Gilles Moëc, hoofdeconoom van AXA Group en hoofd research bij AXA IM, ziet heel wat tekenen dat zowel in de VS als in Europa de inflatie haar top heeft bereikt. De markt is evenwel wat te hard van stapel gelopen en het is veel te vroeg om te denken aan renteverlagingen. Lopen markten te veel vooruit op de feiten?
De aandelenmarkten zijn de voorbije weken wat te bruusk en te ver vooruitgelopen op de feiten en het risico bestaat dat er de komende maanden een terugval komt. Voor Moëc is een ongeval snel gebeurd: ‘het is allemaal wat te vroeg en we zouden toch eerst extra bevestiging van een vertragende inflatie moeten krijgen.’
En we mogen volgens hem niet uit het oog verliezen dat de financiële omgevingsfactoren voor overheden, bedrijven en gezinnen terwijl de markten herstelden nauwelijks minder strak zijn geworden. Ze bevinden zich nog steeds op een niveau die we niet meer sinds 2008 hebben gezien. ‘De forse verstrakking van de financiële condities voor alle economische actoren is een enorm schok die dikwijls wordt onderschat. En de snelheid waarmee dit is gebeurd, is hoogst uitzonderlijk en kan tot ontsporingen leiden zoals enkele weken geleden bijna bij de Britse pensioenfondsen het geval was. Het was niet meteen een reactie op de hogere rentevoeten maar vooral een gevolg van de snelheid van de stijgingen.’
Eerste tekenen van desinflatie
Ondertussen ziet Moëc weldegelijk de eerste tekenen van desinflatie tevoorschijn komen. ‘2023 wordt het jaar van desinflatie maar dat zal gebeuren in een recessie omgeving. Die recessie, die zowel in de VS als in Europa zal samenvallen, verwachten we in het eerste halfjaar van 2023. En deze zal vrij ongewoon zijn omdat centrale banken voor het eerst sinds 1990 hun monetaire politiek tijdens de recessie niet zullen versoepelen. Ze lijken eerder een economische terugval te betrachten zodoende de inflatie te kunnen beteugelen. Opmerkelijk want we waren gewoon geraakt aan centrale banken die altijd de markten kwamen redden.’ De hoofdeconoom ziet zowel de Fed als de ECB eind Q1 van 2023 stoppen op een piek van 5 procent in de VS en 2,5 procent in de eurozone.
Hij waarschuwt echter daarna niet te hard van stapel te lopen. ‘De desinflatie zal die stopzetting mogelijk maken maar zal onvoldoende zijn om snel opnieuw de rente te verlagen. De markt rekent dat dit in de tweede jaarhelft van 2023 zal gebeuren. Volgens mij wil de Fed eerst absoluut zeker zijn dat de inflatie is gebroken alvorens tot een versoepeling over te gaan. Ik verwacht dus dat de rente voor de rest van 2023 op 5 procent zal blijven staan.’
Alle ogen op de Fed gericht
Voor Moëc bevinden we ons weldegelijk op een keerpunt waarbij een nieuwe fase in de monetaire politiek van de Fed zichtbaar wordt: de rente wordt verder verhoogd maar tegen een trager tempo dan tot nu toe. In december rekent hij alvast op een verhoging van 50 basispunten in plaats van 75 bp bij de vorige vergadering. ‘We hebben reeds enkele valse starts gehad maar nu geloof ik in een start van desinflatie in de VS vooral dankzij enkele gunstige trends aan de aanbodzijde. Enerzijds zijn de levertijd in de Amerikaanse productiesector opnieuw genormaliseerd en zijn de bevoorradingsproblemen zo goed als verdwenen. Ook de stijging van de importprijzen neemt af, niet alleen dankzij een terugval van de grondstoffenprijzen maar ook dankzij de sterke dollar en de net aangestipte normalisering van de bevoorradingsketens.’
Hij wijst tevens op de eerste tekenen van vertraging op de Amerikaanse arbeidsmarkt zodat de looninflatie minder snel zou moeten gaan stijgen. ‘De toename van het aantal gecreëerde jobs is aan het vertragen, net als het aantal openstaande vacatures en het aantal mensen dat hun job verlaat, hoewel het niveau van beide indicatoren nog altijd vrij hoog ligt. Ook de toename van de uurlonen daalt gestaag.’ Moëc stipt tevens aan dat de stijgende woningprijzen aan het aftoppen zijn. ‘Er is een stabiele relatie tussen die huizenprijzen en de huurprijzen maar er zit een verschil op van 9 à 12 maanden. Belangrijk want huurprijzen maken 30 procent van de Amerikaanse inflatie uit. Dus als we midden 2023 een duidelijke terugval van die huurprijzen te zien krijgen dan zou dat de inflatie kunnen drukken.’
