
Met het uitlekken van het wetsontwerp van minister van Financiën Jan Jambon (N-VA) vorige week, lijkt de laatste rechte lijn voor de invoering van een meerwaardebelasting in België ingezet. Bankenkoepel Febelfin waarschuwt echter voor ‘onevenwichten’ en operationele obstakels voor een start op 1 januari 2026.
Bij zo’n capital gains tax wordt bij de verkoop van het effect - zoals een aandeel of een obligatie - het verschil met de aankoopprijs belast. Febelfin zegt in een persbericht zich niet uit te spreken over de politieke beleidskeuze om een meerwaardebelasting in te voeren. ‘Maar als die er komt, bepleiten we absoluut de noodzaak voor een eerlijke, evenwichtige en operationeel haalbare meerwaardebelasting.’
‘Het is voor ons essentieel dat de belasting enerzijds zo eerlijk en correct mogelijk is voor de burger, en anderzijds uitvoerbaar en realistisch implementeerbaar voor de banken, die hierin een onmiskenbare rol zullen spelen’, zegt Febelfin.
Vrijstellingsbedrag
De bankenkoepel juicht toe ‘dat er een aantal elementen worden ingevoerd om meer evenwicht in het voorstel’ te brengen, zoals het in rekening kunnen brengen van de historische minwaarden en de mogelijke overdracht van het vrijstellingsbedrag van 10.000 euro met één jaar. ‘Dit zal in het voordeel zijn van het overgrote deel van de burgers die als modale belegger kwalificeren’, zegt de bankenkoepel.
Maar de banksector ziet ook hindernissen. ‘Momenteel ligt het idee op tafel om de voorheffing door de Belgische financiële instellingen te laten inhouden en dus deze toe te passen op elke gerealiseerde meerwaarde tijdens het jaar. Dit zal echter betekenen dat burgers die in België hun beleggingen via Belgische banken aanhouden steeds overmatig worden belast.’
‘Aangezien de recuperatie van het vrijstellingsbedrag en minwaarden via de aangifte verlopen, zullen ze dit in de praktijk dus pas na twee jaar kunnen recupereren’, legt Febelfin uit. ‘De kans bestaat bovendien dat burgers deze recuperatie niet doorvoeren in hun aangifte, en dus finaal te veel belast zullen worden. De complexiteit mag absoluut niet onderschat worden en zal voor heel veel burgers de nodige inspanningen vragen om deze nieuwe fiscale regelgeving te begrijpen en toe te passen.’
Een andere bekommernis is de geplande andere procedure voor aandelenportefeuilles in het buitenland. ‘Als sector vinden we het belangrijk dat burgers geen potentieel nadeel ondervinden indien ze effecten aanhouden bij een Belgische bank.’
Timing
Febelfin noemt de geplande invoering van de meerwaardebelasting op 1 januari 2026 ‘operationeel niet realistisch’.
‘Banken zouden verondersteld worden hier een belangrijke rol in te spelen, wat enorme investeringen en gigantische IT-aanpassingen zou vergen. Aangezien de modaliteiten op vandaag nog altijd niet gefinaliseerd zijn, is het onmogelijk om voor 1 januari 2026 operationeel te kunnen zijn en dit op een zorgvuldige en correcte manier uit te voeren’, zegt de bankenkoepel.