De winstgevendheid van Amerikaanse bedrijven is op een hoogtepunt aanbeland. Afnemende bedrijfswinsten zorgen voor een vertraging van de Amerikaanse economie die mogelijk uitmondt in een recessie in 2016.
Dit stelt hoofd vastrentende waarden Paul Brain van Newton, een boutique van BNY Mellon.
Consumentenbestedingen
Brain gelooft dat de winstgevendheid van Amerikaanse bedrijven op zijn hoogtepunt is aanbeland. Bedrijven zullen nu meer te maken krijgen met stijgende loonkosten en tegelijkertijd geconfronteerd worden met het probleem om de prijzen te verhogen. Het gevolg is dat de groei van de Amerikaanse economie in 2016 in toenemende mate afhankelijk zal zijn van consumentenbestedingen.
‘Tot op heden deed de Amerikaanse consument netjes zijn plicht door wat vaker uit eten te gaan en nieuwe auto’s te kopen, maar op de lange termijn houdt hij dit niet vol’, aldus de fondsmanager.
Koopmoment obligaties
Wat de kans op een recessie vergroot, volgens Brain, is de verwachting dat high yield energie-obligaties in gebreke blijven als een aantal kleinere, maar met een grote schuld belaste, Amerikaanse oliebedrijven worstelen om herfinanciering rond te krijgen, net nu de grondstoffenprijzen op een laag punt staan.
Tegelijkertijd ziet Brain het vooruitzicht van wanbetalingen en een bijbehorende obligatiemarktcorrectie als een mogelijk koopmoment, vooral als beleggingsfondsen en Exchange Traded Funds (ETFs) deelnemen aan een sell-off. Maar zover is het nog niet.
Geen renteverhoging
Een renteverhoging in de VS ziet Brain niet zo snel meer gebeuren. De mogelijkheid om de rente te verhogen, voordat de economie vertraagt, wordt steeds kleiner. Als de Fed niet snel de rente verhoogt, is het een gemiste kans. De Bank of England zou in het spoor van de Fed kunnen treden door zijn lang verwachte renteverhoging uit te stellen, terwijl de Europese Centrale Bank zijn QE-programma kan versnellen.
In de rest van de wereld, zegt Brain, is er duidelijk een tendens om de rente te verlagen. Dit geldt zowel voor de ontwikkelde markten en andere landen zoals Noorwegen, Australië en Nieuw-Zeeland, waar nog ruimte is voor verdere verlaging van de tarieven, zelfs vanaf het huidige lage niveau.