat is de reden waarom de Indiase beurs nu een van de meest interessante is. Het feit dat iedereen dat weet, en dat maakt het lastig om de waarderingen te interpreteren.’
Veronique Erb, portfolio manager Emerging Markets bij RBC Global Asset Management, noemt India een ‘heel dure aandelenmarkt’. ‘De koerswinstverhouding van Unilever is 15x tegenover 55x voor haar Indiase dochter Hindustan Unilever. We hebben onze overwogen positie om die reden ietwat afgebouwd. Dat is echter een kant van het verhaal. Consumptieaandelen hebben ruimte voor groei, want 95% van de Indiase levensmiddelensector is nog ongeorganiseerd.’
Production-Linked Incentives-schema
Behalve groei halen Berardi en Erb pro-India argumenten waarvan ook veel andere economen en fondsmanagers gebruik maken. Onder Modi is het ondernemingsklimaat sterk verbeterd, waardoor investeringen in sectoren zoals halfgeleiders, smartphones, elektrische voertuigen en duurzame energie aantrekken. De jonge beroepsbevolking en de opkomende middenklasse weerspiegelen een aantrekkelijk demografisch dividend. Infrastructuur (vooral spoorwegen) wordt in een hoog tempo ontwikkeld. En veel multinationals hanteren bij het outsourcen een China plus 1-strategie en openen in het land fabrieken, geholpen door overheidssubsidies zoals het Production-Linked Incentives-schema (PLI).
Volgens het IMF bedraagt de bbp-groei van India 6,1 procent dit jaar en 6,3 procent in 2024. Daarmee geeft India het kwakkelende China het nakijken (5,2 procent dit jaar en 4,5 procent in 2024). ‘In een wereld gekenmerkt door zwakke groei is groei het belangrijkste argument dat voor India pleit,’ zegt Berardi. ‘Zolang de nominale groei uit dubbele cijfers bestaat, is dat goed voor de werkgelegenheid, de belastinginkomsten, de bedrijfswinsten en het kredietoordeel van het land, want India heeft een van de grootste staatschulden van de opkomende markten. Met een groeipotentieel van zes procent op jaarbasis kan India een belangrijke bijdrage gaan leveren aan de mondiale groei.’
Veel mensen die in het verleden hebben gezegd dat India de plek is om te investeren, werden teleurgesteld doordat het momentum aanvangt en dan plotsklaps uitdooft. Berardi verwacht echter dat het Aziatische land nu op weg naar een langdurige periode van economische groei en aantrekkende bedrijfswinsten. Maar zo waarschuwt zij: ‘Het aanhouden van investeringen is een belangrijke voorwaarde voor duurzame economische groei. India moet verder kijken dan ICT, farma en chemicaliën om te blijven groeien. Het PLI-schema is daarom uitgebreid van 3 naar 14 sectoren.’
Alle sterren op een lijn
Ook Erb is uitgesproken positief. ‘Sinds de opkomst van premier Modi in 2014 is de politiek van het land een decennium lang stabiel geweest, bedroeg de groei gemiddeld ruim 8 procent en zijn op alle niveaus fenomenale hervormingen geweest, zoals de belastinghervormingen in 2017 of de arbeidsmarkthervormingen in 2020. Het is niet het feit dat India net op de maan is geland of dat ze gastheer dit jaar zijn van de G20; het zijn alle kleine stapjes bij elkaar opgeteld, die het land maakt. India levert ruim een miljoen ingenieurs per jaar af, je kunt overal online betalen en alle multinationals willen nu een China plus een strategie. Het lijkt erop alsof alle sterren dit keer op een lijn staan’.