Europa: recessie onvermijdelijk
Voor Moëc is het niveau van de leidende rentevoet in Europa niet zo belangrijk maar wel hetgeen de ECB met haar balans in 2023 zal doen. ‘Voor de financiële markten zal dit volgend jaar centraal staan. Het afbouwen van het APP-programma, waarbij de ECB tussen 2014 en 2021 overheidspapier aankocht, zal een enorme impact hebben, omdat overheden enorme bedragen aan obligaties zullen blijven uitgeven. Deze elementen zullen niet zonder gevolgen zijn voor de rentevoeten op langere termijn. We schatten de kans groot in dat de Duitse 10-jarige rente, die momenteel rond de 2 procent schommelt, in 2023 opnieuw boven de 2,5 procent kan gaan.’ De hoofdeconoom benadrukt dat vooral de effecten ervan op staatspapier van de meest fragiele emittenten niet te onderschatten zullen zijn.
Eerste tekenen van desinflatie
Ondertussen ziet Moëc weldegelijk de eerste tekenen van desinflatie tevoorschijn komen. ‘2023 wordt het jaar van desinflatie maar dat zal gebeuren in een recessie omgeving. Die recessie, die zowel in de VS als in Europa zal samenvallen, verwachten we in het eerste halfjaar van 2023. En deze zal vrij ongewoon zijn omdat centrale banken voor het eerst sinds 1990 hun monetaire politiek tijdens de recessie niet zullen versoepelen. Ze lijken eerder een economische terugval te betrachten zodoende de inflatie te kunnen beteugelen. Opmerkelijk want we waren gewoon geraakt aan centrale banken die altijd de markten kwamen redden.’ De hoofdeconoom ziet zowel de Fed als de ECB eind Q1 van 2023 stoppen op een piek van 5 procent in de VS en 2,5 procent in de eurozone.
Hij waarschuwt echter daarna niet te hard van stapel te lopen. ‘De desinflatie zal die stopzetting mogelijk maken maar zal onvoldoende zijn om snel opnieuw de rente te verlagen. De markt rekent dat dit in de tweede jaarhelft van 2023 zal gebeuren. Volgens mij wil de Fed eerst absoluut zeker zijn dat de inflatie is gebroken alvorens tot een versoepeling over te gaan. Ik verwacht dus dat de rente voor de rest van 2023 op 5 procent zal blijven staan.’
Alle ogen op de Fed gericht
Voor Moëc bevinden we ons weldegelijk op een keerpunt waarbij een nieuwe fase in de monetaire politiek van de Fed zichtbaar wordt: de rente wordt verder verhoogd maar tegen een trager tempo dan tot nu toe. In december rekent hij alvast op een verhoging van 50 basispunten in plaats van 75 bp bij de vorige vergadering. ‘We hebben reeds enkele valse starts gehad maar nu geloof ik in een start van desinflatie in de VS vooral dankzij enkele gunstige trends aan de aanbodzijde. Enerzijds zijn de levertijd in de Amerikaanse productiesector opnieuw genormaliseerd en zijn de bevoorradingsproblemen zo goed als verdwenen. Ook de stijging van de importprijzen neemt af, niet alleen dankzij een terugval van de grondstoffenprijzen maar ook dankzij de sterke dollar en de net aangestipte normalisering van de bevoorradingsketens.’
Hij wijst tevens op de eerste tekenen van vertraging op de Amerikaanse arbeidsmarkt zodat de looninflatie minder snel zou moeten gaan stijgen. ‘De toename van het aantal gecreëerde jobs is aan het vertragen, net als het aantal openstaande vacatures en het aantal mensen dat hun job verlaat, hoewel het niveau van beide indicatoren nog altijd vrij hoog ligt. Ook de toename van de uurlonen daalt gestaag.’ Moëc stipt tevens aan dat de stijgende woningprijzen aan het aftoppen zijn. ‘Er is een stabiele relatie tussen die huizenprijzen en de huurprijzen maar er zit een verschil op van 9 à 12 maanden. Belangrijk want huurprijzen maken 30 procent van de Amerikaanse inflatie uit. Dus als we midden 2023 een duidelijke terugval van die huurprijzen te zien krijgen dan zou dat de inflatie kunnen drukken.’
Europa: recessie onvermijdelijk
Voor Moëc is het niveau van de leidende rentevoet in Europa niet zo belangrijk maar wel hetgeen de ECB met haar balans in 2023 zal doen. ‘Voor de financiële markten zal dit volgend jaar centraal staan. Het afbouwen van het APP-programma, waarbij de ECB tussen 2014 en 2021 overheidspapier aankocht, zal een enorme impact hebben, omdat overheden enorme bedragen aan obligaties zullen blijven uitgeven. Deze elementen zullen niet zonder gevolgen zijn voor de rentevoeten op langere termijn. We schatten de kans groot in dat de Duitse 10-jarige rente, die momenteel rond de 2 procent schommelt, in 2023 opnieuw boven de 2,5 procent kan gaan.’ De hoofdeconoom benadrukt dat vooral de effecten ervan op staatspapier van de meest fragiele emittenten niet te onderschatten zullen zijn.